De Franse Nederlanden / Les Pays-Bas Français. Jaargang 2004
(2004)– [tijdschrift] Franse Nederlanden, De / Les Pays-Bas Français–
Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 173]
| |
De vernieuwde opera van Rijsel
| |
La rénovation de l'opéra de Lille
| |
[pagina 174]
| |
[Nederlands]Na een renovatie die drie jaar in beslag nam, heropende op 9 december 2003 de Opera van Rijsel zijn deuren. De kosten van de werken bedroegen 17,5 miljoen euro en werden betaald door de stad Rijsel, de Communauté Urbaine de Lille Métropole, de Conseil Régional Nord-Pas-de-Calais, de Conseil Général du Nord, het Franse Ministerie van cultuur (Direction régionale des affaires culturelles (DRAC)) en de Europese Gemeenschap (Europees fonds voor regionale ontwikkeling (EFRO)). De leiding van de werken werd toevertrouwd aan de architecten Pierre-Louis Carlier en Patrice Neirinck. De buitenkant van het gebouw werd grondig schoongemaakt, maar vooral de renovatie van het interieur is opvallend. De grote foyer heeft zijn oude glorie teruggevonden. Het schilder- en beeldhouwwerk, de vergulde versieringen, de nieuwe houten vloer en vooral de nieuwe belichting geven deze ruimte van 35 bij 9 meter, een flamboyant en feeëriek uitzicht. Hier kunnen maximaal 200 personen concerten en recitals bijwonen. Voor de restauratie van de grote zaal wilden de architecten terugkeren naar de bronnen. Deze zaal in Italiaanse stijl heeft vijf niveaus en biedt plaats
De Opera van Rijsel.
L'Opéra de Lille. | |
[Frans]meture de l'édifice en mai 1998, mettant brutalement fin à la saison en cours. Après trois années de travaux, l'Opéra de Lille a rouvert ses portes le 9 décembre 2003. Le financement de la rénovation, dont le coût s'élève à 17,5 millions d'euros, a été assuré grâce à un partenariat entre la ville de Lille, la Communauté urbaine de Lille métropole, le Conseil Régional Nord-Pas-de-Calais, le Conseil général du Nord, le ministère de la Culture (Direction régionale des affaires culturelles (DRAC)) et l'Union européenne (Fonds européen de développement régional (Feder)). La direction des travaux a été confiée aux architectes Pierre-Louis Carlier et Patrice Neirinck. Si l'extérieur du bâtiment a fait l'objet d'un ravalement soigné, c'est surtout la rénovation de l'intérieur qui a été la plus remarquable. Le Grand Foyer a retrouvé sa splendeur d'antan. Le toilettage des peintures, des dorures et des sculptures, le nouveau parquet et surtout le nouvel éclairage donnent un éclat flamboyant et féerique à cet espace de 35 mètres de long sur 9 mètres de large qui pourra accueillir jusqu'à 200 personnes pour des concerts et des récitals. | |
[pagina 175]
| |
[Nederlands]aan 1138 personen. De muren werden bezet met behang dat identiek is aan het originele. Men moest daarvoor bij een Zwitserse fabrikant aankloppen. De stoelen van de parterre zijn ook identieke kopieën van de originele uit 1914. De stoelen van de andere verdiepingen zijn als nieuw. Het aanbrengen van een hellend nieuw parket en het plaatsen van de stoelen in alternerende rijen verbetert het zicht van de toeschouwers op de parterre. De zaal werd uitgerust met een nieuwe ventilatie en verwarming. Al het beeldhouwen schilderwerk en de vergulde versieringen kregen een grondige schoonmaakbeurt, zoals ook de 5000 kg wegende luchter. Ten slotte werd achter de stoelen van de parterre een ruimte achter glas voorzien waar laatkomers kunnen plaatsnemen. De scène werd volledig vernieuwd en uitgerust met de meest hedendaagse technische middelen. Van de 70 draagstangen zijn er 35 geautomatiseerd. De regiekamer is volledig heringericht. Door het verwijderen van de oude omkadering van de scène wordt de zichtbaarheid op het toneel vergroot. Dit toneel in dennenhout heeft een oppervlakte van 426 m2. Er werd een nieuwe toneeldoek gemaakt en een systeem voor boventiteling zal het makkelijker maken om werken in een andere taal te begrijpen. De orkestbak, waarin 70 muzikanten plaats kunnen nemen, beschikt over een in de hoogte verstelbare bodem, waardoor het mogelijk wordt afhankelijk van het spektakel de plaats van het orkest aan te passen aan de hoogte van de scène. Uiteraard werd ook aan het comfort van de artiesten gedacht. Hun kleedkamers werden dan ook helemaal vernieuwd. | |
