Vertaalde werken
A. Hamilton Gibbs. Nancy. Naar het Amerikaansch door W.J.A. Roldanus Jr. - 's-Gravenhage 1926. H.P. Leopold's Uitgevers-Mij. (228 blz.). f 2. -; geb. f 2.90
Nancy Hawthorne, het meisje dat de hoofdpersoon is in dezen roman, is door de schrijfster met bijzondere liefde en zorg geteekend en als karakter-studie zeer goed geslaagd. Men is bij de lectuur geneigd te denken niet met een Amerikaansch, maar met een Engelsch boek bezig te zijn, zóó goed is de sfeer van het Engelsche ‘home’ weergegeven.
Nancy, die met haar vader, een beroemd schilder, een héél stil leven leidt, gaat een reis maken naar Duitschland en Italië, naar Parijs, alléén ‘om door haar eigen oogen te kijken hoe de wereld er uitziet!’ Nancy is dan achttien jaar en vol verlangen om het leven in al zijn schakeeringen te leeren kennen. Ze ontmoet in Parijs een Amerikaansch meisje, waarmee ze gaat samenwonen: Cornelia Evans. Alleraardigst is dit meisje getypeerd, haar oppervlakkige vroolijkheid, haar grappige, naïeve onbeschaamdheid, haar licht ontvlambaar hart - een contrast met Nancy. Ook het atelierleven van de beide meisjes is goed geteekend. In Nancy begint iets te ontwaken, iets dat in Brimble (waar zij woonde) haar voor 't eerst bewust werd. Toen wilde een boerenjongen haar kussen en Nancy weerde hem verontwaardigd af. Ze wil er niet meer aan denken. ‘Oogenschijnlijk was alles zooals het vroeger was geweest. Het feit echter, dat er een verandering had plaats gehad, werd bewezen door haar verlegenheid bij de komst van Lloyd Evans en Bob Whittaker, een bewustzijn van een veranderd ik, dat - zij wist niet hoeveel - van de Nancy, die nog maar zoo kort geleden in Brimble afscheid genomen had van haar vader, verschilde, op een manier, waarvoor zij, toen zij die zag, schuchter terugdeinsde. Nieuwe verlangens en begeerten - even oud als de tijd - waren begonnen haar hun boodschap in te fluisteren. Het is Bob Whittaker, de knappe charmeur, die haar slapende zinnen wekt. Héél serieus denkt Nancy er over na of ze werkelijk van Bob houdt, of alleen maar verliefd is op hem. ‘Hoe ter wereld moet ik dat weten? Kan je verliefd zijn op de liefde? Heb ik Bob lief?... Hoe zou die vraag ooit op kunnen komen,
als dat het geval was? Mijn God, ik weet het niet. Ik zal hem nog eens moeten zien. Ik moet hem nog eens zien. Alleen maar even naar hem kijken en dan zal ik weten of hij het werkelijk is’. Natuurlijk is hij het. En Nancy heeft hem met haar geheele hart lief - zonder terughouding. Voor haar kan Bob de eenige man zijn. Wanneer haar na maanden blijkt dat Bob haar bedriegt met een winkelmeisje in Oxford, is ze hevig geschokt.
Hoewel ze wel weet dat het nu ‘uit’ is tusschen hen, kan zij Bob niet vergeten, en mèt de herinnering aan hem is verbonden haar verlangen naar het huwelijk en vooral naar kinderen. Nu ze Bob niet krijgen kan, weet ze, dat ze ook geen anderen man kan liefhebben. In haar schilderwerk tracht ze troost en afleiding te vinden, wat haar langen tijd gelukt... Maar telkens heeft Nancy weer opnieuw haar strijd te voeren. Wanneer ze zeven-en-twintig jaar is, heeft ze een gesprek met haar vader, waarin ze haar verlangen naar een kind uitspreekt.
‘Voor ik het weet, zal ik te oud zijn om te trouwen of om kinderen te krijgen. Ik zie niet in, Paps, waarom ik mijn leven slijten zou als een verzuurde oude vrijster. Heb ik, daar ik een vrouw ben, niet het recht op kinderen? Ik heb geprobeerd het weg te denken, het door mijn leven te logenstraffen, mijn werk ervoor in de plaats te stellen. Doch hoe dit zij, het is niet alleen, zoo lang ik mij herinneren kan, bij mij geweest, maar het is steeds grooter en grooter geworden...’
Juist op dit punt van haar leven ontmoet Nancy Bob weer. De oorlog is uitgebroken en hij is in de buurt ingekwartierd. Alle oude gevoelens worden weer wakker en Nancy voelt dat zij nog even veel van hem houdt als vroeger. Wanneer ze Bob ontmoet, vraagt ze hem met haar te willen trouwen, voor één maand. Dan zal hij naar 't front gaan - en misschien nooit weer terugkomen.
Bob durft het niet aan: ‘Ik ben niet geschikt om in dezelfde wereld met jou te zijn... Ik heb nooit een vrouw gekend als jij bent. Ik heb het gevoel alsof je me een tweede kans op aarde aanbiedt!’
‘En wil je die aannemen?’
Dan nam Bob heel kalm haar hand. ‘Als jij 't me wil laten probeeren!’
Het is een kleine teleurstelling, dat aan het eind van het boek alles ‘zoo goed afloopt’. Nancy gelukkig getrouwd, ze hééft een kindje, en Bob komt ongedeerd uit den oorlog. Interessanter zou het geweest zijn, wanneer Nancy haar strijd verder had moeten voeren, met de daaruit voortkomende consequenties. Maar zooals 't is, verdient het boek als een eerlijke en gevoelige studie van een vrouwenpsyche onze belangstelling. De vertaling is bijzonder goed.