| |
| |
| |
Bibliografie 1964-1965
over de Geschiedenis, de Taal- en Volkskunde in het KortrijkseGa naar voetnoot(1)
§ 1. Bibliografieën, Bronnenuitgaven, Inventarissen.
M. Balwens-Lesenne, Bibliografisch repertorium der oudheidkundige vondsten in Westvlaanderen (vanaf de vroegste tijden tot aan de Noormannen). Oudheidkundige Repertoria uitgegeven door het Nationaal Centrum voor Oudheidkundige Navorsingen in België, IV. Brussel, 1963, 8o, 151 blzn. |
E. Brouette, Les ‘Libri Annatarum’ pour les pontificats d'Eugène IV à Alexandre VI, IV: Pontificats d'Innocent VIII et d'Alexandre VI (1484-1503). Analecta Vaticano-Belgica, XXIV, Brussel-Rome, 1963, 8o, XV + 299 blzn. |
De annaten waren gelden die bij het verlenen van een kerkelijk ambt aan de pauselijke schatkist betaald moesten worden. In deze bronnenuitgave zijn er betrekkelijk veel kerkelijke instellingen uit het Kortrijkse vertegenwoordigd (zie de index achteraan). Dln. I-III moeten nog verschijnen. |
W. Brulez, Marchands flamands à Venise, I (1568-1605). Etudes d'Histoire économique et sociale publiées par l'Institut Historique belge de Rome, VI. Brussel-Rome, 1965, 8o, XL-774 blzn., 1 ill. buiten tekst. |
Enkele stukken nopens personen en goederen in Kortrijk en Wevelgem (zie de index achteraan). |
J. Buntinx, Inventaris van het Archief van de Raad van Vlaanderen, I en II. Brussel, 1964, 8o, 262 en 335 blzn. |
Terwijl dl. I van deze meesterlijke inventaris, naast de algemene inleiding, het archief van de raad als zodanig omvat, worden in dl. II summiere ontledingen gegeven van 4.739 processen in eerste aanleg, die door de partijen niet ‘gelicht’ werden en dus in de raad bewaard bleven. |
L. Danhieux e.a., Bibliografie voor de Geschiedenis van het oude graafschap Vlaanderen en de provincie West-Vlaanderen (januari-december 1963). Hand. Genootschap voor Geschiedenis... Emulatie te Brugge, 1963, jg. C, blz. 361-392. |
L. Devliegher, Bibliografie [van Michiel English]. Hand. Genootschap Gesch.... Emulatie te Brugge, 1963, jg. C, blz. 338-341. |
Studies niet vermeld in het Album English (1952). Vermeldt verscheidene bijdragen i.v.m. het Kortrijkse. |
J. Dhondt e.a., Bibliografie van de Geschiedenis van België, 1963. Belg. Ts. Fil. Gesch., 1964, jg. XLII, blz. 1314-1403. |
Zeer ruim opgevat. |
| |
| |
M. Gysseling en A. Verhulst, Het oudste goederenregister van de Sint-Baafsabdij te Gent (eerste helft XIIIe eeuw). Rijksuniversiteit te Gent. Werken uitgegeven door de Faculteit van de Letteren en Wijsbegeerte, 132e afl. Brugge, 1964, 8o, 227 blzn. |
Vermelding van verscheidene plaatsen uit de kasselrij (zie de index achteraan). |
K. M[addens], Bibliografie 1963-1964. Leiegouw, 1964, jg. VI, blz. 247-258. Betreft het Kortrijkse. |
K. Maddens, zie E. Warlop. |
L. Milis, De onuitgegeven oorkonden van de Sint-Salvatorsabdij te Ename voor 1200. Kon. Comm. Gesch., reeks in 4o. Brussel, 1965, L + 89 blzn., 4 ill. buiten tekst. Verscheidene vermeldingen i.v.m. het Kortrijkse (zie de index achteraan). |
W. Prevenier, De oorkonden der graven van Vlaanderen (1191 - aanvang 1206), II: Uitgave. Kon. Comm. Gesch., reeks in 4o. Brussel, 1964, LXV + 654 blzn., 78 ill. buiten tekst. |
Bevat de publikatie van 298 oorkonden. Het kapittel van Harelbeke en de Onze-Lieve-Vrouwekerk van Kortrijk zijn, wat het Kortrijkse betreft, het best vertegenwoordigd. Dl. I (Diplomatische inleiding) en dl. III (Dokumentatie en indices) zullen later verschijnen. |
K. Roelandts, De Persoonsnamenstudie in 1959, 1960 en 1961. Hand. Kon. Comm. Top. Dial., 1963, jg. XXXVII, blz. 299-326. |
A. Schouteet en E.I. Strubbe, Analytische inhoud en registers op de Handelingen van ons Genootschap, 1940-1963. Hand. Genootschap Gesch.... te Brugge, 1963, jg. C, blz. 393-459. |
Voortzetting van A. Schouteet en E.I. Strubbe, Honderd jaar geschiedschrijving in West-Vlaanderen, 1839-1939 (Brugge, 1950). |
M.-R. Thielemans, Inventaire des Archives de l'Administration Centrale et Supérieure de la Belgique et du Conseil de Gouvernement. Brussel, 1964, 8o, XVIII + 159 blzn. |
Bestrijkt de periode van 15 oktober 1794 tot 20 november 1795. |
Betrekkelijk veel archief i.v.m. het Kortrijkse (zie de index achteraan). |
M. Van Durme, Les Archives générales de Simancas et l'histoire de la Belgique (IXe-XIXe siècles), I: Secretaría de Estado. Negociación de Flandes. Liasses 496 à 634. Kon. Comm. Gesch., reeks in 4o. Brussel, 1964, XXIII + 735 blzn. |
Enkele interessante stukken i.v.m. de troebelen van het einde der XVIde eeuw in het Kortrijkse (zie de index achteraan). |
E. Warlop, Inventaris van het archief van de abdij van Merkem, I: Inleiding [en] Ontledingen van de oorkonden (1173-1585). Brussel, 1965, 4o, 60 blzn., offset. |
Het grootste deel van de oorkonden berust op het Rijksarchief Kortrijk. Recensie: G. Gadeyne, Leiegouw, 1965, jg. VII, blz. 261. |
E. Warlop en K. Maddens, De nieuwe Stadsbiblioteek en het Arrondissementsdepot van het Rijksarchief te Kortrijk. Leiegouw, 1964, jg. VI, blz. 265-271. |
Bevat een overzicht van de archieven berustend op het Rijksarchief te Kortrijk. |
Z. n., Algemeen Rijksarchief. Lijst van de uitgegeven werken. Brussel, 1965, 23 blzn., offset. |
Opsomming van de bronnenpublikaties, de inventarissen, de regesten en de katalogen van de tentoonstellingen, door het Algemeen Rijksarchief sinds zijn oprichting (1832) uitgegeven. Vermeldt de prijs van wat nog te verkrijgen is. De lijst ligt ter inzage in de rijksarchieven. |
| |
| |
Z. n., Bibliografie van Gaston-Pieter Baert. Bijdragen tot de geschiedenis der stad Deinze..., 1964, jg. XXXI, blz. 140-158. |
Z. n., Volkskundige Bibliografie voor 1958, 1959, 1960, 1961. Jaarboek Kon. Belg. Comm. Volkskunde, Vl. Afd., 1958, jg. XI, blz. 31-95; 1959, jg. XII, blz. 23-86; 1960, jg. XIII, blz. 45-100; 1961, jg. XIV, blz. 27-78. |
| |
§ 2. Geschiedenis.
