Het Liegend Konijn. Jaargang 5

[p. 245]

Roland Jooris

3 Variaties voor de linkerhand

Halsstarrigheid
in dingen

andersom

amorf
gegrom dat nors
onaangeraakt onder de vorm
van zijn slaap
beweegt

een eigenzinnig
kolken draait in water
zich naar grijpend
licht

zijn vleugels
slaat de wind in wendbaar
klapwieken van waaien
uit

terug van averechts
keert hij de wereld
weerloos noodgedwongen
om

weerom

[p. 246]

 

Vervagen

 

van huiverig schurken

 

 

 

vel over ruwspraak

 

geschonden

 

 

 

takkig

 

geritsel

 

dat zich onmondig

 

in potlood verschuilt

 

 

 

omklemming

 

grijpt

 

naar ontoereikendheid

 

 

 

het onbestendige

 

laait niet te dempen

 

telkens uit de nevel van

 

zijn zinnen op

[p. 247]

 

Bodemloos

 

wroetend

 

duikt hij onder

 

op zolder, houdt hij

 

stil woelig gestommel

 

voor zich

 

 

 

loswindend

 

in de war van zijn spinsels

 

haalt een kat zijn gedachten

 

dradig

 

dooreen

 

 

 

waar komt de diepte vandaan

 

als men de ladder

 

wegneemt

 

 

 

verliest het bestaande

 

standvastig zijn grond in wat hij

 

ondersteboven hoort spelen

 

beneden

 

 

 

sluit hij zich af in

 

linkshandigheid