Gard Sivik. Jaargang 4
(1959-1960)– [tijdschrift] Gard Sivik– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina I]
| |
[Nummer 13] | |
[pagina 1]
| |
1(willen?)
niet: te ademen in de armen, de ogen van anderen
(te veel geboorte, te veel tempels, te veel gebeden geleden in onze mythes)
willen?
niet: het geluk van een doorvoede radio, een verbrande krant
(te veel relikwieën in iedere broekzak, te veel rook onder de nagels)
Wat?
Wij kunnen een wet schrijven
- voor elke dag een andere naam, zon
van oneven letters, druppels)
Wij dragen een... in ons hoofd
Druppels
In het midden van ons hoofd
Dragen een ras
Onder een brandend hemd
| |
[pagina 2]
| |
2(in uw spiegel)
Genoeg vergeelde gedachten voor 1 uur
Gelovige zon in een totaal verouderd oog
(: niet oorlog maar die echo echo van oorlog!)
Gespierde geluiden uit de voorstad
op de verzorgde lippen
- portret van een Antieke traan
elke porie glanzend van beschaving
en lyrische leugens
‘Wat denkt u?
Heeft dat gezicht nog iets
menselijks?’
‘Ja?’
(hoongelach uit het stadion)
| |
[pagina 3]
| |
3(1935, een zon/dag)
Zie: een proportie
- Ik ben veroorzaakt.
Ik voel dat ik voel
het marmer van eeuwen in mijn eeuw,
de holte van een schaduw, een navel, een vermoeide mens
voel een zon voor leven en een zon voor dood
Ik nader
| |
[pagina 4]
| |
4(zwijgen)
de zon draagt mijn lippen
formuleert
mij
tot moment oppervlakte cijfer /een
zwaartekracht
deelt angst uit, energie
- dat zijn onze nuances.
de zon is een wonde
en zwijgt
|
|