A.D.C., 150 jaar ‘'t Fort’ in Kortrijk. Leiegouw, 1964, jg. VI, blz. 243. |
Betreft de school Onze-Lieve-Vrouw-ter-Engelen aan het Plein. |
V. Arickx, De eerste aardappelen in het Tieltse. Biekorf, 1965, jg. LXVI, blz. 17-18. |
V. Arickx, Herbergen in de kasselrij Kortrijk in 1779. Leiegouw, 1965, jg. VII, blz. 5-30. |
G.P. Baert, Het bezit van don Diego Mesia, Eerste Markies van Deinze (1625-1632). Bijdragen tot de geschiedenis der stad Deinze..., 1964, jg. XXXI, blz. 7-64, geïll. Voorafgegaan door een beschrijving van zijn loopbaan. De bezittingen lagen in en rond Deinze. |
G.P. Baert, Wat is een kamslager. Ons Heem, 1965, jg. XIX, blz. 13. |
Handelt over een familie van zijdewevers in Deinze in de XIXde eeuw. |
J.M. Berteele, Sint-Lodewijk-Deerlijk. Van kapel tot parochiekerk. Hand. Kon. G.O.K. Kortrijk, 1963-1964, jg. XXXIII, blz. 474-487. |
J.M. B[erteele], Kortrijk. Op wandel in de Leiestraat. Ontmoeten, 1965, jg. XIII, nr. 2, blz. 27-31, geïll. |
J. Boon, De Landbouweconomie en de pacht in Vlaanderen tijdens de late middeleeuwen: enkele peilingen. Hand. Mij. Gesch. en Oudheidk. Gent, 1964, jg. XVIII, blz. 19-29. |
S. citeert enkele landbouwbedrijven in de kasselrij Kortrijk. |
J. Brys, Geschiedenis der O.-L.-Vrouwparochie te Tielt (1913-1963). [Tielt, 1963], 75 blzn., geïll. |
Recensie: J. D[e] C[uyper], Leiegouw, 1964, jg. VI, blz. 262-263. |
M. Cloet, Het kerkelijk leven in een landelijke dekenij van Vlaanderen tijdens de XVIIe eeuw. Tielt van 1609 tot 1700. Onuitgegeven doktoraatsverhandeling (Universiteit Leuven), 1965, XXXV + 669 blzn. + 139 blzn. bijlagen + 2 kaarten. |
L. Daels en A. Verhoeve, Les déformations topographiques de la carte de Ferraris. |
Ts. Belg. Ver. Aardrijksk. St., 1963, jg. XXXII, blz. 301-310, 15 kaarten. |
Overdruk: Studia Historica Gandensia, XVIII. Gent, 1964. |
Behandelt het gebied tussen Gent en Oostende en o.m. het noorden van de kasselrij Kortrijk. 97 % van dit gebied is zonder vervormingen in kaart gebracht. |
J. de Béthlne, [Het goed ‘ten Houte’ in Kortrijk]. Leiegouw, 1965, jg. VII, blz. 118. |
K. De Clerck, Kortrijk gezien door een Hollander in 1902. Leiegouw, 1965, jg. VII, blz. 49-54. |
† P. Declercq, Het militair kerkhof [van Izegem] in wereldoorlog I. Ten Man-dereGa naar voetnoot(2), 1964, jg. IV, nr. 3, blz. 3-11, geïll., kaart. |
| |
| |
J. De Cuyper, Stichting van het gasthuis en de kapel van Sint-Elooi te Kortrijk (1366). Leiegouw, 1964, jg. VI, blz. 133-152, geïll. |
J. D[e] C[uyper], Verborgen schatten in de Lievevrouwekerk te Kortrijk. Leiegouw, 1965, jg. VII, blz. 103-105. |
Geschiedenis van de legende over de bedolven schatten van het voormalig kapittel, die teruggaat tot de tijd van de beeldenstorm en ca. 1930 nog levendig was. |
R. Defrancq, Kamers te huur... in de kerk te Wervik. Iepers kwartier, 1965, jg. I, nr. 2, blz. 18. |
J. Delbaere, Kasteel en Kasteelheren te Rumbeke. Hand. Kon. G.O.K. Kortrijk, 1963-1964, jg. XXXIII, blz. 5-200, 53 ill. |
J. Delbaere, De Bergmolen, banmolen van 't heerschip Rumbeke. Hand. Kon. G.O.K. Kortrijk,1963-1964, jg. XXXIII, blz. 201-228, geïll. |
J. De Smet, De geestelijkheid van Izegem en ommeland in 1455. Ten Mandere, 1964, jg. IV, nr. 3, blz. 32-37, geïll., kaart. |
Fr. Didier, De publieke opinie in de districten Kortrijk en Roeselare voor de revolutiemaanden van 1830. Leiegouw, 1964, jg. VI, blz. 201-220 en 1965, jg. VII, blz. 31-48. |
L. Elaut, Hoofdmomenten in de struktuur van de verlostang, en het aandeel dat Nederlanders in de historische ontwikkeling daarvan hebben gehad. Scientiarum Historia, 1965, jg. VII, blz. 57-91, geïll. |
S. behandelt ook de verlostang van Jan Palfijn en vermeldt o.m. de oude polemiek of dit instrument wel degelijk van de Kortrijkzaan is of alleen door hem bekend gemaakt werd. |
G. Gadeyne, Bevolking en Mortaliteit te Izegem (1794-1815). Demografische evolutie van een grote landelijke gemeente onder het Frans Bewind. Onuitgegeven licentiaatsverhandeling (Universiteit Leuven), 1964, XL + 487 blzn. + 46 bijlagen en grafieken. |
R. Herman, St.-Pieterskerk van Emelgem. Ten Mandere, 1965, jg. V, nr. 1, blz. 34-43. Eerste deel van een studie over de parochie Emelgem van 1216 af. |
N.N. Huyghebaert, Nog Flandrina, abdis van Marke. Leiegouw, 1964, jg. VI, blz. 193-200. |
S. bespreekt en publiceert vier oorkonden m.b.t. de abdij van Marke, daterend van 1243 en 1244. |
H. Maes, Deinse, Petegemse en Astense soldaten van Napoleon. Bijdragen tot de geschiedenis der stad Deinze..., 1964, jg. XXXI, blz. 65-108. |
F.M.W., Medaille van St.-Helena. Biekorf, 1965, jg. LXVI, blz. 136. |
De Napoleonisten van Oekene en van Rumbeke waren verenigd in één bond en hadden hun lokaal in het ‘Oud Gemeentehuis’ te Rumbeke. Hun vaandel was geschilderd door P. Deckmyn. Ze vierden hun bondsfeest jaarlijks op 5 mei, verjaardag van de dood van Napoleon. |
