De Gemeenschap. Jaargang 9(1933)– [tijdschrift] Gemeenschap, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 214] [p. 214] A.J.D. van Oosten Dahlia's tegen den bloei De stengels stonden reeds zoo hoog zij spraken af zich niet meer te vermoeien, er was geen reden voor nog verder groeien; maar als een macht die boven hen bewoog voelden zij stil hun eerste bloem ontbloeien. Portret van Anita Voor den schilder Otto van Rees. Hij heeft haar prille witte vonken verzameld tot een tijdloos vuur, het bleeken van haar morgenuur met zijn blauw daglicht overschonken; haar aangezicht staat jong en puur van zijn verteedering doorblonken. De spanning van haar schoonste leven waar hart en jeugd nog hoog in trilt, sloeg hij tot een sterk gouden schild, tegen haar aardschen dag geheven; nog eer haar opbloei is verstild heeft zijn hand haar verval verdreven! Vorige Volgende