'Wat een degradatie, om van een Forum op een blad vol wijven terecht te komen!'
(1996)– [tijdschrift] Groot Nederland– Auteursrechtelijk beschermdBriefwisseling tussen Menno ter Braak, Frans Coenen, J. Greshoff, Van Holkema & Warendorf, H. Marsman en S. Vestdijk over de reorganisatie van het letterkundig maandschrift Groot Nederland in 1935
[pagina 93]
| |||||||||||
BronnenDe kern van deze uitgave wordt gevormd door een in 1935 in opdracht van J. Greshoff door zijn toenmalige secretaris Arthur van Rantwijk aangelegd ‘Dossier van de briefwisseling over de reorganisatie van “Groot Nederland”’.Ga naar voetnoot1 Met de vorming van dit dossier heeft Greshoff, onder meer ten behoeve van de uitgever van Groot Nederland, indertijd de poging willen documenteren die hij in 1935 had ondernomen om de redactie van het door Frans Coenen en hemzelf geredigeerd maandblad Groot Nederland uit te breiden met een vertegenwoordiger van de groep rond het kort daarvoor opgeheven tijdschrift Forum.Ga naar voetnoot2 Greshoffs voorkeur ging daarbij uit naar Menno ter Braak of H. Marsman, maar na bezwaren van Coenen legde hij zich neer bij S. Vestdijk.
Dit uit het archief van Greshoff afkomstige dossier wordt gevormd door getypte afschriften van in een aantal gevallen niet meer in origineel aanwezige brieven betreffende bedoelde reorganisatie en omvat 32 romeins genummerde, grotendeels chronologisch geordende documenten. Deze documenten komen in onderhavige editie overeen met de nrs. 5, 7, 9-11, 15-17, 19, 21, 23, 25-29, 31-32 en 35-47; nr. 30 is in het dossier slechts als regest opgenomen. Bijlage I geeft een concordantie van de romeinse nummering van het dossier en de arabische nummering in onderhavige editie (p. 103). Van dit dossier is een gedeeltelijke doorslag bewaard gebleven, afkomstig uit het archief van Van Rantwijk. Deze gedeeltelijke doorslag omvat op vijf na alle afschriften die deel uitmaken van het originele dossier, in onderhavige editie overeenkomend met de nrs. 5, 7, 9-11, 15-17, 19, 21, 23, 25-29, 31-32 en 35-41 en 43; nr. 30 is ook in de doorslag van het dossier slechts als regest opgenomen. Het originele dossier (dossier A) telt 51 bladen, doorlopend genummerd | |||||||||||
[pagina 94]
| |||||||||||
van 1 tot en met 50; het dossier bevat zowel een blad genummerd 48x als een genummerd 48. De bladen 12 en 33-38 kennen een handgeschreven verbetering in de bladnummering. De bewaard gebleven doorslag van het dossier (dossier B) telt 44 genummerde bladen; er zijn twee verschillende bladen genummerd 11 terwijl een blad genummerd 12 ontbreekt, voorts zijn er twee bladen genummerd 34 waarvan bij een de nummering met de hand veranderd is in 33a, tenslotte ontbreken de bladen genummerd 38 en 42-44. Op de hierboven beschreven verschillen in de paginering na, zijn de tot dossier B behorende doorslagen conform de originele afschriften in dossier A.
Het is niet geheel zeker of het verschil in paginering van beide dossiers erop wijst dat het dossier in gedeelten werd samengesteld. Een handgeschreven nummering op de originelen van nrs. 5, 9-11, 15-17, 19, 21, 23 en 25-29 doet echter vermoeden dat het dossier inderdaad in verschillende fasen is gevormd.Ga naar voetnoot3 De aan Van Holkema & Warendorf gerichte brief van 19 oktober 1935 (nr. 29) sluit dan mogelijk de niet als zodanig bewaarde eerste versie van het dossier af, waarvan Menno ter Braak op 21 oktober 1935 aan Greshoff schreef: ‘Het heele Dossier Coenen las ik vanmorgen te bed, als een roman’ (nr. 32). Dossier B eindigt met het van 10 november 1935 daterende document xxvi (nr. 43), en zou dan de tweede versie zijn waarover Greshoff op 14 november aan Van Holkema & Warendorf schreef: ‘Reeds geruimen tijd geleden kondigde ik U nadere berichten aan [...]. Wanneer U echter kennis neemt van het bijgevoegde dossier zult U merken, dat het mij niet mogelijk was eerder te schrijven’ (nr. 48). Dossier A, waarmee dossier B gedeeltelijk parallel loopt, is dan later gecompleteerd met de documenten XXVIx-XXIX (nrs. 44-47); van deze vervollediging zijn geen doorslagen meer aan het bewaard gebleven exemplaar van dossier B toegevoegd.
