[Het noorden...]
Het noorden, het meer tussen witte rotsen, de landingsbaan, de
vliegeniers, de loketten in de aankomsthal, de trolleys, de stenen
vloer, de treinstellen, de schouderbanden van rugzakken die neerhangen
uit het bagagerek, de kruiers, de koude, de oordempers van
straatwerkers, de witte gazen petjes van de bediening van het cafetaria,
de gesprekken onder de overkapping, de piepschuimen mokken,
bloed uit de moedervlek, het papieren zakdoekje, de ontbijtzaal
van het rode kruis, de theeketels, de nescafé, de nooddeur voor
het personeel, het plateau boven het lege rek voor dienbladen, de
zittingen, het blauwe vloerkleed, de houten tafels, de gele muren,
de houten scheepsconstructie tegen het plafond, reflectie van vallende
sneeuw in de eetzaal, twee zeemeeuwen op het dak van de
afdeling, schoolkinderen die sneeuwballen gooien, misgooien, raak-gooien, de taxi's, de colbertjes in de kast van de business klasse, de
walvishuid van de zee, de luxaflex die ruisend omlaag zeilt.
|
|