Het tweede deel van de koddige olipodrigo

[p. 122]

Gifteloze - gaaf.

Toon: Siphonia.

WAt wiszevallig luk! wel schoone, dat komt braaf,
Uw heusheid geeft m'een kus, en neemt daar voor mijn Leven,
En Vryheid, en mijn Hart; ô neen! dat 's avrechts geven,
Gy neemt meer als gy geeft: ô Gifteloze - gaaf!

1.

ACh mijn zoete Leonoor!

Zeg, wat hebt gy daar meê voor?

Wat is uw wil?

Ey schoone! stil,

Spaar kusjes,

Eer ik smoor in liefdens zoete lekkerny.

[p. 123]

 

Wat 's dit? gy steelt mijn Hart.

 

Hoe! Engel, zijn dit kusjes,

 

(Goôn wat smart!)

 

Zeg, geven my?

 

Ach Leonoor!

 

O gy neemt voor

 

Die lusjes,

 

Beid mijn Hart, en Ziel, ô zoete dievery!

 

 

 

2.

 

 

 

Ja wel waarde dat komt braaf,

 

Dit 's een Gifteloze - gaaf;

 

Wie zoud vermoên,

 

Gy geeft een zoen,

 

En daar voor

 

Neemt gy vryheid, Hart en Ziel, ook mijn zin.

[p. 124]

 

O arge Leonoor,

 

Ach! das is avrechts geven,

 

Ik verloor....!

 

Maar Engelin,

 

Dewijl ik nu,

 

Vol min, de uw'

 

Moet leven,

 

'k Bid, ey weigert mijn dan ook geen weder-min.

 

 

 

G. Verbiest.