Zowel het originele dossier als de gedeeltelijke doorslag daarvan berusten in de collectie van het Letterkundig Museum te Den Haag (sign. G 893 B3 I-II). Voor deze editie is als basistekst van de in het ‘Dossier van de brief- | |||||||||||
[pagina 95]
| |||||||||||
wisseling over de reorganisatie van “Groot Nederland”’ opgenomen documenten het originele typescript (dossier A) gekozen. Met uitzondering van de van het dossier deel uitmakende documenten II (nr. 7), XVI (nr. 30), XVII (nr. 43) en XVIII-XIX (nrs. 46-47) zijn handgeschreven of getypte orginelen danwel een of meer doorslagen van originelen weergevonden. Een precieze opgave van de staat van de van het ‘Dossier van de briefwisseling over de reorganisatie van “Groot Nederland”’ deel uitmakende documenten is per document in Bijlage III opgenomen (p. 107-115). Doorgaans blijven afschriften van brieven die niet van de hand van de auteur zijn buiten beschouwing als de originele brief voorhanden is.Ga naar voetnoot4 Omdat hier wordt uitgegaan van het dossier, worden in Bijlage ii de variante versies uit de originelen weergegeven (p. 104-106). Daarbij zijn spelling- en interpunctievarianten, schrijffouten en vormvarianten zonder betekenisverschil genegeerd. Bij de nrs. 5, 9, 10, 16, 26, 28, 32, 35, 40 en 42 komen varianten met mogelijk betekenisverschil voor; bij de overige in het ‘Dossier van de briefwisseling over de reorganisatie van “Groot Nederland”’ opgenomen documenten waarvan de originelen of doorslagen daarvan zijn teruggevonden (nrs. 11, 15, 17, 19, 21, 23, 25, 27, 29, 31, 36-39, 41 en 44-45), komen geen varianten voor. Van het in beide bewaard gebleven exemplaren van het dossier slechts in regest-vorm opgenomen nr. 30 is het origineel niet teruggevonden. Het door Van Rantwijk in opdracht van Greshoff samengestelde ‘Dossier van de briefwisseling over de reorganisatie van “Groot Nederland”’ geeft slechts die gedeelten van de opgenomen documenten weer die gegevens bevatten over de reorganisatie van het tijdschrift Groot Nederland; de daarop niet betrekking hebbende passages (waaronder consequent datering, aanhef en ondertekening) zijn bij de vorming van het dossier door Van Rantwijk achterwege gelaten. Omdat het hier een thematische uitgave rond de reorganisatie van Groot Nederland betreft, is een dergelijke selectie verdedigbaar.Ga naar voetnoot5 Ze is in onderhavige editie gevolgd. Op grond van het feit dat het ‘Dossier van de briefwisseling over de reorganisatie van “Groot Nederland”’ in opdracht van Greshoff is samengesteld door zijn toenmalige secretaris, kan dit dossier, dat de | |||||||||||
[pagina 96]
| |||||||||||
kern van deze uitgave vormt, als geautoriseerd worden beschouwd.Ga naar voetnoot6
Het ‘Dossier van de briefwisseling over de reorganisatie van “Groot Nederland”’ kan worden gezien als een tot een zeer bepaalde periode beperkte documentenbiografie van het tijdschrift Groot Nederland.Ga naar voetnoot7 Door mij is een poging gedaan het dossier te vervolledigen met relevante documenten over bedoelde reorganisatie van Groot Nederland van de direct daarbij betrokkenen. Dit berreft de nrs. 1-4, 6, 8, 12-14, 18, 20, 22, 24, 33-34 en 48-61, die binnen de ordening van het dossier zijn ingepast. Ter onderscheiding tussen het ‘Dossier van de briefwisseling over de reorganisatie van “Groot Nederland”’ en deze aanvulling is bij de van het ‘Dossier’ deel uitmakende documenten de oorspronkelijke romeinse nummering gehandhaafd naast de door mij aangebrachte doorlopende arabische nummering. Om tot de keuze van deze aanvulling te komen, is onderzocht of er onderlinge