De Huisvriend. Jaargang 1891
(1891)– [tijdschrift] Huisvriend, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd2Hij tokkelde dan smachtend zoet
De teêrbesnaarde luit
En stortte 't overkropt gemoed
In droeve zuchten uit.
Helaas, de wreede blijft voor 't lied
Des minnaars koud als steen.
Een voetval zelfs vermurwt haar niet,
Geen tranen of gebeên.
| |
3Ten leste - o rampspoed, nooit aanschouwd!
(Een ondier gaf den stoot)
Daar drukt als de afgod Jaggernaut
Zij haar aanbidder dood!
Dies zij een traan van stillen rouw
Op 't droevig lijk geplengd:
Het toont ons waartoe liefde en trouw
Een minnend harte brengt.
Arthur.
|
|