Documentatieblad werkgroep Achttiende eeuw. Jaargang 1986

(1986)– [tijdschrift] Documentatieblad werkgroep Achttiende eeuw– rechtenstatus

‘Het vertaelde te rijmen, zonder afdoen of toedoen, is qualijck mogelijck, ja onmogelijck, en dwaelt meest al min of meer af van het vertaelde’.
Vondel, Aeneis (1646)

De berijming van Van Zantens in 1728 verschenen ‘blanc verse’-vertaling van Miltons Paradise Lost, die Paludanus twee jaar later bij Evert Visscher te Amsterdam publiceerde, wordt door het Journal Litéraire volstrekt verworpen. De recensent geeft de voorkeur aan Van Zantens werk en velt daarmee een oordeel, door W.A.P. Smit in het tweede deel van zijn Kalliope in de Nederlanden gekwalificeerd als ‘voor zijn tijd even uniek [...] als Van Zantens blanc verse: de enige erkenning van diens streven en de enige waardering voor wat hij had bereikt!’.Ga naar eind1. Met zijn opvatting van de betekenis van het boek van Van Zanten lijkt Smit in de voetsporen van Albert Verwey, zelf Milton-vertaler, te treden. Deze had in zijn bespreking van Scherpbiers studie Milton in Holland (Amsterdam 1933) al gewezen op het oorspronkelijke en gedurfde protest dat Van Zanten met zijn ‘blanc verse’-epos en de voorrede die hij daaraan liet voorafgaan, aantekende tegen de suprematie van het rijm in de dichtkunst van zijn tijd.Ga naar eind2. Een protest, volgens Smit, tegen beter weten in: het pleidooi voor het loslaten van het rijm wordt vrijwel ontkracht door de verontschuldigingen die Van Zanten bijeenbrengt voor de vorm van zijn vertaalarbeid: ‘En wie weet, of niet schier of morgen, iemand, die deeze stof niet mishaagt, de hand aan 't werk zal slaan, om dezelve het rymgewaad eens aan te trekken’.Ga naar eind3. Waar Paludanus' berijming in de Nederlanden aanzienlijk meer lof oogstte dan het werk van Van Zanten, valt het oordeel van het Journal Litéraire dus juist andersom uit: de journalist besluit zijn bespreking van Het Paradys verloren van Paludanus met de vernietigende evaluatie:

[...] l'Ouvrage de Mr. van Zanten nous paroît prouver que la Poësie Hollandoise peut fort bien se passer de Rime: celui de Mr. Paludanus fait plus, & prouve que quelquefois elle doit s'en passer.Ga naar eind4.

Volgens SmitGa naar eind5. kan Van Zanten met zijn vertaling, die dicht bij de originele tekst bleef, al in zekere zin gerekend worden tot de ‘nieuwe school’ van vertalers, die zich aan het eind van de 18e eeuw aandient, en die er naar streeft de vorm van de oorspronkelijke tekst zoveel mogelijk te handhaven. De classicistische vertalers hielden het daarentegen voor noodzakelijk het oorspronkelijke werk te ‘herscheppen’, omwille van de kunstwetten, of omdat het werk aan de nationale smaak moest worden aangepast.Ga naar eind6. Door zijn instemming met Van Zantens werk zou het Journal Litéraire dus wellicht deel hebben aan deze ‘moderniteit’. Dit roept de vraag op, of deze ‘boekzaal’ ook bij andere gelegenheden een standpunt inneemt dat afwijkt van de classicistische vertaalopvattingen, of dat het hierboven geformuleerde anders geïnterpreteerd dient te worden. Alvorens wat materiaal bijeen te brengen dat tot beantwoording van deze vraag kan leiden, wil ik hier kort een indruk geven van het belang dat het Journal Litéraire toekende aan ‘de vertaling’ binnen het intellectuele verkeer in de Republiek der Letteren. Dit om aan te tonen dat het niet ongerijmd is van het tijdschrift een stellingname inzake de theorie van het vertalen te verwachten.