E. N[eylants], Vlaamse kerkwijding in Chicago. 1909. Biekorf, 1964, jg. LXV, blz. 285. |
In 1883 trok Jules Devos uit Ingooigem als missiepriester naar de U.S.A. In 1906 werd hij pastoor van de Sint-Jan Berchmansparochie in Chicago. Hij bouwde er een kerk, die op 15 december 1909 ingewijd werd. |
M. Nuyttens, Noodgeld te Izegem in de eerste wereldoorlog. Ten Mandere, 1964, jg. IV, nr. 3, blz. 26-31, geïll. |
| |
| |
C. Pauwelyn, De gegoede Burgerij van Kortrijk in de 15e eeuw (1433-1496). Onuitgegeven licentiaatsverhandeling (Universiteit Leuven), 1964, XXXVI + 218 blzn., 2 kaarten, 4 grafieken. |
G. Pottie, Een klokkenhistorie in Moen. Leiegouw, 1964, jg. VI, blz. 244-245. |
Betreft het herstel van de St.-Elooisklok in 1787-1788. Deze klok was de grootste van de drie, door de parochianen in 1702 aan de kerk van Moen geschonken. |
W. Prevenier, Quelques aspects des comptes communaux en Flandre au Moyen Age. Pro Civitate, Historische Uitgaven, in -8o, 1964, VII, blz. 111-151, 3 ill. buiten tekst. |
Overdruk: Studia Historica Gandensia, XV. Gent, 1964. |
Op een zeer overzichtelijke wijze bespreekt S., grondiger dan uit de titel blijkt, de rekeningen van alle Vlaamse steden uit de middeleeuwen, o.m. die van Kortrijk, Deinze, Harelbeke en Tielt. |
M. Sacré, Voor elk arrondissement een commissaris der regering. Historiek. Rechtssituering. Standen en Landen, 1964, jg. XXX, 200 blzn. + 10 kaarten. |
Behandelt de indeling van België in arrondissementen vanaf de definitieve inlijving bij Frankrijk (1795) tot en met de jongste wijzigingen (1 september 1963) i.v.m. het vastleggen van de taalgrens. Bestudeert ook de bevoegdheden van de arrondissementscommissarissen. Blzn. 25-60 handelen over de gelijkaardige ressorten vanaf de Romeinse tijd tot en met Jozef II. Studie zonder veel diepgang. Interessante kaarten. |
R. Vandenberghe, ‘De H. Familiekerk’. Van droom tot werkelijkheid. Ten Mandere, 1965, jg. V, nr. 1, blz. 12-20, grïll. |
Geschiedenis van het ontstaan van de nieuwe parochie en kerk op de Bosmolens te Izegem. |
A. Vandromme, Watersnood 1925. Watersnood 1965. Ten Mandere, 1965, jg. V, nr. 1, blz. 30-33, grïll. |
In Izegem. |
R. Verbeke, Kennismaking met Wervik. Iepers Kwartier, 1965, jg. I, nr. 1, blz. 4-5, geïll. |
R. Verholle, Izegem tijdens wereldoorlog I. Ten Mandere, 1964, jg. IV, nr. 1-2, blz. 3-52, geïll., 2 kaarten. |
R. Verholle, Kleine kanten van een grote oorlog. Ten Mandere, 1964, jg. IV, nr. 3 en 1965, jg. V, nr. 1, resp. blz. 12-25 en 3-11, geïll. |
Betreft wereldoorlog I in Izegem. |
J. Vervenne, Brandweer te Wevelgem. 1822. Biekorf, 1964, jg. LXV, blz. 315-316. |
A. V[iaene], Beloken tijd te Izegem. Biekorf, 1964, jg. LXV, blz. 286. |
Over het onderduiken van Izegemse priesters bij de burgers tijdens de beloken tijd (oktober 1597 - december 1799). |
A. Viaene, Jeruzalemvaarders uit Vlaanderen in de Bourgondische tijd. Biekorf, 1964, jg. LXV, blz. 336-338. |
Vermeldt o.m. eenen ghescreven bouck vander reyse van Jherusalem in de nalatenschap van Jan Tilleborch, die in 1540 als kapelaan van de Kortrijkse kapittelkerk overleed. |
A. Viaene, De wegen van Brugge naar Parijs volgens de Brugse Wegwijzer van 1400. Biekorf, 1965, jg. LXVI, blz. 1-5. |
Er waren vier wegen. De weg over Bapaume en die over Amiens liepen door Menen. Die over Compiègne en over Kamerrijk door Kortrijk. |
| |
| |
E. Warlop, De oorsprong en ontwikkeling van de adel in Vlaanderen voor 1300. Onuitgegeven doctoraatsverhandeling (Universiteit Gent), 1965, 624 blzn. + Alfabetisch repertorium van geslachten waarvan leden edel genoemd worden (midden 9de - einde 13de eeuw) + kaart. |
In deze monumentale studie komen verscheidene families uit het Kortrijkse voor. Van talrijke geslachten, ook uit het Kortrijkse, wordt een genalogie gegeven. Het werk zal eerlang in druk verschijnen. |
M. Warlop, De school van Walle 100 jaar. Leiegouw, 1964, jg. VI, blz. 231-235. |
Betreft de stedelijke jongensschool op Walle in Kortrijk, op 15 september 1863 geopend. |
R.H. Willems, Le journal de campagne de l'Adjudant-général François Durutte tenu pendant les troubles de Brumaire An sept (guerre des paysans belges), 1798-1799. Hand. Kon. Comm. Gesch., 1964, dl. CXXX, blz. 187-327. |
Vermeldt Kortrijk en Menen, naast Ieper centra van de ‘brigands’ in het Leiedepartement (blz. 191, 217, 255). |
Z. n., Linière de Courtrai. 1864-1964. Kortrijk, 1964, geïll. |
Rijk geïllustreerde brochure, gewijd aan het honderdjarig bestaan van deze onderneming. |
Z. n., Inkomsten van [de] pastoor van Wingene (1527). Het Houtland, 1963, jg. VI, nr. 4, 6 blzn. |
Verslag van pastoor Dereepere uit Wingene over zijn inkomsten, n.a.v. het onderzoek dat het bestuur van het Vrije in 1527 instelde naar de inkomsten van de parochiale geestelijkheid. |
Z. n., Uurwerkmakers te Izegem. Ons Heem, 1965, jg. XIX, blz. 184. |
| |
§ 3. Kunstgeschiedenis en Oudheidkunde.
