De Hollandsche Lelie. Jaargang 23

Ingezonden stukken.
Buiten verantwoordelijkheid der Redactie.

In het Weekblad ‘de Dierenvriend’ wordt een beroep gedaan op alle dierenvrienden in Nederland, teneinde een request in te dienen bij H.M. de Koningin, voorzien van zooveel mogelijk handteekeningen, om eindelijk eens verbetering te brengen in het lot der trekhonden. Wie woont in streken, waar de trekhond veel gebruikt wordt, Noord-Brabant, Limburg, Utrecht vooral, behoeft zeker niet te worden aangespoord om een blijk van instemming te zenden. Zij hebben natuurlijk meer dan eens, evenals ieder die op onze landwegen zijn oogen den kost geeft, het

[p. 204]

ergerlijke tooneel gezien van een zwaar beladen wagen, waarvoor een of meer uitgemergelde honden, de tong uit den bek, in niet-passend tuig, die voortdurend geranseld worden of al vloekend aangezet door den eigenaar, welke in half liggende houding op de kar zijn gemak neemt.

Doodaf thuis gekomen, worden ze niet behoorlijk gevoerd, wacht hen geen hoekje waar ze kunnen uitrusten - ze worden zonder eten de straat opgeschopt en moeten zelf hun kost bij elkaar zien te halen.

Dit moge ongeloofelijk schijnen voor hen die 't nooit met eigen oogen gezien hebben - het zijn niettemin feiten.

Laten allen die meevoelen het lijden van die arme dieren, liefst zoo spoedig mogelijk een visitekaartje zenden aan den Heer J. Koopman, Amsterdam, N.Z. Voorburgwal 336. Hoe meer namen onder het request, hoe beter. Misschien heeft het dan het succes, dat eindelijk een wet tot stand komt die het lot der trekhonden dragelijk maakt. Zooals 't nu is, is het ondragelijk.

A. DE GRAAFF-WÜPPERMANN.

Haarlem.