Jaarboek van het Taalverbond. Jaargang 2(1890)– [tijdschrift] Jaarboek van het Taalverbond– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 1] [p. 1] Bijdragen der leden. [pagina 3] [p. 3] De Dag verzwond.... (Pantoen) Toen vlood hij ijlings, met een hoonlach, heen En liet mij, arme, met mijn leed alleen.... Hélène Swarth. De zon zonk weg, het maantje klom, - De dag verzwond in 't duister Niet.... - De mist verspreidde zich alom, De vogel zweeg zijn liefdelied! De dag verzwond in 't duister Niet, De bloemenkelkjes vouwden toe..... - De vogel zweeg zijn liefdelied, Mijn hart werd droef en levensmoê! De bloemenkelkjes vouwden toe, De dauw viel op het grasfluweel.... - Mijn hart werd droef en levensmoê; De nacht brak aan, - ik leed zooveel! De dauw viel op het grasfluweel, Op ieder bloempje blonk een traan.... - De nacht brak aan, - ik leed zooveel, En niemand wou mijn wee verstaan! [pagina 4] [p. 4] Op ieder bloempje blonk een traan, Rond mij lag alles doodsch en stil.... - En niemand wou mijn wee verstaan, 't Werd in mijn ziel zoo ijzig kil!... Rond mij lag alles doodsch en stil, Uit ieder oog viel mij een traan... - 't Werd in mijn ziel zoo ijzig kil; Ik leek een lijk in 't lîcht der maan!... Uit ieder oog viel mij een traan, 'k Wist niet waarvan, 'k wist niet waarom! - Ik leek een lijk in 't licht der maan!... De zon zonk weg, het maantje klom.... Isidoor Albert. Vorige Volgende