Droom en Daad. Jaargang 1(1923)– [tijdschrift] Droom en Daad– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende Bladvulling Laten wij denken aan de groote dagen, Waaraan wij deelen met ons kleine leed, - Laten wij denke' aan hen, die zijn verslagen, En aan den strijd, dien elk der dooden streed, En aan wat al die duizende' oogen zagen, Toen 's werelds lot over hen henen schreed; Laten wij denke' aan hen, die ondergingen Voor het geluk van later stervelingen. .................................................................. Laten wij denken aan de groote tijden, Waaraan wij bouwen met ons klein bestaan; Laten wij denke' aan 't doel waarheen zij leiden, Al kunnen wij nog niet hun doel verstaan; Laten wij denke' aan de uren der getijden, Dat zij niet vruchteloos voorbij ons gaan - Laten wij denke' aan wie ééns zullen vragen: ‘Wat deedt gij toen en wat hebt gij gedragen?’ Uit ‘Zingende stemmen’ van C.S. ADAMA VAN SCHELTEMA. Vorige Volgende