Aan dit nummer werkten o.m. mede:
gerrit achterberg. Geb. 1905. Debuteerde in 1926 als dichter en wijdt zich sedert jaren uitsluitend aan zijn literaire arbeid. Van zijn 23 verzenbundels werd Stof in het frans vertaald onder de titel Matière (1952). Een groot deel van zijn oeuvre is bijeengebracht in de verzamelbundels Cryptogamen (1946), Oude Cryptogamen (1951) en Cryptogamen III (1954).
herman van den bergh. (Zie het januari-nummer).
p.a.h. de boer. Geb. 1910. Studeerde theologie en semietische letterkunde aan de universiteit van Leiden en promoveerde aldaar in 1938. Sinds 1938 hoogleraar aan de leidse universiteit in de uitlegging van het Oude Testament, geschiedenis van de israëlische godsdienst en letterkunde. Recente publicaties: De godsdienst van het Jodendom (1951), Vreugde en verdriet (1953).
cola debrot. (Zie het juni-nummer).
p. geyl. (Zie het juli-nummer).
Jac. van hattum. Geb. 1900. Publiceerde een groot aantal verzenbundels, verhalen en sprookjes. In 1954 verscheen een uitgebreide keuze uit zijn Gedichten, in 1955 een bloemlezing uit zijn Sprookjes en vertellingen.
jeanne van schaik-willing. Geb. 1895. Romancière en toneelschrijfster. Toneelcritica van De Groene Amsterdammer. Schreef o.a. de romans Uitstel van executie (1932). Sofie Blank (1943), De witte veren (1949) en De overnachting (1947), samen met S. Vestdijk. In 1949 werd haar drama Het Portret opgevoerd, in 1953 het lyrische spel Odysseus weent. Een kleine autobiografie Ondanks alles verscheen in 1955.
leo vroman. (Zie het februari-nummer). Vromans gedicht Slaapwandelen, verschenen in het december-nummer 1955 van De Gids, werd deze maand door de gemeente Amsterdam bekroond met de prijs voor het beste gedicht van 1955.