Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, 1999

1. Verslag van de jaarvergadering van de Maatschappij

De jaarvergadering is op zaterdag 29 mei 1999 gehouden in het Klein Auditorium van het Academiegebouw te Leiden. Er zijn 37 leden aanwezig. De voorzitter, dr. E.K. Grootes, opent de vergadering en houdt een rede, die elders in dit Jaarboek staat afgedrukt. Daarna herdenkt hij de leden die ons het afgelopen maatschappelijk jaar zijn ontvallen: dr. H. Baudet, dr. H. Bonger, mw. E.J. van den Broecke-de Man, K. de

[p. 179]

Busschere, dr. C.P. Coupé, mw. M. Droogleever Fortuyn-Leenmans (M. Vasalis), dr. P.H. Dubois, dr. A. Gerlo, H.A. Gomperts, E. van Gulik, dr. E.W.A. Henssen, dr. G.J. Hoenderdaal, mw. M.G. Janssonius, dr. L. van der Kerken, dr. A. Klasens, Toon Kortooms, Alfred Kossmann, dr. S.J. Lenselink, dr. K. van het Reve, dr. H. Schulte Nordholt, dr. W.F. Wertheim. Het afgelopen jaar heeft ons pas het bericht bereikt dat dr. M. Gysseling en dr. P. van Warmelo in 1997 zijn overleden.

Bij de behandeling van het verslag van de staat der Maatschappij (2), vraagt de heer Th. A.M. Welsink waarom dr. W. Bronzwaer niet is genoemd bij de herdenking van de leden die de Maatschappij dit jaar zijn ontvallen. Het antwoord luidt dat dr. Bronzwaer in 1998 zijn lidmaatschap heeft opgezegd. (In dit Jaarboek is niettemin een levensbericht van dr. Bronzwaer opgenomen, omdat deze opzegging zo kort voor zijn overlijden plaatsvond en niet was ingegeven door de wens niet herdacht te willen worden.) Het verslag van de staat der Maatschappij wordt zonder wijzigingen vastgesteld. Bij het verslag van de Noordelijke Afdeling (3) wordt meegedeeld dat tijdens de vergadering van 22 april 1999 dr. N.F. Streekstra is afgetreden als afdelingsvoorzitter en vertegenwoordiger van de Noordelijke Afdeling. Zijn opvolger in beide functies is dr. W.E. Krul. Het verslag van de Zuidelijke Afdeling (4) wordt voor kennisgeving aangenomen. Naar uit een reactie op het verslag van de vertegenwoordiger in Zuid-Afrika (5) blijkt, zou het verslag volgens sommigen te pessimistisch zijn. Om daarop te kunnen reageren is meer kennis en inzicht nodig dan waarover de vergadering beschikt. Er zal contact worden opgenomen met de Commissie voor Zuid-Afrika.

Het verslag van de bibliothecaris (6) wordt goedgekeurd. De penningmeester licht het beheer der gelden toe (7). Omdat de samenwerking met de accountants van de universiteit is beëindigd, is opnieuw een kascommissie ingesteld, dit jaar bestaande uit mw. dr. J.H.C. Bel en dr. P.G. Hoftijzer. Laatstgenoemde leest het verslag van de commissie voor, waarin wordt aanbevolen de administratie van de Maatschappij te integreren in die van de Universiteitsbibliotheek. De vergadering dechargeert het bestuur van rekening en verantwoording over het boekjaar 1998. De voorzitter dankt de administrateur van de Maatschappij, de heer D. Braggaar. De vergadering gaat akkoord met het voorstel van het bestuur de contributie te handhaven op vijfenvijftig gulden.

