Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, 1978

9. Verslag van de commissie voor geschied- en oudheidkunde over het jaar 1977-1978

De Commissie vergaderde vijf maal. Op de vergaderingen werden de volgende voordrachten gehouden:

27 oktober: de heer Bruijn over de werving van scheepsvolk voor de koopvaardij en de marine tussen 1780 en 1850 en de heer Ekkart over zeventiende-eeuwse professorenportretten.

[p. 97]

24 november: de heer Roorda over de Joodse entourage van de Koning Stadhouder, de heer Gumbert over een twaalfde-eeuws kroniekje en de heer Jansen over een episode uit de vierde kruistocht.

26 januari: de heer Jansen over de kroniek van Emo en de heer Ekkart over het epitaaf van Scaliger in de Pieterskerk.

28 februari: de heer Braat over de neogotiek.

16 maart: mejuffrouw Versprille over het memorandum van de Leidse lakenfabrikant Jacob Le Poole en de heer Obbema over een paar handschriftfragmenten die ingebonden waren bij een zeventiende-eeuws boek.

De Commissie bestond in 1977-1978 uit de volgende leden: voorzitter: dr. D.J. Roorda; secretaris: dr. W.C. Braat, leden: dr. R.J. Bruijn, dr. mr. C. Fasseur, dr. R. Feenstra, dr. J.P. Gumbert, dr. P.F.J. Obbema, dr. I. Schöffer, dr. H.L. Wesseling en dr. J.J. Woltjer.