V. Arickx, Moeilijkheden rond de restauratie van de kerk te Zwevezele. 1753-1772. Biekorf, 1964, jg. LXV, blz. 385-391. |
B., In de Sint-Aldegondekerk te Zwevezele. Biekorf, 1964, jg. LXV, blz. 346. |
Naar aanleiding van verbouwingswerken aan genoemde kerk, begonnen in oktober 1964, werd door Dr. L. Devliegher een onderzoek van de ondergrond ingesteld. Hij kon van een eerste (?) romaanse kerk het volledig grondplan optekenen. |
F. D[ebrabandere], Paters Mote beschermd monument. Leiegouw, 1965, jg. VII, blz. 117-118, geïll. |
Bij K.B. van 29 mei 1964 werd het buitengoed Paters Mote, in 1655 als buitenverblijf van de Kortrijkse jezuïeten bij de Markse steenweg in Kortrijk opgericht en thans eigendom van baron de Béthune, op de lijst van de beschermde monumenten geplaatst. |
J. De Cuyper, Aantekeningen in verband met het eerste kasteel van Kortrijk. Hand. Genootschap voor Geschiedenis... te Brugge, 1963, jg. C, blz. 68-90, 2 ill. buiten tekst. |
A. Deschrevel, Het orgel in de St.-Maartenskerk te Kortrijk. Hand. Kon. G.O.K. Kortrijk, 1963-1964, jg. XXXIII, blz. 229-262. |
Van 1414 tot 1954. |
A. De Valkeneer, Inventaire des tombeaux et dalles à gisants en relief en Belgique. Epoques romane et gothique. Bull. Kon. Comm. Mon. Landsch., 1963, jg. XIV, blz. 89-256, 66 ill. |
| |
| |
Basiliek van Dadizele: Jan van Dadizele (1431-1481) en zijn echtgenote (blz. 134-135). - St.-Bartolomeuskerk van Moeskroen: Otto de la Barre († 1446) en zijn tweede echtgenote; Cornells de la Barre († 1489) (blz. 196-199). - Parochiekerk van Rumbeke: Jacob van Thienes († 1533) en zijn echtgenote (blz. 216-218). -St.-Medarduskerk van Wervik: Ridder Hendrik de Méridiac († 1478) en zijn echtgenote (blz. 248-249). |
L. D[evliegher], Het beschilderde graf in de O.L. Vrouwkerk te Kortrijk. Hand. Genootschap voor Geschiedenis... te Brugge, 1963, jg. C, blz. 359 + 1 ill. |
Kritiek op de datering door J. De Cuyper, De opgravingen in de O.-L.-Vrouwekerk te Kortrijk. Leiegouw, 1963, jg. V, blz. 218-219. |
B. De Wilde, Monografie Karel Bresous. Dadizele, [1965], 42 blzn., rijk geïll. |
Kortrijks kunstkopersmid; o Gentbrugge 1899, † Kortrijk 1964. |
L. Grodecki e.a., Reliëfplannen van Belgische steden opgenomen door Franse militaire ingenieurs. XVIIe-XIXe eeuw. Uitgave van het Centrum Pro Civitate. Brussel, 1965, 362 blzn., formaat 31 × 25,5 cm., 124 ill. |
In dit merkwaardig werk, waarvan ook een Franse editie bestaat, komen de reliëfplannen voor van Antwerpen (citadel), Aat, Bouillon, Charleroi, Nieuwpoort, Oostende, Doornik, Ieper, Menen (daterend van 1702, hersteld in 1787), het fort van Knokke, Oudenaarde, Namen. Ieder plan met de bespreking ervan, alsook met het voorwoord en de algemene inleiding van het werk, kan in een afzonderlijke map bekomen worden. We hopen dit werk later in dit tijdschrift nog te kunnen bespreken. |
R. Lemaire e.a., Gids voor de kunst in België. (Prisma nr. 850), Utrecht-Antwerpen, 19642, 237 blzn., 19 kaarten, 152 ill. buiten tekst. |
J.M. en R.H., De zangvereniging ‘De Kerels’. Ten Mandere, 1964, jg. IV, nr. 1-2, blz. 58-71, geïll. |
In Emelgem, 1881-1964. |
Ch. C. Selosse, La croix-reliquaire de Wervicq. Hand. Kon. G.O.K. Kortrijk, 1963-1964, jg. XXXIII, blz. 429-434, geïll. |
H. Van Dorpe, De St.-Katharinakapel of Gravenkapel te Kortrijk voor 1944. Hand. Kon. G.O.K. Kortrijk, 1963-1964, jg. XXXIII, blz. 281-298, 4 ill. |
E.V.S., Kandelaren. Ons Heem, 1965, jg. XIX, blz. 154-156, geïll. |
Afbeeldingen van kandelaren in gebakken aarde, vervaardigd ca. 1900 door de firma Laigneil te Kortrijk. |
L. W[ynendaele], De grafsteen van J. Goethals-Vercruysse. Leiegouw, 1964, jg. VI, blz. 278-279. |
Kreeg een definitieve plaats in de hall van de herbouwde stadsbiblioteek. |
| |
§ 4. Biografie.
