Automilieugen
door Hugo Brandt Corstius
Ik weet niets van etymologie.
Een etymoloog probeert de geschiedenis van woorden te ontrafelen. Dat is een hopeloze zaak. Mensentalen bestonden duizenden jaren zonder dat ze opgeschreven werden. De kans dat men ooit in de hersenen van mummies de woorden, zoals uitgesproken en bedoeld, kan terugvinden lijkt mij klein.
Een etymoloog moet zich dus concentreren op de veranderingen in uitspraak en betekenis van woorden in de zeer korte tijd dat ze werden opgeschreven en we ongeveer weten hoe ze klonken. Een eeuw geleden werd de Hittitische taal ontdekt, een grote taal met een schrift dat langer bewaard blijft dan inkt op papier omdat de Turkse zon de streepjes in de klei hard maakte. Die spijkerwoorden werden in een systeem gebracht waardoor je de zinnen ongeveer kon begrijpen. De woorden kregen ook een uitspraak toegedacht, terwijl het spijkerschrift niet was gebaseerd op letters maar op lettergrepen. Pas na een half jaar studie merkte ik dat, bij onze uitspraak, de klank ‘o’ door de Hittieten niet gebruikt werd. O zo onwaarschijnlijk. Wel staat vast dat het Hittitisch een Indo-Europese taal is, hoewel je daarvoor het begrip Indo-Europees wat moest aanpassen.
U leest hier geen taalkundig artikel. Integendeel. Ik wil de onmacht der etymologen aantonen. Zelfs als je etymologie beperkt tot talen met een letterschrift is het een hopeloos vak. Ik beperk me hier tot twee levende talen die iedere lezer van het Hollands Maandblad kent: Nederlands en Engels. Dat zijn twee nauw verwante talen, afkomstig uit wat geloof ik West-Germaans heet, maar beide beïnvloed door Frans, Grieks en andere talen. Via nabijheid, scheepvaart, handel, oorlogen, koningen, Manhattan en Zuid-Afrika, cultuur en sport hebben de twee talen een vergelijkbare woordvoorraad.
Ik beperk me tot de woorden. Niet hun precieze betekenis, niet hun precieze uitspraak, maar gewoon het woord als rijtje letters. De twee woorden werk en work hebben ongetwijfeld subtiele verschillen in klank, betekenis en gebruik, maar iedereen weet dat het hier om twee ‘dezelfde’ woorden gaat.
Elk dik Engels of Nederlands woordenboek plaatst bij elk woord een korte etymologische verklaring. Waar komt het woord vandaan? Wat heeft het allemaal betekend? Hoe is het in de loop der tijden (hoogstens een paar eeuwen natuurlijk) uitgesproken en gespeld? Wat zijn verwante woorden in andere talen? Reuze interessant allemaal.
De teleurstelling komt als je de honderdduizend verklaringen met elkaar in verband wil brengen. Dan blijkt de chaos totaal. Ik beperk me hier tot steeds twee woorden met ongeveer dezelfde betekenis en waarschijnlijk dezelfde afkomst. Als rijtje letters lijken zulke woordparen op elkaar. Ik concentreer mij op de klinkers in een lettergreep. Waarom is het Nederlandse werk met een e, en het Engelse work met een o? Je kan dan naar andere gevallen van zo'n e-o-wissel gaan zoeken. Maar daarmee verklaar je niets, wanneer je ziet welke andere Nederlandse klinkers met het Engelse o corresponderen, zoals in ga, nee, niet, nu en welke andere Engelse klinkers staan in de simpele vertalingen van ster, bek, hem, kerk.
Onder ‘klinker’ versta ik elk rijtje van de letters a e i o u ij en y dat tussen medeklinkers kan staan. Nederlands en Engels hebben ieder ongeveer twintig van zulke klinkers, waaronder ik ook de eo in het Engelse leopard (luipaard), en de ai in het Nederlandse pais (peace) reken. Ik nam een groot vel papier, schreef er aan de bovenkant de twintig Engelse en aan de zijkant verticaal de twintig Nederlandse klinkers neer, zodat er vierhonderd hokjes ontstaan. Na korte tijd had ik tegen de driehonderd van die hokjes gevuld met woordparen.