Den koddigen opdisser. Deel 1
(1678)–Anoniem Koddigen opdisser, Den– Auteursrechtvrij
[pagina 176]
| |
Op een anders grilligh hooft, Dit vry gelooft.
3. Dat meer is, men moet van stonden aen,
Sijn onderdaen,
Als het Ja-woort is gegeven,
Wort hy, die u dienaer was,
Uw Meester ras.
4. Iuffers dat dan dese sotterny
Ver van u sy;
Bant de trouw-lust uyt u sinnen;
Kiest geen gestadigh ongeneucht
Voor korte vreucht.
Daer is niet dat de vrye Maeghde-staet,
Te boven gaet,
Sy doet ons in vreughde leven,
Vry van sorgh in eygen lust
In volle rust.
|
|