Het tweede deel van de koddige olipodrigo
(1654)–Anoniem De koddige olipodrigo– Auteursrechtvrij
[pagina 249]
| |
Een by-voegzel op het Tvveede Gerecht | |
[pagina 1]
| |
[pagina 2]
| |
'k Zal in 't zeilen
Matig peilen,
En niet ylen
Van u kust.
Och! ik sterref,
Duizent werref,
Als ik derref
't Zoet vermaak
Van u zelschap;
Trijntjes pels - lap,
Noch Grietjes knel - zap
Heeft geen smaak:
Want u stralen
t'Elke malen
Op my dalen.
Laaf mijn hert
| |
[pagina 3]
| |
Door de tipjes,
Tover - knipjes
Van mijn smert.
Geen Conzerf - pot
Keert mijn sterf - lot:
Rooft gy 't erf - lot:
Van mijn min
Tot u kerf - slot;
Och! ik sterf, tot
Ik verwerf 't slot.
Laat my in.
|
|