correspondentie bewaard is gebleven tussen zittende en potentiële redactieleden, uitgever en redactie-assistenten: Menno ter Braak, Frans Coenen, Elisabeth Couperus-Baud, J. Greshoff, Van Holkema & Warendorf, H. Marsman, Jan van Nijlen, Eva Raedt de Canter (pseud. van A.E.J. de Mooy), Arthur van Rantwijk en S. Vestdijk. Bij dat onderzoek zijn brieven achterhaald door Ter Braak gericht aan Greshoff, Marsman, Van Nijlen, Van Rantwijk en Vestdijk; door Coenen gericht aan Greshoff en Van Nijlen; door Couperus-Baud gericht aan Van Holkema & Warendorf; door Greshoff gericht aan Ter Braak, Coenen, Van Holkema & Warendorf, Marsman, Van Nijlen, Van Rantwijk en Vestdijk; door Van Holkema & Warendorf gericht aan Coenen, Greshoff, Van Nijlen, Van Rantwijk en Vestdijk; door Marsman gericht aan Ter Braak, Greshoff en Vestdijk; door Van Nijlen gericht aan Greshoff en Vestdijk; door Raedt de Canter gericht aan Greshoff; door Van Rantwijk gericht aan Ter Braak, Greshoff en Vestdijk; en door Vestdijk gericht aan Ter Braak, Coenen, Greshoff, Marsman en Van Rantwijk. Het is in dit verband van belang te vermelden dat de archieven van Van Holkema & Warendorf en Eva Raedt de Canter niet achterhaald zijn.Ga naar voetnoot8 De gevonden brieven zijn vervolgens beoordeeld op hun mogelijke | |||||||||||
[pagina 97]
| |||||||||||
belang voor deze editie. Voorts is een poging gedaan redactienotulen van Groot Nederland en dagboeken uit de periode rond 1935 of aantekeningen ter zake van de bij de reorganisatie betrokkenen te achterhalen. Dit leverde geen resultaat op.
Bij de publicatie van de tijdens bovengenoemd onderzoek gevonden documenten is door mij dezelfde inhoudelijke selectie toegepast als destijds bij de vorming van het ‘Dossier van de briefwisseling over de reorganisatie van “Groot Nederland”’ door Van Rantwijk, d.w.z. dat slechts die gedeelten van de opgenomen documenten weergegeven worden die gegevens bevatten over de reorganisatie van het tijdschrift Groot Nederland. Van de nrs. 6, 18, 22, 24, 34, 49, 51, 55, 57-58 en 60 zijn autografen bewaard; van de nrs. 1-4, 8, 12-14, 20, 50, 54, 56 en 59 zijn getypte originelen bewaard; van de nrs. 33, 48, 52-53 en 61 zijn uitsluitend doorslagen van de originelen achterhaald. Van nr. 55 is slechts de minuut overgeleverd. Als basistekst voor nrs. 1-4, 6, 8, 12-14, 18, 20, 22, 24, 34, 49-51, 54 en 56-60 is het handgeschreven of getytpe origineel gekozen. De basistekst voor de nrs. 33, 48 en 52-53 wordt gevormd door doorslagen van de originelen. Gezien de provenance, de handschriften en de gebruikte typemachine speelt het probleem van autorisatie niet bij de originelen die de basistekst voor de aanvulling vormen. Document nr. 55 is een door Vestdijk geschreven minuut, waarvan, mede door het ontbreken van een antwoord, niet kon worden vastgesteld of ze verzonden is. Gezien de provenance en de gebruikte typemachine is bij de doorslagen evenmin twijfel over de autorisatie mogelijk, met uitzondering wellicht van nr. 33: in het bij het samenstellen van het dossier gesup-primeerde gedeelte is in dit document echter sprake van een bijdrage door G.H. 's-Gravesande voor Groot Nederland, wat de in Bijlage III (p. 112) gereleveerde herkomst van deze doorslag verklaart. Document nr. 61 is een ondertekende doorslag, en kan vanwege die ondertekening als geautoriseerd worden beschouwd. | |||||||||||
[pagina 98]
| |||||||||||
Een precieze opgave van de staat van de als aanvulling op het ‘Dossier van de briefwisseling over de reorganisatie van “Groot Nederland”’ opgenomen documenten is per document in Bijlage III opgenomen (p. 107-115).
