21 november 1962 | Dr. G.I. Lieftinck: Froissart in Nederlandse handschriften. |
12 december 1962 | Dr. C.C. de Bruin: Syricismen in het Middelnederlands. |
30 januari 1963 | Dr. W.J.H. Caron: Niet bigunnan maar hagunnan. |
20 februari 1963 | Dr. F. de Tollenaere: De uitspraak der Gotische digrafen ai/au en de ablaut. |
20 maart 1963 | Dr. C.F.P. Stutterheim: De fonetische wetenschappen en hun object. |
8 mei 1963 | Dr. P. Minderaa: De ‘Awater’ van Nijhoff. |
Van het Tijdschrift voor Nederlandse Taal- en Letterkunde verschenen gedurende het verslagjaar de vier afleveringen van deel LXXIX. Secretaris der redactie was Dr. C. Kruyskamp.
De Commissie voor Geschiedenis en Oudheidkunde vergaderde vijf maal.
Op de vergaderingen werden de volgende voordrachten gehouden:
25 oktober 1962 | De heer Schöffer over een boek van Pierre Chaunu, Séville et l'atlantique en de heer Braat over de ontwikkeling van het vroeg-middeleeuwse kasteel. |
22 november 1962 | De heer Bijvanck over het handschrift Busch en de heer Lieftinck over enige handschriften van Froissart. |
31 januari 1963 | De heer Enno van Gelder over een boek van F. Smith Fussner, The historical revolution, english historic writing and thought en de heer Cohen over Noord Nederlandse middeleeuwse kronieken. |
21 februari 1963 | De heer Boeren over Maître Gobert, een dichter uit de 12e eeuw en de heer Pelinck over ontwerpen voor wandtapijten met scenes uit het beleg van Leiden door Leonard Bramer. |
28 maart 1963 | De heer Schaper over een boek van J.B. Charles, Van het kleine koude front. |