| |
| |
| |
een brief en andere gedichten
Cees Buddingh'
Een dagje in het leven
versbrief aan hans sleutelaar
beste hans, het is niet eenvoudig wat je vraagt:
vijf gedichten - (vijf!) - en liefst nog voor 1 november,
terwijl je weet hoe bloedig ik erop zwoeg;
maar ik heb het beloofd, min of meer - en nu zit ik dan hier,
alleen in de kamer, want stientje ligt nog steeds
in het ziekenhuis (nu al vier maanden), de jongens slapen,
en vlokje zwerft ergens op straat: het is negen voor elf,
zo stil als het maar kan zijn op zaterdagavond
in een nette semi-buitenwijk van dordt.
alleen beneden wat vage stemmen: er moet nog
een hoorspel bezig zijn, en soms komt er een auto
voorbij of de bus - en, o ja, de klok tikt, maar verder
geen geluid, en het lijkt mij een mooie gelegenheid
om jou, wat de engelsen noemen, een verse epistle
te schrijven, dat was per slot in de achttiende eeuw
een goed gebruik onder vrienden, en goede gebruiken
| |
| |
houd ik, als het enigszins kan, altijd graag in ere.
waarover? niet over het wereldgebeuren: het is
tamelijk rustig, op het gewone gekift
en geharrewar na: er vallen nog altijd doden,
maar niet zo heel veel, statistisch gezien: we kunnen
sinds kort weer vrijuit ademen, voor zolang
als het duren zal - en over de rassenstrijd
kunnen we vloeken, maar franse wijn is toch veel
beter dan zuid-afrikaanse; à bas verwoerd,
leve bloke modisane! - en vanavond ook niet
over de poëzie, die er toch wel komt,
(mede dank zij dit nummer van gard-sivik).
nee, ik wou je gewoon eens verslag uitbrengen
van wat ik gedaan heb vandaag (19 oktober
droog en met bijna geen wind): om kwart voor acht
liep de wekker af, want sacha moest naar school;
maar voor anderhalf uur, naar bleek, want de onderwijzers
hadden vergadering - nu, dan had ik de kinderen
maar thuis laten blijven, denk je dan als huisvader,
die ook wel eens een keertje uitslapen wil.
tegen negenen was ik - als elke ochtend - even
bij stientje, die tamelijk monter was en vrij goed
had geslapen: vroeg wakker alleen en afschuwelijke dromen,
wiebe was thuis, van een keelontsteking opknappend:
we hebben een potje pim pam pet gespeeld
(hij had negentien kaarten, ik zes), daarna heb ik wat
in de nieuwe roman van colin wilson gelezen
(man without a shadow, arthur barker, london,
21/ net): nogal warhoofdig,
met veel slap geklets en weinig - beloofde! - seks;
een kop koffie gemaakt en gedronken, boodschappen gedaan
(bacon, smeerkaas, pijpragers, voer voor de kat),
otto gebeld, of hij wiebe wegbrengen wilde
naar zijn tante riek om naar de tv te kijken
(zelf even meegegaan om hem af te leveren),
daarna weer thee gezet, boterhammen gesneden
voor sacha en mij, en sacha, die voetballen moest
de deur uitgeholpen; de krant even ingekeken
(alleen de sport): toen was het alweer tien voor twee:
opnieuw naar het ziekenhuis: stientje badend in tranen:
de oude angst dat het toch niet in orde zal komen.
gepraat als brugman, gelukkig met enig succes;
om half vier te voet - want mijn fiets stond nog in pictura -
| |
| |
naar dfc, om sacha met de spechten
tegen emma in aktie te zien en hem van de lijn af
aanwijzingen toe te schreeuwen: hij stond rechtsbuiten,
en was weer behoorlijk op dreef: gaf goede voorzetten,
zat er flink tegenaan, af en toe, en het scheelde niet veel
of hij had nog een doelpunt gemaakt - nu werd het 3-3;
wel wat jammer, want nu staan de adelaars bovenaan,
die alles nog wonnen, (vandaag van oranje-wit
met 6-3), maar die drukken de spechten er nog wel in!
vervolgens, na sacha eerst een zakje patat
te hebben verstrekt, vlugvlug naar huis terug,
om op tijd te zijn voor het bezoek: weer thee gezet, brood gemaakt,
ondertussen met water en lysol twee fikse plakkaten
stront opgeruimd, die vlokje, van wie ik dacht
dat ze buiten was, uitgerekend in mijn slaapkamer
gedeponeerd had - naar stientje, iets minder somber
goddank: wat gepraat en gekeken naar ivanhoe;
terug weer naar huis - voor de zoveelste keer - waar wiebe
al gauw arriveerde: de jongens in bed gestopt,
van limonade voorzien; thee gezet, zitten lezen
in eliot (what is a classic?) en yeats (purgatory),
en mij daarna gezet aan het schrijven van deze versbrief,
die ik nu (om zes voor half een) heb voltooid, dwz:
hier en daar moet er nog wel een beetje aan worden geschaafd,
maar ook weer niet al te veel, want het is de toon, hans,
die de muziek maakt, zoals booker little ons leert,
en nu rook ik nog één pijp en ga dan naar bed,
in de hoop dat mijn slaapkamer niet meer zo heel erg zal stinken.
| |
| |
| |
1 × 1 = 1
ik heb nooit hard gelopen
om dichters te ontmoeten,
maar mij wel vaak buiten adem gefietst
om op tijd bij een voetbalwedstrijd te zijn
| |
Optimist
liet hij rijn hoofd nog niet hangen:
| |
| |
| |
Nieuw partijlied
wat een diepe ellende: (4 x)
alweer niet op de tv (4 x)
beeldschermbezitters aller landen
|
|