hoven. Wat volgt, zijn de variaties op het Leitmotiv: het minder schokkende oorlogsleed, puberleed, huwelijksleed, en dan eindelijk in de vorm van een anticlimax: de onthulling. Bij de climax is meteen sprake van een conflict: de tegenstelling tussen de natuurlijke en de wettelijke vader, die in zekere zin als tegenmelodie en tweede Leitmotiv dienstdoet. Dit conflict komt in alle drie de delen terug, maar in steeds zwakker vorm.
De muzikale structuur wordt ten overvloede nadrukkelijk aangegeven in de namen van de personages, die natuurlijk de orkestleden met hun bijbehorende instrumenten zijn. De ondergeschoven dochter is pianiste, krijgt bij haar geboorte de mooi allitererende naam Wanda Wiericke. Haar wettelijke ouders zijn Egbert en Emma, wat ook aardig assoneert en bovendien tweemaal twee lettergrepen telt. Een tweekwartsmaat waarmee haar twee blonde ouders haar een opgewekte omlijsting voor haar leven bieden. Maar niets is minder waar, en bovendien: het kind is donker. - ‘Een boos meisje,’ vindt de dokter onheilspellend.
Egbert Wiericke is in alle opzichten het tegendeel van Max de León: een bangelijk raadslid te Leiden, die al vele generaties tot de gegoede burgerij behoort. Zijn naam heeft wel iets ouds en chiques, met die ck, maar is ontleend aan twee kaarsrechte boezemwaters vol stilstaand water, die het Hart van Holland doorkruisen. En met het mongoloïde stamhoudertje Frank is zijn geslacht gedoemd tot uitsterven.
De drielettergrepige achternaam met de bleke i-klanken en de toonloze e-klank horen niet bij Wanda's tweelettergrepige voornaam met a-klanken, noch bij haar hartstochtelijk temperament. De enige verbinding met Wiericke is de W. - Wanda heeft niet alleen een hekel aan haar vader, maar ook aan haar voornaam. Ze zou liever Laura heten. Daarmee verbindt ze zichzelf onbewust met De León, de pianoleraar (en meer) van haar moeder. Laura de León is haar ware, maar verborgen identiteit.
Wiericke komt uiteindelijk net als De Léon op een gruwelijke manier aan zijn einde. Hij sterft aan keelkanker. Mooi symbool voor zijn amuzikaliteit. Wanneer Wanda hem nog eenmaal in het ziekenhuis opzoekt, kan hij al niet meer praten. Op een papiertje schrijft hij een W. De verpleegster vraagt of hij zijn dochter wil zien, waarop hij het papiertje boos van zich af duwt. Wanda weet onmiddellijk wat hij bedoelt: ‘De W van Wanda! Van Weerzin, van Walging, dat bedoelde hij. De W van Waardeloos. En van Woedend.’
Maar Wiericke bedoelt zijn vriend Winter. Hun namen allitereren en assoneren. Zijn vriend met de kille naam moet hem komen halen voor de dood.
vivace - Nu de twee vaderstemmen zijn verstomd, gaat Wanda haar eigen leven inrichten. Hierbij wordt weer een contrasterend duo opgevoerd: een musicus en een niet-musicus. Wanda treedt samen op met Lucas Lansingh. Deze jongen vormt geen bedreiging voor de innige relatie die het ‘boze’ meisje met haar Bösendorfer heeft. Lucas Lansingh lijkt met zijn donkere ogen op Max de León. Zijn naam allitereert en assoneert, óók met de naam León, en bestaat uit twee trocheeën. Hij klinkt als een gedreven tweekwartsmaat, en zo is hij ook. Na de concerten slapen ze met elkaar. Maar er ontstaat geen relatie, omdat ze niet met elkaar kunnen praten. Zoals Wanda met niemand kan praten: haar taal is nu eenmaal de muziek.
Daardoor ook vervreemdt ze van haar jeugdvriendin Joyce. Nog even klinkt deze stem uit het eerste deel op, waar ze behoorde tot een groepje instrumenten dat terzijde van Wanda's leven commentaar leverde: mevrouw Kooi, Gonnie en Joyce. Oi, oi, oi, weeklaagden deze stemmen.
Net als de stem van Joyce, moet ook die van Emma volgens schema in deel twee klinken. En het broertje, niet te vergeten. Na de affaire met Lucas gaat Wanda eens bij Frank kijken, die al jaren in een inrichting zit. Ze trouwt met de psychiater aldaar en raakt zwanger. Dan wreekt zich de naam van de man: hij heet Bouw Kraggenburg. Een naam die volstrekt anti-muzikaal is, maar wel weer zeer symbolisch. Hij is een bouwer, een krachtige persoonlijkheid en een vaste burcht. Iets te vast, want hij wil dat ze haar carrière beëindigt of desnoods wat mindert ten gunste van een gezinsleven.
Wanda gruwt bij het vooruitzicht en moet natuurlijk aan haar vader denken. Dat nooit meer. Ook hier heeft ze dus last van de naam van haar man: ze wil hem niet. Na een miskraam is ze vrij om te blijven spelen op haar piano, voor die man in zijn lange jas van wie ze droomt dat hij haar eenmaal zal komen halen.