cretaris van de Commissie van Landbouw voor Noord-Holland, te Amsterdam; Mr. J.C. Martens, Regter van Instructie te Utrecht; T.J. Mone, Hoogleeraar in de Geschiedenis en Letterkunde te Leuven; P.E. Müller, Professor te Koppenhagen; F. Münter, Bisschop van Seeland, te Koppenhagen; Mr. A.W. Philipse, Procureur Generaal bij het Koninklijk Geregtshof in 's Hage; C.J. Pool, Med. Doct. te Hillegom; R. Posthumus, Predikant te Waaxens in Vriesland; Is. Prins, Predikant te Amsterdam; A. Schleiermacher, Bibliothecaris te Darmstadt; C.C. Rafn, Professor, en Secretaris van het Deensch Genootschap van Oudheidkunde, te Koppenhagen; Dr. Rask, Professor in de oude Letterkunde, te Koppenhagen; J.R. Thorbecke, Hoogleeraar in de Geschiedenis en Letterkunde te Gent; Mr. M. Verbrugge, Advokaat te Brussel; J. van Ouwerkerk de Vries, te Zeist; W.H. Warnsinck, te Amsterdam, en P. van der Willigen, Predikant te Thiel.
(geteekend)
M. Siegenbeek,
Voorzitter.