Zy groette oom Ernest zeer beleefd.
Pauline werd dadelijk voor hare strikte gehoorzaamheid beloond; want zy had het genoegen van haren broeder Ernest te ontmoeten, die eenige dagen vakantie had en die regt in zijn schik was, dien tijd by zijne lieve zuster te kunnen doorbrengen.
Wel, Pauline! zeide Ernest, zijt gy tevreden over uwe dochter? past zy braaf op en heeft zy wel geleerd? beantwoordt zy aan de zorgen, die gy voor hare opvoeding gedragen hebt?
Ja Ernest! wat zal ik daarvan zeggen; men mag niet trotsch zijn en op zijn eigen werk niet roemen. Doch ik zal u zelf er over laten oordeelen, en de kleine Marie (zoo heb ik de Pop genaamd, weet gy) halen: dan kan zy zelve u verwelkomen.
Terstond was zy met haar kind terug, hetwelk oom Ernest zoo beleefd en innemend vriendelijk groette, dat hy zich regt verheugde zulk een lieve Pop geschonken te hebben aan zijn zuster, die haar zoo goed en welgemanierd had opgevoed.