J. Andriessen, Joannes David. Nat. Biogr. Wdb. 1964, I, kol. 377-383. |
Sekulier priester, daarna jezuïet, predikant, katecheet en schrijver; o Kortrijk 1546, † Antwerpen 1613. |
V. Arickx, Deken Jan De Mol uit Tielt, kartograaf. Biekorf, 1965, jg. LXVI, blz. 59. G.P. Baert, Het bezit van don Diego Mesia, zie § 2. |
R. Baes, Joris van Severen, une âme. Zulte, 1965, 275 blzn. |
W. Brulez, Jacob della Faille, de Jonge. Nat. Biogr. Wdb., 1964, I, kol. 481-483. |
Belangrijk koopman; o waarschijnlijk Antwerpen ca. 1548, † Antwerpen 1615. |
| |
| |
W. Brulez, Jacob della Faille, de Oude. Nat. Biogr. Wdb., 1964, I, kol. 483-486. |
Belangrijk koopman; o Wevelgem 1525, † Antwerpen 1597. |
W. Brllez, Jan della Faille, de Oude. Nat. Biogr. Wdb. 1964, I, kol. 486-488. |
Belangrijk koopman; o Wevelgem 1515, † Antwerpen 1582. |
† A. Corbet, Petrus Benoit. Nat. Biogr. Wdb. 1964, I, kol. 130-155. |
Dom. Cracco, Dokter Joseph Jaequemyns van Dadizele (1814-1852). Leiegouw, 1965, jg. VII, blz. 106-108. |
F. D[ebrabandere], Rouw in de muziekwereld. Leiegouw, 1964, jg. VI, blz. 272. |
Korte levensschets van de toondichters Prosper Van Eechaute (o Gent 1904, † Gent 1964) en Remi Ghesquiere ( o Geluwe 1866, † Brugge 1964). |
H. De Brabandere, In Memoriam exc. dom. Petrus De Brabandere, XXI Episcopus Brugensis. Moeskroen, 1965, 36 blzn., geïll. |
Geboren in Ooigem in 1828; bisschop van Brugge van 18 mei 1894 tot 31 maart 1895. |
E. Dekkers, Kamiel Aloïs Callewaert. Nat. Biogr. Wdb., 1964, I, kol. 295-298. |
Kerkhistoricus en liturgist, hoogleraar; o Zwevegem 1866, † Brugge 1943. |
A. Demedts, Hugo Verriest. Nat. Biogr. Wdb., 1964, I, kol. 948-953. |
† F. De Pillecijn, Stijn Streuvels. (Ontmoetingen, nr. VI), Brugge-Utrecht, 19633, 12o, 48 blzn. |
Met bibliografie van en over Stijn Streuvels. |
A. De Smet, Jodocus Hondius, 1563-1612, kartograaf in het voetspoor van Gerard Mercator. Ts. Belg. Ver. Aardrijk. St., 1964, jg. XXXIII, blz. 241-248. |
F. De Vleeschouwer, In memoriam beeldhouwer Georges Vandevoorde. Leiegouw, 1964, jg. VI, blz. 237-241, geïll. |
L. Devliegher, Jean de Béthune. Nat. Biogr. Wdb., 1964, I, kol. 188-191. |
Architekt, tekenaar, glazenier en oudheidkundige; o Kortrijk 1821, † Marke 1894. |
B. Dewilde, In Memoriam Kunstkopersmid Karel Bresous. Leiegouw, 1964, jg. VI, blz. 241-242, geïll. |
G. Forceville, Leonard Lodewijk de Bo. Nat. Biogr. Wdb., 1964, I, kol. 209-212. |
Priester-deken, leraar, lexicograaf en dichter; o Beveren-aan-de-Leie 1826, † Poperinge 1885. |
J. Geldhof, Ne pereant. Necrologisch jaarboek der geestelijkheid uit het bisdom Brugge, I. Brugge, 1965, 63 blzn., 20 ill. buiten tekst. |
Recensie: J. Brys, zie beneden. |
Van de 17 levensberichten dienen voor het Kortrijkse speciaal vermeld te worden: René Vander Moere, o Beernem 1874, † Kortrijk; Paul Delodder, o Tielt 1874, † Kortrijk; Hector Speybrouck, o Kortrijk 1889, † Diksmuide; Aubert Roose, o Zwevegem 1877, † Kachtem; Hilaire Dumortier, o Bissegem 1891, † Knokke; Alfons Callewaert, o Roeselare 1892, † Kortrijk; Ephrem D'Hondt, o Ledegem 1885, † Kortrijk; Georges Deltour, o Lauwe 1886, † Ardooie; August Bollaert, o Ieper 1892, † Menen; Edmond Verhamme, o St.-Lodewijk-Deerlijk 1879, † Brugge; Louis Gillon, o Kortrijk 1905, † Moeskroen. |
J. Geldhof, Het eerste jaar van Gezelle te Kortrijk. 1872-1873. Biekorf, 1965, jg. LXVI, blz. 87-88. |
F. Germonprez, Lodewijk Bakelandts afstamming en familie. Zijn jeugd en het bewogen tijdsbeeld. Leiegouw, 1964, jg. VI, blz. 221-230, geïll. |
V. Heylen, Antoon Brys. Nat. Biogr. Wdb., 1964, I, kol. 273-275. |
Erekanunnik van het bisdom Brugge, huisprelaat van Z.H. de Paus, sociaal werker; o Harelbeke 1891, † Harelbeke 1962. |
| |
| |
M.-H. Laurent, L'Abbé Paul Liebaert, scriptor honoraire adjoint de la Vaticane. Sa vie et ses oeuvres (1883-1915). Collectanea Vaticana, Studi e Testi, 219-220, dl. II. Vatikaanstad, 1962, 132 blzn. |
De vroeg overleden schrandere historicus was geboren te Kortrijk op 24 september 1883. Deze gedegen biografie geeft ook de lijst van zijn vele historische bijdragen, ook van de niet uitgegeven werken. Hij stierf, pas 32 jaar oud, te Pallanza op 25 augustus 1915 (noot van J. De Cuyper). |
E. N[eylants], Houten Klara: Schuilnaam van Juliaan Claerhout. Biekorf, 1965, jg. LXVI, blz. 148. |
o Wielsbeke 1859, † als pastoor te Kaster in 1929. Betreft een brief die hij in 1876 uit het kollege van Kortrijk smokkelde. Hij was bestemd voor de ‘Vlaamsche Vlag’ en was met de schuilnaam ‘Houten Klara’ ondertekend. Claerhout werkte ook mee aan Biekorf. |
Ch. C. Selosse, Un poète oublié: Louis-César Graulich. 1880-1960. Hand. G.O.K. Kortrijk, 1963-1964, jg. XXXIII, blz. 435-446, geïll. |
Geboren in Doornik, woonde hij van 1907 tot aan zijn dood in Moeskroen. Met een keuze uit zijn gedichten. |
J. Storme, In memoriam Remi Ghesquiere. W.-Vl., 1964, jg. XIII, blz. 353-355, geïll. |
J. Van Remoortele, In memoriam Charles Bresous. W.-Vl., 1964, jg. XIII, blz. 356, geïll. |
C. Verhaak, Zeger (Seger, Siger) van Kortrijk. Nat. Biogr. Wdb., 1964, I, kol. 979-982. |
Priester, deken van het O.-L.-Vrouwekapittel te Kortrijk, magister aan de Facultas Artium te Parijs; o ca. 1280 waarschijnlijk te Gullegem, † 1341. |
† L. Willaert, August Casteleyn. Nat. Biogr. Wdb., 1964, I, kol. 306-307. |
Jezuïet, hoogleraar in de godgeleerdheid en docent in de wijsbegeerte, schrijver van filosofische werken; o Menen 1840, † Namen 1922. |
Z. n., Zeventig jaar G.P. Baert. Biografisch overzicht. Bijdragen tot de geschiedenis der stad Deinze..., 1964, jg. XXXI, blz. 135-139, geïll. |
| |
§ 5. Familiegeschiedenis, genealogie, heraldiek.
