Van Vriesland trekt daarop zijn voorstel in ten gunste van dat van de heer Kossmann. Nadat nog bepaaldelijk door de heer Bomhoff de feitelijke overbodigheid en de praktische bezwaren tegen dit voorstel naar voren zijn gebracht wordt het in stemming gebracht en (met 17 stemmen voor en 33 tegen) verworpen.
De heer Bayer vraagt, wat er gebeurt met leden, die hun contributie niet kunnen betalen. Op verzoek van de voorzitter antwoordt de secretaris-penningmeester, dat dergelijke gevallen individueel worden bekeken. De ouderen zullen volgens de vroeger algemeen toegepaste regel wel tot de zogenaamde ‘boekleden’ behoren, d.w.z. dat zij geen convocaties en geen jaarboek ontvangen. Dit blijkt inderdaad het geval te zijn met Jacques Bloem, op wie de heer Bayer het oog had en die hij gaarne als volwaardig lid zou willen zien gehandhaafd. De voorzitter belooft deze zaak nog eens in het Bestuur te zullen brengen, teneinde zo mogelijk een elegantere oplossing te vinden. De heer 's-Gravesande vestigt de aandacht op een bericht in Het Vaderland van 11 juli 1958, waarin Hans Warren reeds genoemd werd als winnaar van de Van der Hoogt-prijs. De voorzitter zal laten onderzoeken, of hier inderdaad misbruik van vertrouwen in het spel is. De heer Sivirsky zou gaarne zien, dat er een nieuwe ledenlijst kwam, liefst met een aantal blanco pagina's. De voorzitter antwoordt, dat ook het bestuur van de wenselijkheid daarvan overtuigd is en dat deze zaak de volle aandacht heeft. Daar niemand verder van de rondvraag gebruik wenst te maken, sluit de voorzitter te 16.35 uur het officiële gedeelte van de vergadering.
Een aantal leden begeeft zich daarop naar café-restaurant Het Gulden Vlies waar men een tijd gezellig bijeen is om vervolgens met de leden, die zich elders hadden gerecreëerd, tezamen in ‘De Doelen’ de traditionele maaltijd te gebruiken.