7. Verslag van de commissie voor geschied- en oudheidkunde over het jaar 1982-1983
De Commissie vergaderde vijf maal. Op de bijeenkomsten werden de volgende voordrachten gehouden:
28 oktober 1982 sprak de heer Bruijn over de kwaliteit van de Nederlandse scheepvaart op Azië in de zeventiende en achttiende eeuw en de heer Braat over het belang van de communistische dreiging naast andere oorzaken voor de ondergang der Weimarrepubliek;
25 november 1982 las de heer Braat een bloemlezing voor die hij gemaakt had uit de notulen der Commissie van het begin in 1847 af;
27 januari 1983 sprak mevrouw Fock over de verzamelaars te Leiden in de zeventiende en achttiende eeuw en de heer Bruijn over brieven van de zeeofficier Eland Dubois en zijn vrouw uit de jaren 1670-1675;
24 februari 1983 sprak de heer Jansen over de sociaal-economische en demografische ontwikkeling van Nederland van de vroegste tijden af;
24 maart 1983 sprak de heer Cohen over de Duitse bestuursorganisatie in de veroverde en bezette gebieden tijdens de tweede wereldoorlog en de heer Jansen over de kroniek van Emo en Menko.
De commissie was in 1982-1983 als volgt samengesteld: voorzitter: dr. J.H.C. Blom; secretaris: dr. W.C. Braat; leden: de dames dr. C.W. Fock, dr. M.E.H.N. Mout en mr. A.J. Versprille en de heren dr. J. van den Berg, dr. C.C. de Bruin, dr. J.R. Bruijn, dr. A.E. Cohen, dr. mr. C. Fasseur, dr. R. Feenstra, dr. J.P. Gumbert, dr. H.P.H. Jansen, dr. G.I. Lieftinck, dr. P.F.J. Obbema, dr. D.J. Roorda en dr. I. Schöffer.