V. Arickx, Ridder Jan van Halewijn. Heer van Zwevezele en Ridder van Jeruzalem. |
Biekorf, 1965, jg. LXVI, blz. 55-56. |
Stierf in 1478 en liet vijf kinderen achter. |
R. Castelain, De familie Luytens, Heren van Bossuit XVIIIe eeuw. [Oudenaarde], 1965, 4o, gestencild, 37 blz. |
Recensie: F. D[ebrabandere], zie beneden. |
[D. Cracco - J. Delbaere - M. Mispelon - L. Vanacker], Albrecht Rodenbach [Kwartierstaat]. Vlaamse Stam, 1965, jg. I, blz. 31-34. |
F. Debrabandere, Genealogie en Antroponymie, zie § 8. |
† De Ghellinck Vaernewyck, Histoire généalogique des Ghellinck. 1269-1964. Brussel, 1964, 380 blzn., 128 ill. waarvan 55 buiten tekst. |
De familie vindt haar oorsprong in Geraardsbergen en vestigde zich o.m. op het einde van de XVde eeuw in Kortrijk. |
X. De Ghellinck Vaernewyck, Notes généalogiques et héraldiques complémentaires sur la maison de la Woestyne. Le Parchemin, 1964, reeks XI, nr. 96-97, blz. 46-49. |
| |
| |
Betreft de tak die de heerlijkheid Beselare in zijn bezit had en bij het begin van de XVIIIde eeuw ook het Hof van Geluwe en andere heerlijkheden in deze gemeente verwierf. |
De Mahieu, Evocation d'une pierre tombale aux armes Piers-Lanchals. Le Pare hemin, 1965, reeks XII, nr. 107-108, blz. 262-269, geïll. |
Betreft de grafsteen van Jan Piers, heer van Nieuwenhuize in Kuurne († 1706) en van zijn echtgenote Margareta-Françoise Lanchals († 1721), die zich bevond in het koor van de parochiekerk van Kuurne. |
J. J[acquart], Les ‘families-souches’ de Bavikhove (ardt. de Courtrai) aux 17me et 18me siècles. De Middelaar, 1965, jg. XX, blz. 213. |
E. Stas-Reyniers, Vuylsteke. De Middelaar, 1964, jg. XIX, blz. 265-266. |
Aanvulling en verbetering bij De Middelaar, 1964, jg. XIX, blz. 155-157. |
E. Verheust, Huishoudelijke memorieboeken. Hand. Kon. G.O.K. Kortrijk, 1963-1964, jg. XXXIII, blz. 299-303. |
Betreft enkele bladen uit registers voor handelszaken of voor rekeningen van huren van de Kortrijkse familie De Mulié. |
E. Verheust, Contributions à l'histoire de la familie De Mulié. Hand. Kon. G.O.K. Kortrijk,1963-1964, jg. XXXIII, blz. 304-377.
I: | L'abbaye de Saint-Martin à Tournai et la familie De Mulié, geïll. |
II: | Le marché des céréales à Courtrai en 1789. |
III: | Les idées pédagogiques d'un notable à la fin du XVIIIe siècle. |
IV: | Une polémique sur l'usure en 1809. |
V: | Un réfractaire sous l'Empire. |
VI: | Le magasin de Fer. Betreft een polemiek in 1841 over een afsluitmuur aan de St.-Jorisstraat bij het station te Kortrijk, geïll. |
|
E. Warlop, De oorsprong en ontwikkeling van de adel, zie § 2. |
Z. n., Mémorial des Vuylsteke de Geluwe et des Vanderghote d'Elverdinge. De Middelaar, 1964, jg. XIX, blz. 306-308. |
Samenvatting van een gedenkboek, waarschijnlijk omstreeks 1870 geschreven, over de lotgevallen van het gezin van Filip-Albert Vuylsteke uit Geluwe en van Constant-François Vanderghote uit Elverdinge. Genoemde personen waren brouwers uit de XVIIIde eeuw. Eerstgenomde huwde in 1767 met een zuster van C.-F. Vanderghote. |
| |
§ 6. Letteren.
V. Arickx, De Zwevegemse Rederijkers in 1653. Biekorf, 1965, jg. LXVI, blz. 27. |
V. Arickx, De Kortrijkse Antonisten in 1701. Biekorf, jg. 1965, LXVI, blz. 59. |
J. G[eldhof], Gelegenheidsdichter Emiel Neirynck. 1839-1916. Biekorf, 1965, jg. LXVI, blz. 156. |
Woonde in Izegem. In 1964 verscheen een herdruk van zijn verzenbundel ‘Ernst en Vreugde’, die in 1906 gedrukt werd. |
W. Temmerman, ‘Hope duer Schriftuere’. Bijdragen tot de Geschiedenis der stad Deinze..., 1964, XXXI, blz. 109-131. |
Tekst, in gemodernizeerde vorm, van het ‘spel van Sinne’ waarmee Deinze aan de rederijkerswedstrijd van 1539 te Gent deelnam. |
A. Van Rompuy, De evolutie in het taalgebruik bij Streuvels. Onuitgegeven licentiaatsverhandeling (Universiteit Leuven), 1963. |
| |
| |
C. Verhaak, Zeger van Kortrijk commentator van Perihermeneias. Inleidende studie en tekstuitgave. Verh. Kon. Vl. Acad. Wet., Lett., Schone Kunsten van België, Klasse der Letteren, LII. Brussel, 1964, 8o, CXLIV + 211 blzn., 6 ill. buiten tekst. |
| |
§ 7. Taal- en Dialektstudie.