Een periodiek welke zich in de traditie van de geleerdentijdschriften uit de tweede helft van de 17e eeuw ophield en zich blijkens de ‘Préface’ van de eerste afleveringGa naar eind7. tot doel had gesteld haar lezers op de hoogte te houden van de ontwikkelingen in de Europese geleerdengemeenschap - lezers die zich niet allen tot de ‘véritables Savans’ mochten rekenen - moest zich wel toeleggen op het slechten van taalbarrières. Het Journal hielp op een aantal manieren de uitwisseling en overlevering van cultuurgoed te bevorderen. Dit gebeurde door extraits te presenteren van belangrijke, nog niet vertaalde boeken; op deze manier werd bijvoorbeeld onder meer een, zij het bescheiden, bijdrage geleverd aan het toegankelijk maken van de Engelse theologie voor het continentale publiek. In deze extraits werd veelal door de journalist het vervaardigen van een vertaling van het bewuste werk aangemoedigd. De formule ‘il seroit à souhaiter que cet Ouvrage fût traduit dans une Langue plus universellement connue’, of een variant daarvan, stond als een wegwijzer voor de naar arbeid zoekende vertaler in zo'n extrait opgesteld. Maar het Journal publiceerde ook zelf vertalingen. Zo werd het verslag van de oprichtingsvergadering van de ‘Accademia dell'Instituto delle Scienze di Bologna’, die op 13 maart 1714 plaatsvond, door een van de journalisten uit het Italiaans vertaald.Ga naar eind8. Er was overigens ook plaats voor minder wetenschappelijk werk. Zo drukt het tijdschrift twee vertalingen af van hoofdstukken uit het eerste Boek van Thomas à Kempis' Imitatio Christi, vervaardigd door Julien Scopon, en vergelijkt deze met die van Corneille.Ga naar eind9. Ook stelt de redactie enige

kolommen ter beschikking voor de opvattingen van briefschrijvers die in een drietal artikelen met elkaar van gedachten wisselen over mogelijke vertalingen en interpretaties van een vers van Horatius: ‘Quid brevi fortes jaculamur aevo multa?’.Ga naar eind10. En in besprekingen van werk van Nederlandse dichters - Poot, Antonides van der Goes, Anslo en Rotgans - worden Franse vertalingen gegeven van enkele gedichten - waarin maat en rijm zorgvuldig gehandhaafd blijven.Ga naar eind11.

De principiële mogelijkheid tot het vertalen, óók van bellettrieGa naar eind12., wordt onderkend in een Remarque du journaliste bij de bespreking van een Nouveau Recueil des Epigrammatistes François Anciens et Modernes. De ‘remarque’ geldt een opmerking van de samensteller van dit werk: ‘il y a des Critiques qui croient qu'une pensée n'est véritablement belle que lorsqu'on la peut rendre precisément dans une autre langue’, en luidt:

L'Observateur trouve trop de severité dans cette regle, mais il convient qu'une pensée qui étant traduite en une autre langue, n'a aucun sens, ou n'en a qu'un faux, ce qui revient au même, n'est pas raisonnable, car alors ce ne sont que des mots qui semblent signifier quelque chose & qui dans le fond ne signifient rien.Ga naar eind13.

Een ‘zinnige’ tekst, óók van bellettristische aard - het gaat hier immers om epigrammen! - valt te vertalen. Sterker nog: als een tekst overgebracht kan worden in een andere taal, is dat zoveel als een toetssteen voor zijn kwaliteit. ‘La traduction est la pierre de touche d'un Ouvrage’: in deze bewoordingen is de clef en marge gesteld, die een overeenkomstig betoog van de journalist markeert in de bespreking van de Orationes van de jezuïet Charles Porée.Ga naar eind14. Na een Franse vertaling te hebben gegeven van één fragment van de lijkrede, geschreven bij gelegenheid van de dood van de Dauphin, zoon van Lodewijk XIV, merkt de recensent op dat de Franse tekst wellicht wat ten achter blijft bij het Latijnse origineel. Dat komt dan doordat in dit soort teksten de ‘esprit’ het wint van de ‘solidité’. Het gebrek aan inhoud doet zich in de vertaling eens te meer gevoelen, waar de ‘esprit’ bij een translatie van het fijnzinniger Latijn in het Frans aan kracht inboet:

On ne peut s'empêcher d'avoüer, que ce qu'on vient de mettre en François n'a pas les mêmes agrémens que dans le Latin, qu'on y sent même un certain vuide; mais on prie d'observer, que ce n'est point la solidité qu'on doit chercher dans ces sortes de Piéces, c'est l'esprit, du moins le brillant des expressions, qui en fait tout le prix. Comme la Langue Latine en est plus susceptible, il n'est pas étonnant que la traduction ne les égale pas. Il est pourtant certain,

que ce qui est véritablement bon dans une Langue doit l'être dans les autres.Ga naar eind15. [Cursivering door mij, RvdS.]

