Droom en Daad. Jaargang 3
(1925)– [tijdschrift] Droom en Daad– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd
[pagina 347]
| |
Frans Hals
| |
[pagina 348]
| |
gilden van Haarlem, zijn zoogenaamde schuttersmaaltijden, stammen uit de jaren '16, '27 en '33-'37, '39 en '41. Deze werken getuigen van zijn geniale schilderskwaliteiten. Het zijn vlot geschilderde, rijk-kleurige doeken, allen weer verschillend van compositie, en welk een leven weet de kunstenaar in al deze koppen te leggen! Onbewust was deze kunstenaar een karacter-schilder! Iedere schutter moèt wel sprekend geleken hebben, prachtig zijn de verschillende trekken in groote, rake toetsen aangezet. Frans Hals wist zijn toetsen te plaatsen! Men ziet het aan zijn werk, zonder eenige aarzeling zijn zij geschilderd, in de zoo genaamde ‘premier coup’ d.w.z. de eerste aanzet raak er opgezet, zonder veel verdere veranderingen laat de kunstenaar zijn eerste opzet dan, voor wat deze is! Hiertoe behoort een groot talent, een groote zekerheid! Wanneer je in het Frans Hals museum eens een vrije middag doorbrengt, kijk dan eens dicht bij, hoe groot en breed de penseelstreken zijn neergezet! Vooral is dit heel sterk het geval bij de laatste twee schilderijen, de regentessen, en regenten portretten. Let hier eens op de prachtige stoutmoedige schilderwijze, en zie eens hoe rustig toch het geheel werkt, al die verschillende zwarte japonnen en witte kragen, de achtergrond, de levende gezichten! 't Is alles even meesterlijk! Maar niet minder groot zijn de portretten van dezen meester, van de burgers en burgeressen die zich alleen lieten schilderen, niet met anderen in een groep. Hoe rustig zijn trekken. Deze reproductie is een goed voorbeeld. Wij zien haar in de zwaar zijden japon de kamer in komen, plaats nemen in de gebeeldhouwde eikenhouten stoel, en stil, heèl stil voor den schilder poseeren. Zij ziet hem aan en de verstandige oogen wachten af en - peinzen. De mond is vol vastberadenheid, met iets van humor in de éven opgewipte mondhoek. Het hooge voorhoofd met het glad getrokken haar is een sterk voorbeeld, hoe Frans Hals wist te moduleeren - vast en vormkrachtig! Karactervol bij dit gezicht! De kop is door de kraag als 't ware geïsoleerd, en verheft zich zeer karacteristiek uit deze omhoog, omsloten door de meesterlijk geschilderde muts. Hoe wist Frans Hals deze verschillende witten en reflexen weer te geven, tegenover de zwarte japon zonder hard te worden! Stofuitdrukking was haast wel een van de grootste kwaliteiten van onze 17e eeuwsche meesters en Frans Hals was niet de minste onder hen. Het bont, de zware zijde, de kanten manchetten, alles is in alle deftigheid en voorname rust aanwezig. | |
[pagina 349]
| |
Geestig hier en daar een lichtje aangetikt, als op het rijtje knoopjes, dat zoodoende de eentonige donkere japon breekt. En het oude kerkboek met de kostbare band en de oude sloten, een waar familiestuk, draagt bij tot het aristocratische portret van deze ‘Maritge’. Haar handen omklemmen beide iets, zij zijn als 't ware bezig! Hoe natuurlijk is hun houding, hoe levendig en zonder eenige stijfheid. Straks staat zij op, legt het boek op zij, wij kunnen het ons alles zoo goed voorstellen. Het is een van Frans Hals beste portretten, op de middaghoogte van zijn leven geschilderd, toen nog het eervolle Haarlem zich door hem liet conterfeiten, met het familiewapen in een hoek van het schilderij, als bewijs van hun eerwaardig bestaan, en voor den kunstenaar een vrolijke kleurnoot in den grijzen achtergrond! Het schilderij is een sieraad van het Haarlemsch museum, een voortdurend bewijs van de grootheid van kunnen van onzen 17e eeuwsche meester Frans Hals. |
|