G. Altoos, Duivenspel [Zwevezele]. Biekorf, 1965, jg. LXVI, blz. 28. |
G. Altoos, Kaarterstaal [Zwevezele]. Biekorf, 1965, jg. LXVI, blz. 90. |
G.P. Baert, Gebruiken rond de halve deur. Ons Heem, 1965, jg. XIX, blz. 14. |
Over de uitdrukking ‘vrijen over d'halve deure’ in Deinze. |
P. Callewaert, De dialecticiteit van het Kortrijks. Taal en Tongval, 1964, jg. XVI, blz. 191-197. |
Berekent de afwijking van het Kortrijks t.o.v. de algemene taal op het gebied van het woordgebruik, de spraakklanken en de fonemen. |
F. Debrabandere, Nog over gewestelijke namen, zie § 8. |
K. De Busschere, Taalaantekeningen (vervolg). Biekorf, 1964, jg. LXV, blz. 300-306, 343-345, 391-392; 1965, jg. LXVI, blz. 19-25. |
Nog levende Westvlaamse woorden en uitdrukkingen. |
K.M. De Lille, Scheldnamen voor de inwoners van het Iepers kwartier, Iepers Kwartier, 1965, I, nr. 1, blz. 14-16. |
O.m. in Geluwe, Menen, Wervik. |
H. De Puydt-Lamote, Koewachtersroepen uit de streek Menen-Moeskroen. Ons Heem, 1965, jg. XIX, blz. 104. |
G.L., Slecht weer [Anzegem]. Biekorf, 1965, jg. LXVI, blz. 122. |
J. Leenen, Steeds: De inwoners van Kortrijk. Nu nog, 1963, jg. XI, blz. 104-05. |
† J. Soete en F. Debrabanderh, Kind en familie in het Westvlaams. Leiegouw, 1965, jg. VII, blz. 55-64. |
Twee radiolezingen van J. Soete in 1945 en 1946, van aantekeningen voorzien door F. Debrabandere. |
A. Vanheede, Taaltoestanden in Menen, Komen en Moeskroen. Bijdrage tot de Taalgrensstudie. Leiegouw, 1965, jg. VII, blz. 65-102. |
A. V[iaene], Kleine Verscheidenheden (vervolg). Biekorf, 1964, jg. LXV en 1965, jg. LXVI. |
Sinds jaren verklaart S. in haast elke aflevering van Biekorf enkele minder bekende Middelnederlandse woorden, aan de hand van excerpten uit Vlaamse bronnen, o.a. de Kortrijkse stadsrekeningen. Waardevolle aanvulling van Stallaert en Verwijs-Verdam. We hopen dat die Kleine Verscheidenheden eens gebundeld en alfabetisch gerangschikt worden. |
| |
§ 8. Naamkunde.
G. Altoos, Riten Heetant. Biekorf, 1965, jg. LXVI, blz. 88. |
Bijnaam van een bezembinder in Zwevezele. |
V. Arickx, Herbergen in de kasselrij Kortrijk in 1779, zie § 2. |
F. Debrabandere, Kortrijkse persoons- en plaatsnamen in 1366. Leiegouw, 1964, jg. VI, blz. 153-166. |
| |
| |
F. Debrabandere, Nog over gewestelijke namen. Wet. Tijd., 1964-1965, jg. XXIV, kol. 312-316. |
S. verdedigt op historische gronden de naam Kortrijkzaan en het straatnaamtype Gentstraat; met een repliek van J. Leenen (kol. 319-321). |
F. Debrabandere, Genealogie en antroponymie. Vlaamse Stam, 1965, jg. I, blz. 49-53. |
J. D[elbaere]-D[umoulin], Ooievaarsnest en ooievaarsboom te Rumbeke. Biekorf, 1964, jg. LXV, blz. 399-401. |
V. D[oornaert], Zwitzer en Spanjaard. Biekorf, 1964, jg. LXV, blz. 299. |
‘De Spanjaard’ was omstreeks 1900 de naam van een winkel van zuidvruchten in Brugge en ook in Kortrijk. |
P. Gallant, Toponimie van Wervik. Wervik, 1963, 4o, 176 blzn., 2 ill. |
Recensie: F. Debrabandere, Leiegouw, 1964, jg. VI, blz. 260-262; Leuvense Bijdragen, 1964, jg. LIII, blz. 110-113. |
J. Maes, Een boomgaard ‘Ooievaarsnest’ te Wervik. Biekorf, 1964, jg. LXV, blz. 348. |
F.M.W., Savoyaard. Biekorf, 1965, jg. LXVI, blz. 59. |
Uitdrukking voor iemand met eigenaardige, meestal luimige, manieren. |
Herbergnaam in Kortrijk, Harelbeke en Moeskroen. |
E. N[eylants], Savoyaard. Biekorf, 1965, LXVI, blz. 92. |
Herkomst van de naam alsook van de uitdrukking ‘saviaren’, door Gezelle (Loquela) gehoord in Wingene, Oostrozebeke en Wielsbeke. |
A. Ovaere, De huisnaam ‘Hoopliepoop’ in Zwevegem. Leiegouw, 1965, jg. VII, blz. 111. |
A. Viaene, Beelchiere - Bellechiere. Een oude Westvlaamse familienaam. Biekorf, 1965, jg. LXVI, blz. 114-116. |
Jacques Beelchiere, schepen in 1533, werd in 1560 burgemeester van Menen. Verklaring van deze familienaam, die bekend was in Menen en aan de Leie stroomopwaarts. |
| |
§ 9. Volkskunde.