Aan de verschillende talen, die bij een vertaling in het geding zijn, wordt een verschillende graad van gevoeligheid toegeschreven voor het uitdrukken van ‘esprit’.Ga naar eind16. Het Latijn leent zich daarvoor beter dan het Frans, dat zich op zijn beurt kan beroepen op een ‘délicatesse’ die andere Europese talen - zoals Engels en Duits - weer missen.Ga naar eind17. Maar in principe is wat ‘véritablement bon’ is, vertaalbaar, waarmee gedoeld wordt op elementen van de ‘inhoud’ van een tekst, zoals gedachten, beschrijvingen en het relaas van gebeurtenissen. Wat in het Latijn ‘schoon’ gedacht is, kan zonder waardeverlies in het Frans worden uitgedrukt.

Dat is de theorie, maar hoe ziet de praktijk eruit? Uit de Homerus-‘querelle’, die in de bladzijden van het Journal Litéraire wordt uitgevochten tussen ‘Anciens’ en ‘Modernes’, blijkt dat het tijdschrift zich aangetrokken voelt tot de partij der ‘Modernes’: La Motte cum suis. Door La Mottes Ilias-vertaling in bescherming te nemen tegen de bezwaren, aangevoerd door Madame DacierGa naar eind18., lijkt het Journal zich te conformeren aan de classicistische vertaaltheorie, waarin het ‘faire goûter’, het herscheppen naar de eisen van de contemporaine kunstleer, centraal staat. Dit voegt een aspect toe aan het boven geformuleerde uitgangspunt. Elk denkbeeld is in principe vertaalbaar, maar soms is het beter daarvan af te zien, om esthetische redenen. De passages in de Ilias, waarin wordt beschreven hoe lijken door honden en vogels worden verscheurdGa naar eind19., zullen niet gewaardeerd worden door een aan ‘bienséance’ gewende achttiende-eeuwse lezer.Ga naar eind20.

De schrijver van het grote opstel in het Journal Litéraire over de Nederlandse dichtkunst, ‘Reflexions sur la Poësie Hollandoise’Ga naar eind21., Justus van Effen, drukt het zó uit:

Il semble que bien traduire un Poëte, c'est de le rendre d'une telle maniére, que la Copie fasse sur nous la même impression que l'original a fait sur ceux auxquels il a été destiné. Ainsi, une Version éxacte, & une bonne Version, peuvent passer pour des choses très différentes.Ga naar eind22.

De Klassieken dienen zo vertaald te worden, dat zij op een modern publiek eenzelfde indruk maken, als zij in hun eigen tijd deden. Van Effen verwijt Vondel in de aangehaalde passus dat zijn vertalingen van antieke teksten te letterlijk zijn: te letterlijk, ‘& par conséquent trop contraires à nos moeurs, pour flater agréablement notre goût’. Hetzelfde bezwaar tegen een ‘letterlijke’ vertaling van de Klassieken uit

La Motte in de ‘Préface’ van zijn Ilias, waarmee hij stelling neemt tegenover de uit 1699 daterende vertaling van Madame Dacier. Hij is de mening toegedaan dat de Ilias niet in haar oorspronkelijke vorm aan het achttiende-eeuwse publiek kan worden voorgelegd.

Behalve met haar werk Des Causes de la Corruption du Goût verweert Madame Dacier zich in de ‘Préface’ van haar Odyssée-vertaling uit 1717Ga naar eind23. tegen de aanvallen der ‘Modernes’. Zij legt hierin een (indirecte) verantwoording af voor haar ‘letterlijke’ vertalingen van Homerus. Alleen een conscientieuze weergave van zijn epen vermag de verborgen schoonheid en betekenis ervan aan het licht te brengenGa naar eind24.; een schoonheid en betekenis waarmee Homerus een moreel doel had nagestreefd: ‘rendre le vice odieux & la vertu aimable’.Ga naar eind25. Madame Dacier hoopte te bereiken dat jonge lieden Homerus met meer onderscheidingsvermogen zouden lezen. Dit zou hen leren zich te verzetten tegen het verval van de literaire smaak in hun eigen tijd - ‘résister à la corruption du goût moderne’ - hetgeen onvermijdelijk gepaard zou gaan met hun zedelijke verheffing. Waar Madame Dacier juist dit wil bereiken voor het Frankrijk van haar tijd, is het van gewicht de ‘sens cachez’ in het werk van de Griekse dichter aan het licht te brengen. Het Journal lijkt deze opvatting te respecteren. De recensent treedt althans nergens met haar in discussie over deze methode van vertalen. Maar haar hevige uitval naar de abbé Terrasson, één der partijgangers van La Motte, in dezelfde ‘Préface’ valt bij de journalist maar weinig in de smaak.Ga naar eind26.

