vonden. In verband hiermee geeft de commissie de ledenvergadering in overweging, de penningmeester décharge te verlenen van het door hem over het jaar 1953 gevoerde beheer.
De Commissie tekent nog het volgende hierbij aan:
het moge aan de hand van bovengenoemd saldo schijnen, dat de Maatschappij haar financiële depressie, waarover in de afgelopen verslagen bij herhaling gesproken moest worden, te boven is. Men dient dan echter wel te bedenken, dat er in 1953 geen Jaarboek verschenen is. 1954 zal dus, door het verschijnen van Jaarboek 1951-1953 zeker een uitgavenpost van ƒ 4500. te zien geven.
Zoals reeds verschillende jaren gebeurd is, zal ook ditmaal aan de Jaarvergadering worden gevraagd de overschrijving van 10% inkomsten van het vorige kalenderjaar op het vaste fonds niet te doen plaatshebben.
Het verzoek aan de leden tot vrijwillige contributieverhoging heeft over 1953 tot het verheugende resultaat geleid, dat ƒ 991.47 extra kon worden geboekt.
Tenslotte wil de commissie gaarne haar dank betuigen aan de penningmeester voor het door hem over 1953 gevoerde beleid.
De voorzitter dankt de heer Nagel voor het door hem gevoerde financieel beleid.