Een lees- en zangboekjen voor de jeugd
(1853)–Anoniem Lees- en zangboekjen voor de jeugd, Een– Auteursrechtvrij2.Der Englen stem meldt hun den vrede,
Des Hemels licht wijst hun de stede,
Waar God als mensch ter neder ligt;
In eenen stal bij runderbeesten,
Was voor d' Alhoogen, d' Allermeesten,
Op 't hooi een ligplaats aangericht.
| |
[pagina 23]
| |
3.Gedoekt, in hooi, in dorren kaffe,
Ligt daar een Kindtjen, dat de straffe
Der zonden van het heel geslacht
Op zijne schoudren eens zal dragen,
En door zijn pijnen onze plagen
Zal keeren, tot het is volbracht.
| |
4.Hij zal voor ons den dood gaan sterven,
Opdat wij zijner glorie erven
En blij verrijzen gaan met Hem!
Hij roept ons in zijn Hemelhoven:
O laat ons dan zijn liefde loven
En prijzen God met hart en stem!
| |
5.O lieflijk Kind en God te gader,
Één met den Heilgen Geest en Vader
Die was, die is, die wezen zal;
Van wien, in wien, door wien wij leven -
Wil ons toch die genade geven
Dat wij u kennen, Een en Al!
|
|