Geestelijcke harmonie(1637)–Anoniem Geestelijcke harmonie– Auteursrechtvrijvan veelderley ende uytghelesene soo oude als nieuwe Catholijcke Kerckelijcke Lofsanghen, Leysenen ende Liedekens, op die principaelste Feesten en getijden des Iaers, die men in’t Vorstendom Cleve by den Catechismus singht Vorige Volgende [pagina 181] [p. 181] CXXV. Een Avents gesangh. Christe quilux es & dies. Christe die ghy sijt dagh en licht, Voor u is Heer verborgen nicht, Ghy wort gelooft des lichts claerheyt, Die ons een salich licht verbreyt. O heylich Heer wy bidden u, In desen nacht beschermt ons nu, Laet ons in u toch rusten sacht, Verleent ons een gerusten nacht. Op dat ’t herte niet te swaer en slaept, Of den vyant ons niet betraept, Noch ‘tvleys hem geen consent en geeft, Dattet voor u niet schuldich leeft. Ons oogen laet doch slapen vry, T’hert laet altijt waken tot dy, V rechter handt bescherme Heer, V dienaers die u minnen seer. Beschermer Heer aensiet ons doch, Den vyant wilt bedwingen noch, Regiert u dienaers Heere goet, Die ghy gekocht hebt door u bloet. Sijt ons gedachtich al gelijck, In dit swaer lichaem, arm en rijck, Die der sielen beschermer sijt, Heer staet ons by in onsen strijt. Eer sy den Vader in den throon, En Iesu Christ sijn lieven Soon, Versamelt met den heyligen Geest En een eewich Godt soo men leest. Vorige Volgende