Omdat deze editie bedoeld is als leeseditie worden geen gegevens verstrekt over papiersoort en -formaat van de onderliggende originelen. Ook is ervan afgezien in de tekst met behulp van cijfers aan te geven uit hoeveel kantjes of losse blaadjes een document bestaat. De bladnummering van Van Rantwijk in zowel het originele dossier (dossier A) als in de bewaard gebleven doorslag van dit dossier (dossier B) is niet overgenomen. | |||||||||||
DateringDe volgorde van het ‘Dossier van de briefwisseling over de reorganisatie van “Groot Nederland”’ is gehandhaafd. De ordening van het dossier is niet in alle gevallen strikt chronologisch: document XXIII (nr. 40) is gedateerd op 6 november 1935, terwijl de documenten XXI-XXII (nrs. 38-39) beide van 7 november dateren. Mogelijk werd de volgorde in het dossier bepaald door het tijdstip van ontvangst van document nr. 40 door Greshoff, kennelijk ná verzending van de nrs. 38-39. De als aanvulling op het dossier opgenomen documenten zijn chronologisch gerangschikt en binnen de ordening van het dossier ingepast. Daarbij zijn de nrs. 3 en 4 van 7 september 1935 geplaatst vóór document I (nr. 5) van 6 september 1935, omdat het eerder geschreven document I als bijlage bij nr. 4 werd verzonden. De datering van de documenten is weergegeven in de geüniformeerde kopregel bij ieder document. Document 15 is in het dossier foutief gedateerd; in de kopregel bij deze brief is de datum van het origineel gegeven. Het origineel van document 37 is foutief gedateerd; in de kopregel bij deze brief is de, op grond van een handgeschreven notitie van Greshoff op het origineel vastgestelde, juiste datum opgenomen. Document nr. 42 is op het origineel en in het dossier foutief gedateerd; de | |||||||||||
[pagina 99]
| |||||||||||
gezien de inhoud juiste datering is in de kopregel bij deze brief gegeven. Een nader overzicht van de afwijkende dateringen wordt per document in Bijlage III opgenomen (p. 107-115). In de als Bijlage IV opgenomen chronologie is de loop van de bewaard gebleven correspondentie na te gaan (p. 116-118). | |||||||||||
TeksconstitutieEr is gekozen voor de volgende uitgangspunten. Voor deze editie is als basistekst van de in het ‘Dossier van de briefwisseling over de reorganisatie van “Groot Nederland”’ opgenomen documenten het originele typescript (dossier A) gekozen. Bijlage II geeft de variante versies uit de originelen van de tot het dossier behorende documenten, voorzover die achterhaald zijn (p. 104-106). De bladnummering van Van Rantwijk in zowel het originele dossier (dossier A) als in de bewaard gebleven doorslag van dit dossier (dossier B) is niet overgenomen. Als basistekst voor de als aanvulling op het ‘Dossier van de briefwisseling over de reorganisatie van “Groot Nederland”’ opgenomen documenten zijn de handgeschreven en getypte orginelen of doorslagen van de originelen gekozen. Een precieze opgave van de staat van elk document is opgenomen als Bijlage III (p. 107-115). Alle opgenomen documenten zijn door mij doorlopend genummerd. Tussen ronde haken wordt bovendien de oorspronkelijke romeinse nummering van de tot het ‘Dossier van de briefwisseling over de reorganisatie van “Groot Nederland”’ behorende documenten gegeven.
In het ‘Dossier van de briefwisseling over de reorganisatie van “Groot Nederland”’ zijn in opdracht van Greshoff slechts die gedeelten van de opgenomen documenten weergegeven die gegevens bevatten over de reorganisatie van het tijdschrift Groot Nederland; de daarop niet betrekking hebbende passages (waaronder consequent datering, aanhef en ondertekening) zijn in het dossier achterwege gelaten. Deze wijze van selectie is in onderhavige editie voor alle opgenomen docu- | |||||||||||
[pagina 100]
| |||||||||||
menten gevolgd. Door Van Rantwijk weggelaten passages in het dossier zijn verantwoord door ‘[...]’; dit is door mij in de als aanvulling opgenomen documenten op dezelfde manier verantwoord. De spelling van dossier en aanvullende documenten is inclusief spellings-eigenaardigheden en -inconsequenties (zelfs binnen één brief) gehandhaafd. Alle verschrijvingen, schrijf- of typefouten zijn stilzwijgend hersteld. Alleen wanneer deze resulteerden in vreemde zinsconstructies, onafgemaakte zinnen of andere onduidelijkheden wordt gebruik gemaakt van de toevoeging ‘[sic]’ om aan te geven dat de daaraan voorafgaande lezing juist is. Spel- of grammaticale fouten vallen hier niet onder. Dubbele