Het tweede deel van de koddige olipodrigo(1654)–Anoniem De koddige olipodrigo– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 231] [p. 231] Aan Iuffr. D.v.B. GAuwediefje van mijn hertje, Waarom houd gy u zoo schuw, Zegt een reis? gut krijg ik u, 'k Zal u geez'len mit dat gertje, Dat zoo lang lag in de pis, En voor Herte - diefjes is. Maar (och armen!) kond' gy 't gertje, Daar ik u wat meê wil slaan, Gy quaamt straks en liet u vaân, Stalt gevaân noch wel een hertje, Om te weten wat voor pijn 't Is, daar meê gegispt te zijn. Tempera te tempori. Vorige Volgende