[Frans]Une volonté de retour aux sources a présidé à la rénovation de la grande salle à l'italienne qui s'élève sur cinq niveaux et offre une capacité de 1138 places. Ainsi les murs ont été recouverts d'une tapisserie identique à l'original. Il a fallu pour ce faire s'adresser à un fabricant suisse. Les nouveaux fauteuils du parterre sont également des copies des originaux de 1914. Les sièges des autres niveaux ont été refaits. L'aménagement en pente du nouveau parquet et la disposition en quinconce des fauteuils améliorent le confort visuel des spectateurs du parterre. La salle a été dotée d'une nouvelle installation de ventilation et de chauffage. Toutes les sculptures, peintures, dorures ainsi que le lustre plafonnier de 5 000 kg ont fait l'objet d'un toilettage minutieux. Enfin, il a été aménagé derrière les derniers fauteuils du parterre un espace vitré pour l'accueil des retardataires. La cage de scène a été totalement rénovée et dotée des moyens techniques les plus modernes. Sur les 70 perches porteuses, 35 sont motorisées et informatisées. La régie a été entièrement réaménagée. La suppression du faux cadre de scène améliore la visibilité du plateau en sapin d'une superficie de 426 m2. Un nouveau rideau a été confectionné et un dispositif de surtitrage facilitera la compréhension des oeuvres en langue étrangère. La fosse d'orchestre, qui peut accueillir jusqu'à 70 musiciens, est équipée d'un plancher réglable en hauteur par un mécanisme motorisé, ce qui permettra de moduler selon les spectacles la position de l'orchestre par rapport au plateau de la scène. | |
[pagina 176]
| |
[Nederlands]De architecten hebben de opera ook functioneler willen maken door op de vijfde etage ‘de studio’ te creëren, een werk- en repetitieruimte. De grote zaal van de studio met een oppervlakte van 202 m2, die uiteraard op de eerste plaats als werkruimte dienst doet, kan ook aan 150 toeschouwers plaats bieden. Hiervoor moest men het dak een beetje verhogen. Van buiten is dat bijna niet te zien. Alleen een toeschouwer die weet dat men deze ingreep heeft gedaan, kan dit vanuit de rue Anatole France zien. De zangers en de koren beschikken ook een werkruimte. Door aan de muren vastgemaakte panelen die men kan richten, beschikt deze zaal over een aanpasbare akoestiek. In de geest van de ontwerpers is het ook belangrijk om van de opera een huis te maken dat openstaat voor de buitenwereld. Daarom zal van de oude rookzaal op de gelijkvloerse verdieping een café gemaakt worden met een terras op de Boulevard Carnot. Het café zal elke dag geopend zijn en ook de avonden waarop er activiteiten plaatsvinden. Het café zal aansluiten bij de ontvangstzaal en de ruimte waar de kaartjes verkocht worden. De Opera van Rijsel is zo een eersterangs werkinstrument geworden, dat beantwoord aan alle technische vereisten. Toch is een operahuis niets, zelf al beschikt het over een perfekte uitrusting, als het geen duidelijk en duurzaam artistiek plan kan voorleggen. Deze opdracht werd toevertrouwd aan Caroline Sonrier, die in 2001 tot directeur benoemd werd. Ook al is het voor haar de eerste keer dat ze een operahuis leidt, toch heeft ze op muzikaal en vocaal vlak heel wat ervaring. Gedurende zeven jaar was ze direc- | |
