Copyright Foto: Elliot & Fry Ltd
De onlangs overleden romanschrijver
STANLEY WEYMAN
auteur van ‘The Lively Peggy’ (zijn laatste roman) en van meer dan twintig succesvolle werken, voor het meerendeel op historisch gebied liggend. Hij liet ongeveer een million gulden na.
Until the Daybreak door Mercedes de Acosta (Longmans) is een uitmuntende studie van een vrouw, die in een huwelijk - hoe goed zij het bij haar gefortuneerden man ook heeft - geen bevrediging kan vinden, omdat haar eigen ik haar in den weg staat. In den proloog vinden wij de aanwijzing die naar de ontknooping voert. De opbouw is logisch, tot wij komen aan Victoria's ontmoeting met Raphael, een ietwat fantastische figuur met een myterieus verleden, die in zijn prille jeugd door een wonderlijke operatie van een zwaar lichaamsgebrek wordt genezen. Deze Raphael wijst haar niet alleen den weg naar de tooneelcarrière, maar offert dagelijks vele uren om haar tot in de perfectie te onderwijzen en te trainen. Ten slotte bereikt zij haar doel en wordt een gevierde diva, maar op den avond dat zij in Newyork optreedt werpt Raphael zich van den hoogen kerktoren in het Fransche plaatsje, waar hij haar leermeester was. Wel had Mark Strong gelijk, toen hij voor Victoria's geboorte zeide:
‘The old and the new are opposite ends - there must be a middle too. I shall witness the middle generation; they will suffer’,
en Victoria, uit die ‘middle generation’, zou zwaar lijden; toen zij Mark Strong bezocht en tegen hem zeide: ‘Like all middle courses - they bring unhappiness’ was zij pas aan het begin van haar lijdensweg, Raphael's dood was daarvan het einde.
Twee boeken houden zich bezig met het leven van een Engelsch meisje in het buitenland, ‘abroad’ zooals men dat in Engeland noemt, want als een Engelschman naar een ander land gaat moet hij het water over.
The Gateway of the World, door Katharine Perris (Benn) is een z.g. ‘First Novel’; Ann Tennant zou hierin de hoofdpersoon moeten zijn, maar Andrée Dufresne domineert het boek. Het verhaal begint met de beschrijving van een meisjeskostschool in Parijs, de groote oorlog komt ook in het geding en na eenige jaren komen de meisjes weer bij elkaar in Pfennigstadt, waarmede blijkbaar de stad Luxemburg is bedoeld. Ten slotte gaan zij gezamenlijk naar Rebensdorf in het Saargebied, en de beschrijving van dat liefelijke dorp, de gemoedelijkheid der bevolking doet ons denken aan L'Ami Fritz. Het is jammer dat de schrijfster er zoo lang over doet eer zij onze aandacht weet te boeien, maar al is deze eersteling verre van perfect, er ligt een belofte in voor de toekomst.
With all Faults door Louise Valmer (Elkin Mathews) geeft ons de beschrijving van twee stiefzusters, van wie de oudste op een gegeven oogenblik moeder moet spelen over de jongste, hetgeen vrij goed gaat tot zij den stap doet, die haar zeer veel nader tot het werkelijke moederschap brengt. Nu zij gaat trouwen kan zij Peggy niet meer bij zich hebben en het arme kind gaat naar een Duitsche kostschool, de Luthersche Broederschap in Altona. Hoe het haar op die school vergaat heeft de schrijfster met humor beschreven en ook haar latere lotgevallen bij haar familie in Italië. Het postpakket dat wij op den omslag zien afgebeeld is Peggy's postillon d'amour, en hoe het kwam dat zij daardoor haar ‘Bob’ kreeg moet de lezer zelf ervaren; het zou jammer zijn om hiervan te veel los te laten. Italianen zijn in Engelsche oogen ‘Dagoes’ en als zoodanig is het geen wonder dat deze maccaroni-eters in dit boek geen benijdenswaardige rol spelen, een boek dat overigens om zijn frisschen geest een bijzonder pluimpje verdient.
In het Augustus-nummer van dit tijdschrift heb ik eenige historische romans behandeld. Ik heb daar steeds een zwak voor gehad, wat wel zijn oorzaak daarin zal hebben dat ik mij steeds voor Geschiedenis in het algemeen sterk heb geïnteresseerd; reeds op school was het mijn lievelingsvak. Vijf van die romans zijn mij in de laatste weken toegezonden, n.l.:
With Malice Toward None door Honoré Willsie Morrow (Cape), waarin wij de laatste jaren van den Amerikaanschen Burgeroorlog beschreven vinden alsmede den huiselijken kring en de omgeving van Abraham Lincoln, die destijds het Witte Huis te Washington bewoonde. Het is een vervolg of een aanvulling op Forever Free van dezelfde schrijfster, waarin meer de vrouw van den President op den voorgrond kwam, terwijl wij hier Lincoln zelf uitgebeeld vinden en zijn vriend doch politieken tegenstander Sumner. Het ging in dat huishouden wel vrij raar toe en wij moeten ons erover verbazen hoe, terwijl belangrijke besprekingen plaats hadden, kinderen en kennissen in en uit liepen, zich in het gesprek mengden en hun duit in het zakje deden. De lezer zal het meest genieten van de vriendschap tusschen Sumner en Lincoln's zoontje, de beste passages in dit verdienstelijke boek.
In The Empress of Hearts door E. Barrington (Harrap) wordt een verhaal uitgesponnen dat wij reeds als feuilleton in meerdere dagbladen hebben kunnen lezen, Cagliostro en Kardinaal de Rohan met het beroemde diamanten collier dat Marie Antoinette niet wilde koopen, omdat zij de schatkist niet wilde bezwaren, maar dat volgens dezen schrijver toch tot haar ondergang en dien van Louis Capet leidde. Mrs. Barrington is er in geslaagd om van dit gegeven een boeienden roman te maken.
De terugkeer van Napoleon van Elba, regeeringsperiode van 100 dagen, is het hoofdthema van twee romans: