Hans Michel Goedbloed zingt de voornaamste en nieuwste liederen
(1805)–Anoniem Hans Michel Goedbloed zingt de voornaamste en nieuwste liederen. Nooit te voren gedrukt.– Auteursrechtvrij
[pagina 3]
| |
Op een aangenaame Wys.1.
Hans Michel was een Weduwnaar,
Zeer oud en grys van dagen,
Hy nam een lieven Vrouw voorwaar,
Die hem dagt te behaagen,
Zy speelt met hem als met een kind,
De liefde maakt Hans Michel blind,
Hans Michel blind, bis.
Nu was Hans Michel juist geen Man die men iets op de mouw kon spelden, maar ondertusschen:
Zo speelt zy met hem als een kind,
De liefde maakt Hans Michel blind,
Hans Michel blind, bis.
2.
Hans Michel ging vroeg uit den huis,
En nam zyn stokje meeden,
Hy was zo stil gelyk een muis,
| |
[pagina 4]
| |
En liet zyn Vrouw met vreeden,
Maar een Adonis na haar zin,
Nam nu by haar zyn plaats straks in,
Zyn plaats straks in, bis.
Nu had Hans Michel verscheide maalen iets gemerkt en zyn agterdogt en jalousie zou hem haast tot daaden vervoert hebben, maar ondertusschen.
Zo speelt zy met hem als een kind,
De liefde maakt Hans Michel blind,
Hans Michel blind, bis.
3.
Zyn lieve Vrouw moest menigmaal
Alleen in huis dus weezen,
En heeft haar minnaars liefdekwaal,
Een lange tyd geneezen,
Dog sprak zy met een valsch gevly,
Hans Micheltje blyft tog by my,
Blyft tog by my, bis.
Nu was Hans Michel juist geen Man die hem liet vleijen, men moest zig in acht neemen hem valsch te bejegenen, hy kon ’t direct aan iemand zyn oogen zien, maar ondertusschen.
Zo speelt zy met hem als een kind,
De liefde maakt Hans Michel blind,
Hans Michel blind, bis.
4.
De minnaar dat was nu een held
Zo yder ligt kan weeten,
Hans Michel die was naar het veld,
Maar had juist iets vergeeten,
Hy wil in huis maar weet niet hoe,
| |
[pagina 5]
| |
Zyn Vrouw die sloot de deure toe,
De deure toe, bis.
Nu had Hans Michel wel een byl kunnen neemen, om de deur open te hakken, maar ondertusschen,
Zoo speelt zy met hem als een kind,
De liefde maakt Hans Michel blind,
Hans Michel blind, bis.
5.
De minnaar zat in angst wat raad,
Het volk kwam hem te vangen
Hy sprong uit ’t vengster op den straat,
Maar het zyn broek afhangen,
Hans Michel wel jou oude grys,
De broek is nu een groot bewys,
Een groot bewys,
Nu had Hans Michel een stok m[oet]en neemen, om zyn Vrouw naar verdien[sten] te loonen, maar ondertusschen.
Zo speelt zy met hem als een kind,
De liefde maakt Hans Michel blind,
Hans Michel blind, bis.
6.
Hans Michel was nu boos en gram,
En wilde bloet vergieten,
Daar hy ’t verwoede moordtuig nam,
Om zyn Vrouw dood te schieten,
Een moord Hans Michel wat is dat,
Gelukkig was het kruit juist nat,
Het kruit juist nat, bis.
En op het pistool was geen vuursteen, en als het kruit nat is, kan men er immers geen
| |
[pagina 6]
| |
Vrouw mee dood schieten, nu had hy wel is waar, haar met de kolf kunnen dood beuken, maar ondertusschen.
Zo speelt zy met hem als een kind,
De liefde maakt Hans Michel blind,
Hans Michel blind, bis.
7.
Dat jonge Lieden zyn verzot,
Vry bouwen eenen tempel,
En wilt gy ouden zyn bespot,
Neemt Michel tot exempel,
Houd trouw de eendragt in u huis,
Want ’t huwelyk baart u niets dan kruis,
U niets dan kruis, bis.
Nu zou men zeggen ‘er is nooit geen reegel zonder uitzondering, maar ondertusschen.
Zo speelt zy met hem als een kind,
De liefde maakt Hans Michel blind,
Ons alle blind, bis.
|
|