Lettres
• Het narratief patroon van Nooit meer slapen kan in de volgende morfologische formule worden voorgesteld:
{[ab2][ (D1E1 neg.F1neg.)×2GHIJK neg.↓][PrOW1 neg.]}
Karakteristiek voor Hermans' roman is dat het basisstreven ‘verwerving’ weliswaar heel duidelijk aanwezig is, maar dat de realisatie ervan onmogelijk blijkt.
Julien Vermeulen
Kortrijk, België
• Er is, geloof ik, niet veel bekend over de twee of drie jaar die W.F. Hermans in Voorburg woonde [H-m 12]. Toch heb ik een paar aanvullingen. In het vraaggesprek met Wilbert Smulders in de bundel Verboden toegang (1989) zei Hermans dat hij in Voorburg is begonnen aan De donkere kamer van Damokles. Hij was toen nog, naar zijn zeggen, ‘een schrijver zonder [neven]functie’. Toen hij op 1 oktober 1952 een baan kreeg aan de Rijksuniversiteit Groningen, had hij minder tijd voor dat boek, zei hij.
In de Voorburgse jaren 1950-1952 schreef Hermans heel wat: Ik heb altijd gelijk, het verhaal ‘Een landingspoging op Newfoundland’, enkele verhalen die werden gebundeld in Het sadistische universum en artikelen voor onder andere Podium en Het Vrije Volk. Nogal vreemd is dat in het proces verbaal de dato 20 maart 1952 in de zaak Ik heb altijd gelijk als Hermans' woonplek de Eerste Helmersstraat 208III in Amsterdam wordt genoemd.
Verder verzond Hermans in 1952 vanuit Voorburg de briefjes aan Adriaan Morriën, G.A. van Oorschot en zijn zwager Rudie van Lier waarin hij de drie heren de vriendschap opzegde. Dit vanwege de kritiek van J.H.W. Veenstra op Ik heb altijd gelijk, die zou worden opgenomen in Libertinage.
In november 1952 zat Hermans al in Groningen. Daar schreef hij toen het toneelstuk ‘Het omgekeerde pension’.
Martin Koenders
Den Haag
• Paul Voskuijl (met een ij) moet haast wel de jongere broer zijn van Ernst [H-m 12]. Hij is huisarts, woont in de Van Eeghenlaan 30 in Amsterdam en vertelde me ooit dat hij in de Wolkenkrabber heeft gewoond. Als goed arts zal hij u ongetwijfeld naar zijn broer Ernst kunnen verwijzen.
Ir F.A. Schoen
Amsterdam
• Mijn jongere broer André heeft indertijd alles over de Wolkenkrabber uitgezocht.
Paul Voskuijl
Amsterdam