G.P. Baert, Stoelgeld en stoelzetterij. Biekorf, jg. 1965, LXVI, blz. 117-120. |
Over een stoelzetter, afkomstig uit Kortrijk en werkzaam in Deinze tijdens de jeugdjaren van de S. |
G.P. Baert, Klokkentaal. Ons Heem, 1965, jg. XIX. blz. 110. |
Betreft het sermoen van de pastoor van Kachtem naar aanleiding van de Kachtemse ‘ommegang’. |
L. Billiouw en R. Verholle, Catalogus [ van de] Tentoonstelling ingericht door de Koninklijke Gilde de Bosseniers van de H. Barbara en de Heemkundige kring ‘Ten Mandere’ in de feestzaal van het stadhuis te Izegem. 4 september- 12 september 1965. Brussel, 1965, 4o, offset, II + 43 blzn, 23 ill. buiten tekst. Voorafgegaan door een studie over het verleden van de jubilerende gilde. |
C. Bossaert, Oude gildetrommels. Biekorf, 1964, jg. LXV, blz. 292. |
O.m. een trommel van de Kolveniers (of Bosseniers) van Zwevegem (1779); een trommel van de St.-Sebastiaansgilde van een Westvlaamse gemeente (waarschijnlijk Meulebeke) van 1784. |
M. Buyse, Boschmolenslied. Ten Mandere, 1965, V, nr. 1, blz. 21-29, geïll. |
De Rosmolens: een gehucht van Izegem. |
| |
| |
W.C., Maereloop Ommeganck. Biekorf, 1965, jg. LXVI, blz. 58. |
Over de bedevaart naar O.-L.-Vrouw van Marialoop in Meulebeke. |
P. Collaer, Belgische Radio en Televisie, Instituut der Nederlandse uitzendingen. Register der aanvangsregels der Vlaamse volksliederen op fonoplaten of magnetofoonbanden opgenomen van 1936 tot 1958. Jaarboek Kon. Belg. Comm. Volkskunde (Vl. Afd.), 1958, jg. XI, blz. 97-108. |
O.m. liederen in Kortrijk en Wakken opgenomen; voor de titels ervan, zie F. D[ebrabandere], Leiegouw, 1965, jg. VII, blz. 121-122. |
M. De Bruyne, Snuifdozen. Ons Heem, 1965, jg. XIX, blz. 66-67. |
Handelt over een nog bewaarde snuifdoos, die te Rumbeke in 1916 aan een honderdjarige werd geschonken. |
L. Defraeye, Gebruiken bij kaarters. Ons Heem, 1965, jg. XIX, blz. 60-61. |
De tien geboden voor kaarters uit het Kortrijkse in versvorm. |
J. D[elbaere]-D[umoulin], Stro in de kerk. Biekorf, 1965, jg. LXVI, blz. 60. |
Gebruik in Rumbeke bij de begrafenis van de kasteelheer. |
H. De Puydt, Glazen huisjes op kerkhoven. Ons Heem, 1965, jg. XIX, blz. 111. |
O.m. in Rekkem. |
H. De Puydt-Lamote, De zwervende bakoven. Ons Heem, 1965, jg. XIX, blz. 204. |
In het Kortrijkse. Kermisbrood door de bakker in zijn oven gebakken met de ingrediënten door de klanten geleverd. |
H. De Puydt-Lamote, Molen op Rysselende te Ardooie. Ons Heem, 1965, jg. XIX, blz. 214. |
C. Devyt, Onze windmolens in 1964. Biekorf, 1964, jg. LXV, blz. 401-402. |
O.m. de molens van Hulste, Deerlijk en Wervik. |
B. Dewilde, Hoever staan we met het Vlasmuseum? Leiegouw, 1965, jg. VII, blz. 119-120. |
H.G., De Passie van Ons Here in bokalen. Biekorf, 1964, jg. LXV, blz. 318. |
In een huiskamer te Ruiselede rond 1934. |
M.H., [De Hoogmolen te] Waregem. Ons Heem, 1965, jg. XIX, blz. 114. |
J. Hugelier, Leie en leven in mijn vlastijd (vervolg). Biekorf 1964, jg. LXV, blz. 293-299, 393-398; 1965, jg. LXVI, blz. 109-113, 172-179, geïll. |
A. Lowyck, Zonnehoed uit vlasstengels. Ons Heem, 1965, jg. XIX, blz. 8. |
Brugge en Kortrijk waren omstreeks 1830 centra voor de vervaardiging van dameshoeden uit vlasstengels. |
A. Lowyck e.a., Bijdrage tot de studie van volkse gerechten: Hutsepot en aanverwante aardappelgerechten. Ons Heem, 1965, jg. XIX, blz. 141-153, geïll. |
O.m. in Kortrijk, Rumbeke, Stasegem, Waregem, Zwevezele. |
E. N[eylants], Onse Vrauwe ten Putkin te Kortrijk. Biekorf, 1965, jg. LXVI, blz. 25. |
Het bekende Kortrijks Putkapelletje, al vermeld in 1532. |
G. Pottie, Klokkentaal. Ons Heem, 1965, jg. XIX, blz. 211. |
Het versje, vermeld in de bijdrage van G.P. Baert (zie boven), zou klokkentaal zijn van de pastoor van het aan Kachtem grenzend dorp Emelgem. Het zou uitgesproken zijn omstreeks 1900. |
R. V[an] D[er] L[inden], Machelen. Volksgerecht in Reklaamblad. Oostvlaamse Zanten, 1965, jg. XL, blz. 71. |
J. Vangaver, Gildeleven te Ruiselede. Hand. Kon. G.O.K. Kortrijk, 1963-1964, jg. XXXIII, blz. 447-473. |
Behandelt de broederschap of de Heilige-Drievuldigheidsgilde van Ruiselede en de St.-Elooisviering. |
| |
| |
J. Vangaver, De kleine gemeente Moen een genadeoord rijker. - Pittem. - Marialoop, gemeente Meulebeke. Kapel en Beeld, 1965, jg. XVII, blz. 2-3. |
J. Vangaver, Een nieuwe en herbouwde kapel. Otegem. - Meulebeke. Kapel en Beeld, 1965, jg. XVII, blz. 9-10. |
J. Vangaver, Volkssagen over de Oude Wal in Kanegem. Leiegouw, 1965, jg. VII, blz. 109-110. |
J. Vangaver, Een volksliedje uit de oorlog 1914-18. Leiegouw, 1965, jg. VII, blz. 123. |
Variant op het volksliedje gepubliceerd door P. Debrabandere in Leiegouw, 1964, jg. VI, blz. 111. |
W., De Rysselende molen te Ardooie. Ons Heem, 1965, jg. XIX, blz. 20. |
Z. n., Kooigem. De Tontekapel. Kapel en Beeld, 1964, jg. XVI, blz. 31. |
K.M.
|
-
voetnoot(1)
- Onder het Kortrijkse worden de stad, het arrondissement en de vroegere kasselrij Kortrijk verstaan. Ook bijdragen over Rumbeke en Wervik werden opgenomen, omdat deze plaatsen voor 1517 gedeeltelijk tot genoemde kasselrij behoorden en nadien veel relaties met Kortrijk onderhielden. Deze bibliografie, afgesloten op 1 oktober 1965, bevat ook studies van voor 1964, maar die niet in de vorige bibliografieën van ons tijdschrift konden worden opgenomen.
-
voetnoot(2)
- Gestencild tijdschrift van de heemkundige kring ‘Ten Mandere’ (Izegem).
|