[Frans]N'a pas été oublié non plus le confort des artistes dont les loges ont été entièrement rénovées. Les architectes ont également voulu rendre l'opéra plus fonctionnel en créant au cinquième étage un espace de travail et de répétition, le studio. La grande salle du studio d'une superficie de 202 m2, outre sa fonction première de lieu de travail, permet d'accueillir jusqu'à 150 spectateurs. Son aménagement a entraîné une discrète surélévation de la toiture, invisible de l'avant et de l'arrière du bâtiment; seul un observateur averti, posté dans la rue Anatole France, peut percevoir cet ajout à l'architecture de l'édifice. Les chanteurs et les choeurs disposent également d'une salle de travail avec une acoustique modulable grâce à des panneaux orientables accrochés aux murs. Dans l'esprit des concepteurs il était également important de faire de l'opéra un bâtiment ouvert sur l'extérieur. Ainsi l'ancien fumoir situé au rez-de-chaussée sera transformé en un café avec une terrasse en bordure du boulevard Carnot. Il sera ouvert toute la journée et le soir des spectacles et il côtoiera l'espace accueil et la billetterie. L'Opéra de Lille constitue désormais un outil de travail de premier ordre, répondant à toutes les exigences techniques. Toutefois une maison d'opéra, même dotée d'une infrastructure performante, n'est rien sans un projet artistique pertinent et durable. C'est la tâche qui a été confiée à Caroline Sonrier, nommée au poste de directrice en 2001. Bien qu'il s'agisse de son premier poste de direction d'une maison d'opéra, Caroline Sonrier a une solide expérience dans le domaine musical et vocal, puisqu'elle a assuré | |
[pagina 177]
| |
[Nederlands]trice van het ‘Centre de la Voix’ van de ‘Fondation de Royaumont’ en gedurende acht jaar leidde ze ‘Opéra et Ballet’ van het Ile-de-France. Caroline Sonrier heeft enkele lijnen uitgezet die ze met overtuiging verdedigt. Ze wil van de Opéra de Lille een flexibele structuur maken, die openstaat voor elk publiek. Toch heeft ze in haar keuzes rekening moeten houden met financiële beperkingen. Het budget waarmee zij moet werken, kan niet vergeleken worden met dat van de grotere huizen als de Opera van Parijs, de Muntschouwburg of de Opera van Vlaanderen. De Opera van Rijsel, die het juridisch statuut heeft van een vereniging, wordt gesubsidieerd door de stad Rijsel, de Regionale Raad en het Ministerie van cultuur (DRAC). Men zal moeten toegeven, ook al wil men het presenteren als een teken van flexibiliteit, dat als het huis niet beschikt over een eigen orkest en maar een beroep kan doen op een koor van slechts 24 zangers, dit veroorzaakt wordt door de financiële beperkingen. Voor de grote operawerken zal men een beroep moeten doen op orkesten zoals het Orchestre de Picardie, het Orchestre National de Lille of de Atelier Lyrique de Tourcoing. De Opera zal in elk geval in verschillende seizoenen twee formaties voor langere tijd ontvangen: het Concert d'Astrée, gespecialiseerd in barokmuziek, onder de leiding van Emmanuelle Haïm en het Belgische ensemble voor hedendaagse muziek Ictus. Zij zullen concerten verzorgen en ze verzekeren het muzikale gedeelte van de opera's die bij hun repertoire passen. De programmering van 2004, die helemaal ingepast wordt in het programma van Rijsel Europese culturele hoofdstad, staat in het teken van het eclecticisme. | |
[Frans]pendant 7 ans la direction du ‘Centre de la Voix’ de la Fondation de Royaumont, et pendant 8 ans celle de la structure ‘Opéra et Ballet’ d'Ilede-France. Caroline Sonrier a défini des orientations qu'elle défend avec conviction: elle veut faire de l'Opéra de Lille une structure flexible et ouverte à tous les publics. Il faut cependant reconnaître que dans ses choix elle a également dû tenir compte de contraintes financières. Le budget dont elle disposera n'a rien à voir avec celui des grands voisins que sont l'Opéra de Paris, le Théâtre de la Monnaie ou l'Opéra Flamand. L'Opéra de Lille, qui a le statut juridique d'une association, est subventionné par la ville de Lille, le Conseil régional et le ministère de la Culture (DRAC). Bien qu'affiché comme un objectif de flexibilité, le fait que l'établissement fonctionnera sans orchestre permanent et ne disposera que d'un choeur de 24 chanteurs, n'est pas étranger aux contraintes budgétaires. Pour les grands opéras, il sera fait appel au concours d'orchestres invités comme l'Orchestre de Picardie, l'Orchestre national de Lille ou l'Atelier lyrique de Tourcoing. L'Opéra accueille toutefois pour plusieurs saisons deux formations en résidence: le Concert d'Astrée (ensemble de musique baroque) sous la direction d'Emmanuelle Haïm et l'ensemble belge de musique contemporaine Ictus. Elles donneront des concerts et assureront la partie musicale des opéras relevant de leur répertoire de prédilection. La programmation 2004, qui s'inscrit dans le cadre de Lille 2004, est placée sous le signe de l'éclectisme. | |
