Evangelische Gezangen, om nevens het Boek der Psalmen bij den openbaren godsdienst in de Nederlandsche Hervormde Gemeenten gebruikt te worden(1806)–Anoniem Evangelische gezangen, om nevens het Boek der Psalmen bij den openbaren godsdienst– Auteursrechtvrij Vorige Volgende CXXII. Jezus onschuld. 1. 't Heelal getuig' van Jezus lof! Laat ons zijn onschuld zingen; Al klinken onze toonen dof, Zij geeft aan d'aard de schoonste stof, Z' is 't lied der Hemellingen. 2. Wat Jezus deed was welgedaan; Hij vlekloos, zonder zonden, Hij kon in 't strengst gerigt bestaan, En werd, al viel Hem d'afgrond aan, Onstraffelijk bevonden. [pagina 233] [p. 233] 3. Geen aanklagt laat Jeruzalem Noch Galilea hooren: 'Ik vind geen schuld, niets kwaads in Hem,' Zoo klinkt Pilatus Regterstem Der Priesterschaar in d'ooren. 4. En hij, die Jezus gangen weet, Zelfs zijn verborgen paden, Sprak, toen hij stervend schuld beleed, En aan de waarheid hulde deed, ''k Heb d'onschuld zelv' verraden!' 5. Maar, o! wat haalt getuigenis Van Regter en verrader Bij 't geen oneindig meerder is? Hij heeft, in zijn verrijzenis, De vrijspraak van den Vader. 6. Ja, Jezus! Gij, ja Gij alleen Zijt rein in 's Vaders oogen, Uw deugd blinkt door de wolken heen, En, door haar' glans, wordt hier beneên De Heiden zelfs bewogen. 7. Ja, Jezus is beproefd als 't goud, Al braakt de helgeest laster; Het is vergeefs, wat kwaad men brouwt, 't Maakt Jezus deugd te vaster. [pagina 234] [p. 234] 8. Hij werd, zelfs toen Hem God verliet, Aan 't vloekhout rein bevonden; De schepping, die zijn lijden ziet, Bezwijkt, maar Jezus wankelt niet Bij al 't gewigt der zonden. 9. Zijn onschuld is 't, die voor ons strijdt, En ons de kroon zal geven; Zij maakt, dat Hij, die ons bevrijdt, Voor ons, niet voor zich zelven, lijdt, Z' is 't leven van ons leven. Vorige Volgende