De Gids. Jaargang 133(1970)– [tijdschrift] Gids, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 311] [p. 311] Shrinivasi Zegebrief (uit: Pratikshā) Hoor het klinken van de trom steeds maar door aldoor klinkt het bericht van de damru Met zoete stem verkondigt en roept het uit de van poëzie vervulde nagârâ. Langzaam zachtjesaan komt neer in de ogen de vreugderegen De vreugdevolle morgenstond is het eigen hart weggelegd. Het onheil is verdwenen vernietigd het dodelijk gif In het hart bloeien open groei en succes geluk brengende vreugde en de duizendstralige zon. Door resoluutheid en kracht zijn verkregen voorspoed en rijkdom Eigen inspanning ten slotte heeft ons beroemd gemaakt. Ik ben jij bent hij is gij zijt Wij allen zijn Surinamers Wij allen zijn nobele onderdanen Wij allen zijn welbekende edele bewoners Zie al schaterlachend hoe aan het openbloeien is de ‘Lalla Rookh’-glimlach Het hart is vol vreugde [pagina 312] [p. 312] Het oog vol vers leven Het gehele land bruist ervan Het overwinningsteken is de zegebrief. In de oostenwind ligt een geheim besloten overal is het groot feest In Suriname geurt ons toe Bhârats nakomelingschap. Zie ik ben de landman en jij de bewerkster vet en vruchtbaar is ons land Maar zeg mij wie het bewoont? De Tulpenwangige lieveling De Echtgenote, de Lieftallige, de Beminde De Dochter van het land is zij En ook zijn Levendraagster. Zij is de Moeder van de toekomst De lamp van goeden huize Licht van het Land Ideaal van het Land Een lieflijke zilveren Zon Zij is de hoop van mijn land en daarbij mijn enige wens. Ik ben de bewonderaar jij de aan het Land toegewijde. Mijn innig geliefde Krishna ben ik en gij Râdhâ Je weldoener ben ik. Slaaf ben ik en jij slavin van het gehele Surinaamse Land De eeuwen door klinkt als maar luidt het het gehele leven door schitter je Jij bent de Surinaamse Ster en ik de Surinaamse Kumâr. Zie in de ogen Kijk in het hart in lichaam geest en rijkdom Overal heerst er zegevreugde vandaag is Suriname één blijde golving Weet je het waarom of weet je het niet? De grootste ontmoeting heeft er plaats van negentig volle jaren. [pagina 313] [p. 313] Zeg dan gezamenlijk van ganser harte uit geheel je wezen Zeg dan gezamenlijk Broeders en Zusters zeg het tezamen met de damru en de nagârâ Vorige Volgende