De Gids. Almanak voor Suriname 1935

[p. 171]

Rijpere Jeugd.

LEIDING. Met de leiding is belast Ir Van Wouw, met een titel van ‘Jeugdleider’.

Deze wordt terzijde gestaan door zijn adviseurs, te weten:

de Tuinbouwkundig ambtenaar, den heer Binge, voor Landbouwvakken; verder door de geestelijken der verschillende gezindten, in het bijzonder de Jeugdleiders der R.K en Evang. Broedergemeente.

De dienst maakt geen onderdeel uit van eenig departement. De benoodigde gelden worden gekwete uit een post voor Crisisuitgaven.

Over de betaling der gelden is de Jeugdleider verantwoording verschuldigd aan den Adm. van Fin.

De Jeugdleider is tevens ambtshalve Secretaris van de Commissie voor de Rijpere Jeugd.

In deze Commissie door Zijne Excellentie de Gouverneur ingesteld, hebben zitting vertegenwoordigers van verschillende instanties, welke met de jeugd in aanraking kom n. Zij doet krachtens haar aanstelling, voorstellen in het belang voor de Rijpere Jeugd. met welker praktische uitvoering de Jeugdleider is belast.

In deze Commissie hebben in den loop van 1933 tot '34 zitting de Heeren: Mr. M. de Niet, voorzitter, A.J. Hilgen CssR, J.F. Mittemeyer; A.L Waaldijk, J. Goovaars, J.A. Bange en R. Anijs

Deze Commissie deed in het eerste deel van haar rapport 13 voorstellen, waarvan er 7 tot uitvoering kwam n.

In het Tweede Deel van haar Rapport verwerkte zij de gegevens, verkregen bij een door haar gehouden registratie onder de Rijpere Jeugd.

In het Derde Deel deed zij eenige voorstellen om te komen tot definitieve vestiging van landbouwers terwijl in het Vierde Deel, dat nog in 1934 verschijni, een overzicht wordt gegeven, van al het Gouverne ment-swerk onder de Rijpere Jeugd, gedurende het afgeloopen werkjaar. Ten slotte komen in het Vijfde Deel eenige algemeene kwesties aan de orde.

DOEL: Het doel van de organisatie Rijpere Jeugd. is niet alleen het tewerkstellen van de jeugdige werkloozen, voor zekeren tijd, doch gaat verder n.l. (in

[p. 172]

het bijzonder voor diegenen, die in den landbouw worden tewerk gesteld), wordt een dsfinitieve vestiging. zelfstandig, op een perceel, beoogd. Behalve tewerkstelling, wordt ook aandacht geschonken aan maatschappelijke vorming, terwijl ook de geestelijke vorming niet wordt verwaarloosd, zoodat dus in den breeden zin ‘opvoedkundig’ wordt gewerkt.

INRICHTING. Ten einde zulks te bewerkstelligen, is de dienst zoodanig ingericht, dat de jongens in groepen zijn vereenigd. In iedere groep, wordt de band gevormd door het werk, (ideëel) en den leider (persoonlijk).

Deze groepen varleeren in sterkte van 10 tot 40 jongens. Momenteel bestaan de volgende groepen:

1.	De Landbouwgroep, in den Cultuurtuin, sterk 40 jongens,
2.	de Timmergroep (meubelgroep) op Combé, koeliedepôt), groot 15 jongens.
3.	de Katholieke groep (Landbouw groep), aan den Rijsdijkweg, groot 30 jongens,
4.	de Protestantengroep, te Groningen, 30 jongens.
5.	De Tuchtgroep, op Z[...]nderij (grintdelvers) pl.m. 20 jongens,
6	de Centrale groep (schoen- en kleermakerij, keuken voor stadsjongens, magazijn en administratie), groot pl. m. 15 jongens. Alles tezamen pl. m. 200 jongens

De sterkten zijn nominaal; deze wisselen naar Lelang vertrek en aankomst van nieuwe jongens.

Behalve de 2 bovengenoemde Confessioneele groepen, zijn alle groepen naar de gezindten gemengd. In de Confessioneele groepen vinden zoodanige jongens een plaats, die uit eigen beweging, ofwel krachtens de wil der ouders zich in den landbouw wenschen te bekwamen, doch in eigen Godsdienstige sfeer willen verblijven,

Zoo de plannen van de Commissie voor de Rijpere Jeugd haar beslag krijgen, zullen de in den Landbouw opgeleiden, na 1 jaar, in de gelegenheid worden gesteld, om na overgangstijd van eveneens 1 jaar. zich zelfstandig te vestigen in den landbouw, onder deskundige leiding.

Elke jongen ontvangt: 2 werkpakken, een paar

[p. 173]

werkschoenen, vrije geneeskundige behandeling en verzorging (door den geheesheer van dienst of zoo noodig in het hospitaal) een warme hoofdmaaltijd, lessen in algemeene ontwikkeling en in hun eigen vak, en een zakgeld, naar prestatie, maximum zooveel centen per dag als de jongen jaren telt.

Het paren is verplichtend gesteld.

De leiders, thans pl. m. 20, zijn deels uit de padvindersbeweging, deels door bemiddeling van de Geestelijkheid. Met de ouders wordt steeds contact gezocht. Spreekuur van den Jeugdleider: Zaterdag namiddags 5-6 uur in het Hoofdkwartier, Koeliedepôt, Combé.