De verslagen van de Commissie voor geschied- en oudheidkunde (8), van de Commissie voor taal- en letterkunde (9) en van de Werkgroep ze-

[p. 180]

ventiende eeuw (10) worden voor kennisgeving aangenomen. Bij het verslag van de Werkgroep achttiende eeuw (11) merkt de heer Th. A.M. Welsink op dat het aantal leden van de Werkgroep niet is vermeld. Het juiste aantal zal alsnog in het verslag worden opgenomen. Naar aanleiding van punt 3 in het verslag van de Werkgroep merkt dr. J. Gerritsen op dat bij bestuurlijke aangelegenheden een delegatie van bevoegdheden niet is gerechtvaardigd. Uit een nadere toelichting blijkt echter dat het niet gaat om een delegatie van bevoegdheden, maar om de interne taakverdeling. De verslagen van de Werkgroep negentiende eeuw (12), van de Werkgroep Indisch-Nederlandse letterkunde (13) en van de Commissie voor opdrachten op het gebied van de geschiedenis van de Nederlandse letterkunde (14) worden voor kennisgeving aangenomen. In het verslag van de Werkgroep Biografie (15) zal worden opgenomen dat de Werkgroep 250 leden telt. In het verslag van de Werkgroep Nederlandse Boekhistorische Vereniging (16) worden enkele kleine correcties aangebracht.

De voorzitter deelt mee dat het bestuur besloten heeft de Lucy B. en C.W. van der Hoogt-prijs 1999 toe te kennen aan Erik Menkveld voor zijn bundel De karpersimulator. De Henriette Roland Holst-prijs 1999 is toegekend aan Geert Mak voor zijn boek Hoe God verdween uit Jorwerd en de Frans Kellendonk-prijs 1999 aan Dirk van Weelden voor zijn gehele oeuvre van Tegenwoordigheid van geest (1989) tot en met Orville (1997). Geen van de drie prijstoekenningen geeft de vergadering aanleiding tot het maken van opmerkingen.

Het voorstel van de Commissie voor taal- en letterkunde de Prijs voor Meesterschap 1999 toe te kennen aan dr. W.P. Gerritsen voor zijn gehele wetenschappelijke oeuvre wordt met algemene stemmen aangenomen. Voorgesteld wordt de procedure voor de toekenning van de Prijs voor Meesterschap te vereenvoudigen. Het bestuur zal daartoe aan de volgende algemene ledenvergadering een voorstel doen.

Uit de vóór de vergadering ingeleverde stembiljetten blijkt dat de vergadering mw. dr. M.E.H.N. Mout tot bestuurslid heeft gekozen. Dr. A.A.P. Francken is gekozen tot lid van de Commissie voor Zuid-Afrika.

Op voorstel van het bestuur wordt vervolgens mw. dr. M.E.H.N. Mout gekozen tot voorzitter. De ondervoorzitter, dr. J. Tollebeek, dankt de aftredende voorzitter, dr. E.K. Grootes, voor de voortreffelijke en efficiënte manier waarop hij de afgelopen jaren de Maatschappij heeft geleid. De heer Grootes, die drie jaar voorzitter is geweest, zal zijn bestuurstermijn van vier jaar volmaken en nog één jaar lid van het bestuur zijn.

[p. 181]

