Het Evangelische visnet, bevattende sommige veranderde liedjes uit het zelve, andere uit de Evangelische triumph-wagen, Zingende zwaan, en anderen
(1794)–Anoniem Evangelische visnet, : bevattende sommige veranderde liedjes uit het zelve, andere uit de Evangelische Triumph-wagen, Zingende zwaan, en anderen, Het– Auteursrechtvrij
Stem: {Een eenig heb ik verkoren.
| |
[pagina 278]
| |
En jong van Iaren heeft na Iesus raad,
Des wereld lusten, eer en goed versmaad Hy eel, &c.
4. Heel van de wereld afgescheiden,
Al in een Klooster heiliglyk,
Zyn jonge jeugd ging hij bereiden,
Tot aller deugd en 't Hemelryk,
Ia zuiverheid, oodmoedigheid,
Met vasten bidden heeft hij God geëert,
De waare wijsheid uit zyn wet geleert. In, &c.
5. Aldus bekwaam heeft hun den Heere
Gesteld op eenen kandelaar:
De Heidenen Gods woord te leren,
Zyn ijver wierd daar openbaar:
Twaalf geteld, zyn zy gesteld,
Als nieuwe Apostelen zijn gegaan,
Zeer ras tot Utrecht daar gekomen aan. Twaalf, &c.
6. Hier hebben zij Gods woord gaan leeren,
Gelyk zij 't hadden eerst gehoord,
Het Land ronds om breed ende veren
Door wandeld, met zeer goed accoord,
Met tekenen, Miraculen,
Het volk met duizenden tot God bekeert,
En haar afgoden t'eenemaal onteert. Met, &c.
7. Maar om het fondament te eeren,
Dat Iesus met zijn eigen hand',
Van zijne Kerk en van zijn Leren
| |
[pagina 279]
| |
Op deze wereld heeft gepland,
Op dat zij niet, met groot verdriet
Vergeefs en zoude loopen in de baan,
Na Romen Willebrordus is gegaan. Op dat, &c.
8. Aldaar heeft hem de Paus eerwaardig,
Die Sergius geheten was,
Aards-Bisschop van de Vriezen vaardig,
Geordonneert al op dat pas,
En heeft hem weer, met grooter eer
En magt gezonden na 't begonnen werk,
Om hier te timmeren zo menig Kerk. En heeft, &c.
9. Dus heeft de Zon met magt gescheenen,
Verdreven alle duisterheid,
Het Heidendom is gants verdwenen,
Daar voor gepland de Christenheid:
Tot Gods lof, een schonen Hof
Vol rozen, lelien, bloemen plaizant,
Is ras geworden heel ons Nederland. Tot, &c.
10. Dus Battavier wil hier op merken,
En looft den Heer met dankbaarheid
Blijf in 't geloof en in die Kerke,
Voor u van God aldus bereid:
Geloof dit my, 't staat u niet vry,
Het oud geloof te zetten aan een zy,
Daar voor te kiezen een nieuw kettery.
|
|