[pagina 178]
| |
[Nederlands]Het zwaartepunt zal in dit programma liggen bij de hedendaagse dans, met creaties van vooraanstaande internationale choreografen, zoals Bil T. Jones, William Forsythe, Andrés Marin en Saburo Teshigawara. De liefhebbers van opera zullen zich in 2004 misschien wel een beetje in de steek gelaten voelen, met slechts vier producties. Een daarvan is ‘Don Giovanni’ van Mozart, een coproductie met de Muntschouwburg in Brussel en in een opvallende regie van David Mc Vicar. Met enige spijt noteren we ook dat er dit jaar geen enkel recital op het programma staat. De directie van de opera wil openstaan voor iedereen. Daarom zal zij conferenties organiseren, die de verschillende producties in hun context plaatsen, waardoor ze voor iedereen toegankelijk worden. Er worden ook werken uitgevoerd die gewoonlijk niet op het programma van een operahuis staan, zoals muzikale komedies of concerten met traditionele muziek. Ten slotte zijn er op woensdagavond om 18u concerten die een uur duren, voor de prijs van een bioscoopkaartje. Overigens wil men ook de prijs van een kaartje zeer betaalbaar houden, zeker voor jongeren. 
De foyer van de Opera van Rijsel.
Le foyer de l'Opéra de Lille. | |
[Frans]Le point fort en sera assurément la danse contemporaine avec des créations des plus prestigieux chorégraphes internationaux: Bil T. Jones, William Forsythe, Andrés Marin, Saburo Teshigawara. Les amateurs d'opéra se sentiront quelque peu frustrés avec pour l'année 2004 quatre productions seulement, dont le ‘Don Giovanni’ de Mozart dans une remarquable mise en scène de David Mc Vicar, une coproduction avec le Théâtre royal de la Monnaie de Bruxelles. On notera également, non sans regret, qu'aucun récital de chant n'est programmé pour 2004. La direction de l'Opéra de Lille affiche clairement une volonté d'ouverture à tous les publics. Des conférences permettront de situer les productions dans leur contexte et d'en faciliter l'accès. Seront également programmées des oeuvres que l'on n'entend pas habituellement dans une maison d'opéra, comme des comédies musicales, des concerts de musiques traditionnelles. Enfin le mercredi soir à 18 h des concerts d'une heure seront proposés pour le prix d'une place de cinéma. Cette volonté d'ouverture se manifeste également par une politique tarifaire très attractive, en particulier en direction des jeunes. | |
[pagina 179]
| |
[Nederlands]Als men de Europese ambities van Rijsel kent, dan is het normaal dat deze stad beschikt over een operahuis dat die naam waardig is. Het is dan ook de verdienste van het stadsbestuur dat het deze behoefte heeft opgemerkt en dat het alles in het werk gesteld heeft om van de renovatie van het gebouw een absoluut succes te maken. Nu moet men er ook nog een groot operahuis van maken. Dat is uiteraard een opdracht voor het Rijselse stadsbestuur, maar eigenlijk ook voor de Communauté Urbaine de Lille en voor alle institutionele actoren uit de regio. | |
InformatieOpéra de Lille
| |
TicketsTel: + 33 (0) 3 28 38 40 40
(Uit het Frans vertaald door Dirk van Assche) | |
[Frans]Compte tenu de ses ambitions européennes, Lille se devait de posséder un opéra digne de ce nom, et il revient à la municipalité de la ville le mérite d'avoir perçu cette nécessité et d'avoir tout mis en oeuvre pour que la rénovation du bâtiment soit un succès à tous égards. Il reste maintenant à en faire une grande maison d'opéra, une tâche à laquelle la Communauté urbaine de Lille et tous les acteurs institutionnels de la région devraient apporter leur concours. | |
InformationsOpéra de Lille
| |
BilletterieTél: + 33 (0) 3 28 38 40 40 |
|
