Dichters in dit nummer
EDGAR CAIRO. Geb. 1948 te Paramaribo. Studeert Nederlands. Schrijft gedichten en proza in het Surinaams. Publiceerde Temekoe (1969) en Kra (1970).
KWAME DANDILLLO (pseudoniem van Pieter Polanen). Geb. 1922 te Paramaribo. Overleden bij een auto-ongeluk, 6 september 1970. Publiceerde in 1970 de gedichtenbundel Palito. Nam in Surinaams legercontingent deel aan invasie van Balikpapan. Pater intellectualis van de ‘bomaanslag’ (vuurwerk in een blik gesoldeerd) op toenmalige minister-president J.A. Pengel. Zat hiervoor anderhalf jaar. Ambtenaar. Medeoprichter Progressieve Nationale Partij.
THEA DOELWIJT. Geb. 1938 in Den Helder. Journaliste, publiceerde in het Nederlands: De speelse revolutie (1967), Met weinig woorden (1968), Wajono (1969).
JOHN LEEFMANS. Geb. 1933 te Nieuw Nickerie. Studeerde rechten in Leiden, volgde de attaché-opleiding van het ministerie van buitenlandse zaken. Schrijft gewoonlijk in het Nederlands, hoopt evenwel over niet te lange tijd een bundel in het Sranan te publiceren. Publiceerde in tijdschriften: KAF. T, Mamjo.
P. MARLEE (pseudoniem van P.A. Nijbroek). Geb. 1938 te Paramaribo. Studeerde aan de Rijks Hogere School Tropische Landbouw te Deventer, Engels in Paramaribo. Schrijft voornamelijk in het Nederlands. Publiceerde gedichtenbundels: Fluidum (1968), PH-7 (1969).
ORLANDO (pseudoniem van Orlando Emanuels). Geb. 1927 te Paramaribo. Publiceerde in 1969: Onze misdaad van zwijgen, ten tijde van en bewogen door de februari-woelingen die de val van de regering Pengel tot gevolg hadden. Betreurt het dat hij door zijn opvoeding het Surinaams niet voldoende beheerst.
SHRINIVASI (pseudoniem van M.H. Lutchman). Geb. 1926 te Vaderzorg, Kwatta. Onderwijzer. Publiceerde gedichten in het Hindi, Sarnāmi Hindustāni en Nederlands. Onderging invloed van Nederlandse en Indiase dichters (modern en klassiek). Gedichten in tijdschriften: Caraibisch Venster (1952), Tongoni (1957), Soela (1962), Nieuwe Stemmen (1963); bundels: Anjali (1964), Pratikshā (1968), Dilākār (1970).
JOSEF SLAGVEER. Geb. 1940 te Totness (Coronie). Studeerde onder andere journalistiek aan het Nederlands Instituut voor Perswetenschappen. Het schrijven van gedichten in het Surinaams werd uitdaging om te bewijzen dat het Sranan geen minderwaardige taal is. Ook: uitdrukking van politiek en sociaal engagement. Publiceerde gedichtenbundels: Kosoedron (1967), Sibiboesi (1968), Kankantri (1968), Tigri fadon oen wiki (1969), in het Nederlands en Surinaams.
MICHAEL SLORY (pseudoniem van Asjantenoe Sangodare). Geb. 1935. Studeert Spaans aan de Universiteit van Amsterdam. Publiceerde de gedichtenbundels Sarka (bittere strijd, 1961) en Brieven aan de guerrilla (1968). Het gedicht ‘Bamborita’ is uit de nog ongepubliceerde bundel Fraga mi wortoe (laat mijn woorden klinken)
TREFOSSA (pseudoniem van Henny F. de Ziel). Geb. 1916 te Paramaribo. Onderwijzer, verpleger in leprozeninrichting, bibliothecaris. Thans weer onderwijzer. Publiceerde gedichten in het Surinaamse tijdschrift Foetoe-Boi, 1951, 1955 en 1956; in 1957 de gedichtenbundel Trotji. Het tweede couplet van het Surinaamse volkslied is in het Surinaams en werd door hem geschreven.