Van de redactie:
Met ingang van 1962 zal De Gids niet meer bij P.N. van Kampen & Zoon N.V. verschijnen. Meer dan een eeuw droeg deze uitgeverij de zorg voor de uitgave van het tijdschrift en de lasten ervan. In 1841 nam zij het blad over van G.J.A. Beyerink te Amsterdam en zij gaf het met een onderbreking van vier jaar (1950-1953), toen het bij Uitgeversmaatschappij W. de Haan N.V. te Utrecht verscheen, tot vandaag uit. De huidige redactie denkt met genoegen terug aan de prettige samenwerking met dit Amsterdamse uitgeversbedrijf.
Als nieuwe uitgever zal optreden de Stichting De Gids, terwijl de administratie en exploitatie van het tijdschrift zullen berusten bij J.M. Meulenhoff, Rokin 44, Amsterdam. Ook in de samenstelling van de redactie komt enige wijziging: deze zal worden gevormd door A. de Froe, Ed. Hoornik en Bert Voeten; ze zal worden bijgestaan door een raad van redactie, bestaande uit Anton van Duinkerken, E.J. Dijksterhuis, B.A. van Groningen, Karel Jonckheere, Emmy van Lokhorst en H. Schadee, en door de secretaris van de redactie K. Lekkerkerker.
Aan dit nummer werkten o.m. mede:
th.p. van baaren. Geb. 1912. Hoogleraar te Groningen voor godsdienstwetenschap en Egyptisch.
o. bottema. Geb. 1901. Hoogleraar in de zuivere en toegepaste wiskunde en theoretische mechanica aan de Technische Hogeschool te Delft. Van 1951 tot 1959 rector magnificus.
willem brandt (ps. van Wm. S.B. Klooster). Geb. 1905. Directeur van de N.V. Deli Drukkerij en Boekhandel, en hoofdredacteur van De Bussumsche Courant. Bloemlezing uit zijn poëzie: Reizend achter het heimwee (1955).
jacques hamelink. Geb. 1939. Debuteerde dit jaar in Nieuw Vlaams Tijdschrift.
pierre kemp. (Zie het januari-nummer).
l.th. lehmann. Geb. 1920. Publiceerde o.m. Verzamelde gedichten (1947), De pauwenhoedster (roman, 1955) en Het echolood (poëzie, 1955).
r.p. meijer. Geb. 1926. Senior-lecturer in het Nederlands aan de Universiteit van Melbourne. Promoveerde aldaar in 1958 op Achterberg.
mea nijland-verwey. Geb. 1892. Publiceerde o.m. de dichtbundels Golfslag (1921), Stem van het hart (1934), De verdolven landen (1945) en De melodie (1946); en voorts De betekenis van Johannes van Vloten (diss., 1928).
j.w. schulte nordholt. (Zie het november-nummer).