19. Verslag Nieuw Letterkundig Magazijn over het verenigingsjaar 2010-2011
Het Nieuw Letterkundig Magazijn, het halfjaarlijkse tijdschrift van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, is in 2010 tweemaal verschenen, in mei en in december.
In totaal beslaan deze twee nummers 79 bladzijden.
Het jaar 2010 was Multatuli-jaar: 150 jaar geleden werd de Max Havelaar gepubliceerd. Naar aanleiding hiervan heeft de redactie van het nlm in het meinummer zeer veel aandacht besteed aan Multatuli en zijn roman, alsook aan de hertaling van de Max Havelaar en de discussie die deze heeft opgeroepen.
De overige artikelen in beide nummers betreffen op een na de Nederlandse literatuur, vanaf de zestiende eeuw tot en met de eerste helft van de twintigste eeuw.
Zo wordt in het meinummer de zestiende eeuw vertegenwoordigd door Jan van Hout met zijn metra. In de roerige periode van de laatste decennia van de achttiende en de eerste van de negentiende eeuw leefde de Fries Gerbrand Bruining met zijn instabiele ‘vaderlandsliefde’. De reislustige Gerard Keller leefde tot het einde van de negentiende eeuw; hij heeft zich met zijn boeiende reisverhalen een plaats in de Nederlandse literatuurgeschiedenis verworven. De tweede Fries die in dit nummer aandacht krijgt, is de dichter Douwe Kalma, levend in de eerste helft van de twintigste eeuw; aan de hand van een aantal gedichten wordt zijn beïnvloeding door de dertiende-eeuwse mystica Hadewijch geïllustreerd.
In het decembernummer komt eerst de zeventiende-eeuwer Jan Vos aan bod; diens belangrijkste doelgroep blijken niet zozeer de kunstschilders alswel de Amsterdamse stadsregenten te zijn. De vader van Jane Austen, George Austen, gestorven in 1805 en dus in het begin van de negentiende eeuw, is de enige niet-Nederlander die hier wordt belicht.