heden verspilt terwijl uwe medemenschen verhongeren?
Als voorbeeld haal ik U eene ware gebeurtenis aan in Londen - waar trots al den rijkdom van het West-End - elken dag eene lijkschouwing plaats heeft in het East-End, indien de jury weet dat de dood door verhongering is veroorzaakt.
't Geval hier bedoeld was dat van een kindje van een arbeider, die geen werk kon krijgen en die 's morgens het kind, het jongste van zijn vijftal, dood in bed had gevonden. De vader was geen stuiver in de wereld rijk, het geheele gezin woonde in één kamer en betaalde daarvoor f 1,80 (3 Sh.) huur in de week.
Sedert maanden waren ze allen langzaam aan het verhongeren en daar de man doof is, is er heel weinig kans dat hij werk zal vinden, hoewel verscheidene getuigen verklaarden, dat hij er van den vroegen morgen tot den laten avond moeite voor deed.
't Tooneel was hartbrekend; den man kon men aanzien hoe hij er aan toe was, hoewel hij niet jammerde en klaagde en met tragische soberheid niets ergers zei, dan dat zijn vrouw wel wat voedsel noodig had: ‘Mij wife could do with a bit of food’.
Er ging dan ook bij velen der aanwezigen een zucht van verlichting op, toen de lijkschouwer zei: Ik zal hem 4 weken lang tien Shillings per week laten uitbetalen en hem nu dadelijk het eerste geld geven.
Eenvoudig weg zei de man: ‘Ik dank U zeer Mijnheer, mijn vrouw en kinderen zullen nu een stukje eten kunnen krijgen’.
‘Begrijpt mij wel, lezers, ik ben geen Droogstoppel!’
Ik zou U niet graag de poëzie en het genot ontzeggen, van een ander een mooi cadeau te schenken of eene aardige verrassing te bereiden. - Ik zelf vind niets heerlijker dan pakjes maken en iemand pleizier doen.
Neen, wat ik als zonde veroordeel, dat is het onnutte geld verspillen, - terwijl uw medemensch gebrek lijdt. - Duidelijk zegt eene inwendige stem mij dan:
‘De behoeften der armen gaan vóór het genot der rijken’.
Den Haag.
A.I.G.