Gezang op de capitulatie der stad Gorinchem;
Waarin omstandig beschreven wordt, al het geene gemelde STAD, bij eene Belegering van omtrent drie Maanden, heeft geleden.
STEM: Van de Lente,
1.
Myn vrienden! thans hebt gy weer stof om te danken,
En God te verheffen, met juichende klanken,
Door hulpe van Rusland de Pruisch in Brittanje,
Is Gorkum gewonnen, voor 't Huis van Oranje.
2.[regelnummer]
Dat Gorkum heeft yslyk veel rampen geleden,
't Is byna drie maanden, op 't heftigst bestreden,
De Burgers die liepen by troepen en bende,
Steeds kermend van honger en dorst en ellende.
3.[regelnummer]
De Bommen, Hauwitzers en Kogels die vielen,
Benamen veel Menschen, hun kostbare Zielen,
't Verdrag was zoms vrugt'loos 't werd telkens verbroken,
En dus werd het Krygsvuur, op nieuw weer ontstoken.
| |
4.[regelnummer]
Veel huizen verbranden, veel Vrouwen en Kind'ren,
De heeft men om 't morrend trumult te verminderen,
De Stad uit gedreven, beroofd van hun mannen,
Van alles verlaten, gantsch hulpeloos verbannen,
5.[regelnummer]
Een Wagen met Kruid, sprong een Molen aan stukken,
De nood steeg ten toppunt, van alle ongelukken,
Men zag van het Dorpje, geheten Schelluynen,
De Rook in de Stad door de brandende Puinen.
6.[regelnummer]
De nood was ten laaste, zoo hooge gestegen,
Dat alles in Gorkum, op 't diepst werd verlegen,
Men stak een wit Vaendel, van Gorinchems Toren,
Ten einde een voorslag van Vrede te hooren.
7.[regelnummer]
Men kwam te Schelluynen, in 't Kamp by elkander,
En sloot daar 't Verdrag, voor den een en den ander,
Dat door tydverloop van nog zeven paar dagen,
De Stad van de Franschen, geheel is ontslagen.
8.[regelnummer]
Triumph Landgenoten! verheft nu Oranje,
En zegend Rusch, Pruisch en het magtig Brittanje,
Wat deden die Vorsten al opöfferingen,
Om ons te verlossen, en vrolyk te zingen.
9.[regelnummer]
Nog iets van veel waarde moet ik niet vergeten,
Wy zullen Ameaika's vruchten haast eeten,
De Vreê van dat Land, met Brittanje gesloten,
Moet zeker het heil van ons Neêland vergrooten.
10.[regelnummer]
Dus halen wy adem, naar drukkende dagen,
Haast zyn wy van druk, rouw en tranen ontslagen,
En juichen verheugd, dat de Heer aller Heeren!
Ons dankbare vreugd gaf, en deed triumpheeren.
Te Leeuwarden, by S.Y. van der Werff.
|
|