15. Verslag van de Werkgroep Indisch-Nederlandse Letterkunde over het jaar 2010-2011
Het bestuur van de Werkgroep, dat tevens de redactie vormt van het tijdschrift Indische Letteren, bestond uit: Vilan van de Loo, Geert Onno Prins, Olf Praamstra, Sylvia Dornseiffer (adviseur), Pamela Pattynama, Inge Tromp, Peter van Zonneveld (voorzitter) en Adrienne Zuiderweg. Het totaal aantal leden van de Werkgroep bedroeg op 31 december 2010: 664.
Op vrijdag 21 mei hield de Werkgroep een boekenmiddag in Leiden, waarbij aandacht werd besteed aan juist verschenen boeken die een nauwe relatie hadden met de Werkgroep. Daarbij kwamen aan de orde: Portret van een oermoeder. Beelden van de njai in Nederlands-Indië van Reggie Baay; Omstreden paradijs. Ooggetuigen van Nederlands-Indië, samengesteld door Olf Praamstra en Peter van Zonneveld; Multatuli, Max Havelaar, (voor de middelbare school) samengesteld door Peter van Zonneveld; drie Indische damesromans, ingeleid door Vilan van de Loo: Mina Krüseman, Een huwelijk in Indië, Melati van Java, Fernand, en Annie Foore, Bogoriana; en ten slotte Indiëgangers van Ulbe Bosma.
Vanwege haar 25-jarig bestaan verzorgde de Werkgroep het middagprogramma van de jaarvergadering van de Maatschappij, op zaterdag 29 mei. Het thema was: de toekomst van de Indische Letteren. Peter van Zonneveld bedankte de Maatschappij voor de steun die de Werkgroep al die jaren van haar ‘moeder’ had mogen ontvangen. Daarna hield hij een lezing over de toekomst van het Indisch cultureel erfgoed onder de titel ‘Max Havelaar op school’. Reggie Baay belichtte toneel met een ‘bepaald Indisch karakter’ en Pamela Pattynama voerde het woord over de Indische Letteren als toekomst van het verleden.
Op vrijdag 24 september was het thema van de lezingenmiddag Indische publiekstijdschriften. Gerard Termorshuizen hield een inleiding over