Verhongeren zullen we hier in elk geval niet. Of we genoeg eten hebben, is geloof ik het enige waar ik me geen zorgen over maak. We waren tenslotte nog maar een week op weg. Ik kan geen chips, kaas of zoute stengel meer zien. Maar veel erger is dat alles hier naar zweet stinkt. Soms denk ik dat ik gewoon geen adem meer krijg van de stank. Dan ben ik bang dat ik langzaam stik. Ik probeer mezelf steeds opnieuw ervan te overtuigen dat dit onzin is; dat er natuurlijk zuurstof genoeg is. Toch zit ik de hele dag zo stil mogelijk. Uiteindelijk weet ik niet wat of wie onze grootste vijand is. De stank, de ademnood, Andy of ikzelf.
Ik zal proberen te beschrijven hoe het er hier uitziet. Op zich best mooi, vreemd genoeg. Het is niet donker, maar ook niet helemaal licht. Meer een diffuus blauw. Behalve als het nacht is, dan zie je echt geen hand voor ogen. Af en toe kraakt er iets. Onder ons. Ik heb het gevoel dat we stukje bij beetje verschuiven. Maar Andy zei dat het onzin was.
Uren slapen en nog ben ik moe. Onze boeken zijn allang uit. Andy is aan de handleiding van onze Odyssee begonnen. Daarin staat dat de uitstap is in te stellen tot op drie centimeter boven de grond. Wist u dat de coating van de ruiten van dit type het nieuwste van het nieuwste is? Warmer dan twintig graden wordt het binnen nooit, ook al is het buiten nog zo heet. Dat wordt gegarandeerd. Anders geld terug.
Ik had me dit natuurlijk allemaal wel iets anders voorgesteld. ‘Ik ben van plan eens lekker bij te tanken,’ zei Andy al maanden. ‘Ik ga op een rijtje zetten hoeveel ik precies verdiend heb, ik begraaf die verdomde mobiele telefoon in de tuin en we gaan gewoon onze neus achterna, meisje. De vrije natuur in. Voor het te laat is. Het wordt tijd voor een beetje rust.’
Nu hebben we alle rust die we wilden. We zitten of liggen de hele dag. En meestal zwijgen we.
Andy was zo trots op onze nieuwe camper. Onze Global Odyssee. Hij parkeerde het ding naast het huis en telkens als hij erlangs liep klopte hij ertegen alsof het een renpaard was dat net een race gewonnen had. Deze reis was al eerder gemaakt. Door een stel dat er op tv bij Oprah enthousiast over vertelde. Prachtige foto's. Grappige verhalen. ‘De natuur is een spirituele ervaring,’ zeiden ze steeds.
Het was mijn idee om het ook te doen. We wonen mooi, daar niet van. Long Island. Dicht bij zee. Maar toch raak je daarop uitgekeken. Maanden hebben we besteed aan de voorbereiding. Allebei hebben we ons werk ervoor opgezegd, het huis tijdelijk verhuurd, constructies bedacht om onze levensverzekering in deze periode te kunnen bekostigen. Iets met aandelenfondsen en opties. Alles geregeld.
En dan zoiets stoms als een gemist verkeersbord. Hoeveel mensen negeren niet dagelijks verkeersregels en borden zonder dat er iets gebeurt? Geen bekeuring, geen lichamelijk letsel, nog geen schrammetje op de auto. En wij krijgen dit. Ik bedoel, is dit een straf of zo?
Ik ben zo blij dat u ons gevonden hebt. Beetje gekke situatie, inderdaad - hoewel, waarschijnlijk bent u wel wat gewend. Je stelt je bij uw soort werk eigenlijk heel veel ergere gevallen voor. Of stommiteiten van die types waar altijd wel iets mee is. Het soort waar mensen als Andy en ik helemaal niet bij horen. Wij zijn altijd heel gewoon geweest. En dit was geen stommiteit, echt niet. Nooit gedacht dat we straks een nummer zijn in een statistiek. De vraag is alleen als wat?