De commissie voor stemopneming bestond dit jaar uit dr. L.L. van Maris en dr. J.W. Marsilje. Alvorens over te gaan tot bekendmaking van de uitslag der stemming deelt dr. Van Maris mee dat de naam van één kandidaat als gevolg van een onjuiste opgave verkeerd was gespeld. Dit heeft echter geen negatieve gevolgen gehad voor zijn verkiezing. Hij is gekozen. Een andere kandidaat is als gevolg van een niet opgemerkte ‘verspringing’ in de computeruitdraai niet op het stembiljet terechtgekomen. Het bestuur zal in dit geval gebruikmaken van zijn bevoegdheid leden te benoemen. Er zijn 347 geldige stembiljetten binnengekomen, zodat de kiesdeler volgens de Wet moest worden vastgesteld op 69,4. Na de telling bleek dat er 58 kandidaten waren die 70 of meer stemmen op zich hadden verenigd, zodat zij tot lid zijn gekozen. Hun namen zijn: dr. Ellinoor S. Bergvelt, F. Berkelmans, dr. F.C. van Boheemen, dr. R.J.G. de Bonth, dr. M.W. van Boven, dr. H. Brinkman, dr. J. Brouwer, A.M. Coebergh van den Braak, dr. H.F.M. Crombag, dr. Petra J.E.M. van Dam, dr. Th. D'haen, dr. Stefan Dudink, A.W.M. Duijx, Stefaan Evenepoel, mr. S. Faber, dr. Geir Farner, dr. Dorothea Franck, dr. H. Franke, dr. J.J.L. Gommans, dr. B.G.J. de Graaff, mw. dr. A.S. de Haas, dr. Th. C.J. van der Heijden, dr. H. Hermans, mw. dr. J. Hermsen, Tsjêbbe Hettinga, mw. J. Holierhoek, dr. Matthias Hüning, dr. G.J. Jaspers, mw. R. de Jong-Goossens, dr. E.F. Koldeweij, dr. J.M. Koppenol, mw. M. Kristel, mw. dr. J.E. Krol, mw. dr. J.A. Lalleman, mr. John Leefmans, dr. F.A. van Lieburg, dr. Helma van Lierop-Debrauwer, Gwy Mandelinck, K. Michel, dr. Lut Missinne, dr. P. Moree, mr. C.J. Niehaus, dr. mr. Tabitta van Nouhuys, Ellen Ombre, Jo Peters, H.J. Poelman, mw. dr. J. Pollman, A.M. Putman, dr. R. Rizza, dr. Wim Rutgers, Elmer Schönberger, C. Chr. Sol, dr. J.P. de Valk, dr. F. Vonk, Marjoleine de Vos, mw. dr. I.E. de Wilde, dr. A. van der Wouden, dr. F.W. Zwart.

Van de rondvraag wordt geen gebruik gemaakt en de voorzitter schorst de vergadering voor de lunchpauze.

Het openbare gedeelte van de jaarvergadering, dat om 14.30 uur aanvangt in het Klein Auditorium van het Academiegebouw, begint met een voordracht van dr. A.J. Gelderblom, getiteld ‘Binnen en buiten. Symboliek in de emblemen van Jan Luyken’. Vervolgens wordt door dr. Lia van Gemert, voorzitter van de Commissie voor opdrachten op het gebied van de geschiedenis van de Nederlandse letterkunde, de Rijklof Michaël van Goens-prijs 1999 uitgereikt aan Mariken Goris en Wilma Wissink, voor hun publicatie ‘The medieval Dutch tradition of Boethius’ Consolatio philo-

[p. 182]

sophiae’, in: M. Hoenen & L. Nauta (eds) Boethius in the Middle Ages, blz. 121-165.

Na een korte pauze worden vervolgens de door de Maatschappij toegekende prijzen uitgereikt, als eerste de Lucy B. en C.W. van der Hoogtprijs 1999. Dr. R. Th. van der Paardt leest het rapport van de Commissie voor schone letteren voor. De laureaat, Erik Menkveld, spreekt een dankwoord uit. Daarna wordt de Henriette Roland Holst-prijs 1999 uitgereikt. Mw. dr. F. Balk-Smit Duyzentkunst leest het rapport van de Commissie van voordracht voor, waarna de laureaat, Geert Mak, zonder enige aantekening te raadplegen zijn dankwoord uitspreekt. Ten slotte vindt de uitreiking plaats van de Frans Kellendonk-prijs 1999. Huub Beurskens, namens de Stichting Frans Kellendonk Fonds lid van de Commissie van voordracht, leest het rapport van de Commissie voor, gevolgd door het dankwoord van Dirk van Weelden. De juryrapporten zijn in dit Jaarboek opgenomen. De plechtigheid wordt besloten met een druk bezochte en geanimeerde receptie.