aanhalingstekens zijn vervangen door enkele. Onderstrepingen in de tekst van de documenten wordt in cursief weergegeven. De interpunctie van het dossier en de originelen van de als aanvulling opgenomen documenten is gevolgd. Omdat de documenten als een doorlopend geheel worden afgedrukt zijn bladzijdecijfers en aanduidingen als ‘z.o.z.’ niet overgenomen. De alinea-indeling van het dossier en de als aanvulling opgenomen documenten is gehandhaafd. Witregels ter aanduiding van een nieuwe alinea zijn weggelaten. Gezien de aard van deze uitgave is de datering van de documenten uitsluitend in de kopregel bij het betreffende document opgenomen. De plaats van verzending is niet in de kopregel overgenomen. Door de briefschrijvers in de tekst vergeten woorden worden voor een juist begrip tussen teksthaken toegevoegd voorafgegaan door een plus-teken. In de documenten komen weinig doorhalingen, dooreenschrijvingen en (latere) toevoegingen voor. Deze zijn, gezien de aard van onderhavige editie, niet verantwoord. Van voorkomende afkortingen en voornamen wordt in een aparte lijst de oplossing gegeven. Woorden waarvan de lezing onzeker is, worden gevolgd door een vraagteken tussen teksthaken. De bladennummering die in beide exemplaren van het dossier voorkomt, is weggelaten. | |||||||||||
[pagina 101]
| |||||||||||
In deze uitgave worden de volgende diacritische tekens gebruikt:
| |||||||||||
CommentaarGezien de aard van de uitgave en het thematische uitgangspunt bij de keuze van de daarin opgenomen documenten is er van afgezien per document commentaar te geven. In de inleiding is de achtergrondinformatie verstrekt die nodig is voor een juist begrip van de context van de documenten. Er is naar gestreefd in de inleiding voorts alle feitelijke vragen te beantwoorden die de tekst van het dossier en de als aanvulling opgenomen documenten bij de hedendaagse lezer zou kunnen oproepen. Waar in de inleiding wordt verwezen naar of geciteerd uit brieven en documenten bevinden deze zich in de collectie van het Letterkundig Museum, tenzij nadrukkelijk een andere vindplaats wordt gegeven. | |||||||||||
BijlagenDe als Bijlage I opgenomen concordantie geeft een overzicht van de romeinse nummering van de tot het ‘Dossier van de briefwisseling over de reorganisatie van “Groot Nederland”’ behorende documenten waarmee de arabische nummering in onderhavige editie correspondeert (p. 103). Bijlage II geeft de varianten ten opzichte van de originelen in het ‘Dossier van de briefwisseling over de reorganisatie van “Groot Nederland”’ (p. 104-106). Als Bijlage III wordt per document de | |||||||||||
[pagina 102]
| |||||||||||
overleveringsgeschiedenis van alle in onderhavige editie opgenomen documenten en een nader overzicht van de afwijkende dateringen gegeven (p. 107-115). Als Bijlage IV is een chronologie van alle opgenomen documenten toegevoegd, waarin de precieze loop van de in onderhavige editie opgenomen correspondentie is na te gaan (p. 116-118). | |||||||||||
BibliografieIn de bibliografie is een lijst van de in de inleiding geciteerde secundaire literatuur opgenomen (p. 119-121). | |||||||||||
RegisterIn het register zijn opgenomen de namen van in de inleiding, dossier, kopregels bij documenten, de verantwoording, bijlagen, noten en bijschriften bij de illustraties al dan niet expliciet genoemde historische personen, instellingen, uitgeverijen, verenigingen, periodieken, series en reeksen, tenzij deze namen deel uit maken van een door mij gegeven verwijzing. De naam van Groot Nederland is daarbij genegeerd. Het register is alfabetisch ingericht. Gehuwde vrouwen hebben een hoofdingang op hun werkelijke naam, met een ‘zie’-verwijzing bij de naam van hun echtgenoot. Schrijvers onder pseudoniem hebben een hoofdingang op hun pseudoniem, met een ‘zie’-verwijzing bij hun werkelijke naam. | |||||||||||
DankbetuigingTen behoeve van deze editie heb ik dankbaar gebruik kunnen maken van de kennis en/of documentatie van de volgende personen en instellingen: Antiquariaat Aioloz (Leiden), Archief en Museum voor het Vlaamse Cultuurleven (Antwerpen), Salma Chen, Gillis Dorleijn, Koninklijke Bibliotheek (Den Haag), Kees Lekkerkerker, Letterkundig Museum (Den Haag), Anita van Oostrom, A.E. van Rantwijk †, Antiquariaat Schuhmacher (Amsterdam), Jan Teeuwisse, Bibliotheek van de Vereeniging ter Bevordering van de Belangen des Boekhandels (Amsterdam), Adriaan van der Veen en M.E.H. Warendorf †. |
|