Het is gezien de discussies rond Homerus niet verwonderlijk dat er in het Journal belangstelling bestaat voor de Engelse Ilias-vertaling van Alexander Pope. In 1715 (tome VI-2, p. 507) schrijft de Engelse correspondent van het Journal over de dan juist in Londen bij Bernard Lintot verschenen vertaling: ‘Cette traduction sera à ce qu'on croit plus literale que celle de M. de la Motte, & l'on est fort curieux de savoir, si malgré toute l'étenduë de son genie, l'Auteur fera goûter aux Anglois ce Poëte Grec sans l'habiller un peu à la moderne’. Pope lijkt in zijn ‘Preface’ inderdaad nadrukkelijk afstand te nemen van de vertaalwijze van La Motte.Ga naar eind27. ‘It is the first grand duty of an interpreter to give his author entire and unmaimed; and for the rest, the diction and versification only are his proper province [...]’, zo luidt zijn oordeel. Hij geeft toe dat een letterlijke vertaling van het origineel, dat is geschreven in een superieure taal, niet steeds mogelijk zal zijn; niettemin moet de oplossing niet gezocht worden in ‘a rash paraphrase’, wat neerkomt op ‘deviating into the modern manners of expression’.

In de bespreking die het Journal aan Popes werk wijdt, wordt vastgesteld dat de Engelse dichter in zijn vertaling Homerus letterlijker volgt, dan La Motte had gedaan. Daartoe was hij in staat, zo meent

de journalist, omdat het Engels hem mogelijkheden bood, die La Motte in het Frans moest ontberen.Ga naar eind28. De recensent spreekt er verder zijn verwondering over uit dat Pope zich niet heeft bediend van het ‘blanc verse’, zoals Milton had gedaan. Immers, ‘plus l'Ouvrage qu'il entreprend est de longue haleine, plus il avoit de fortes raisons de s'épargner d'un travail, qui doit faire languir très souvent son stile’.Ga naar eind29. Naar aanleiding van de eerder door de Engelsman Brady vervaardigde vertaling van Vergilius ‘en Vers Heroïques sans rime’Ga naar eind30., merkte de Engelse correspondent van het Journal op dat ‘vers sans rime’ in de Engelse poëzie zeer gangbaar waren geworden, hoe vreemd men er in Frankrijk ook nog tegenaan keek. Deze bewering zal voor een juiste afweging van de uitspraken die het Journal Litéraire over de twee Nederlandse Milton-vertalingen doet, van belang blijken te zijn.

In hun beoordeling van de status van de Franse taal staan M. de La Motte en Madame Dacier lijnrecht tegenover elkaar. Waar Madame Dacier stelt dat het Grieks superieur is aan het FransGa naar eind31., gaat La Motte uit van een gelijkwaardigheid van beide talen. Volgens hem beschikt het Frans over alle faciliteiten - ‘l'abondance, l'élégance, la force, la naïveté, la clarté & l'harmonie’Ga naar eind32. - om het Grieks adequaat weer te geven. Op dit punt kiest het Journal niet La Mottes zijde: het Grieks en Latijn worden herhaaldelijk kwaliteiten toegeschreven die de moderne talen ontberen.Ga naar eind33. Toch verwerpt het Journal, evenals de Modernen, de suprematie van de Oudheid over de eigentijdse literatuur. Dit gebeurt bijvoorbeeld in een commentaar op de Oratio in Humanitatis Studia van Pieter Burman, de opvolger van Perizonius in Leiden.Ga naar eind34. Burman onderneemt daarin een aanval op de moderne Franse literatuur. Verontwaardigd over zoveel euvele moed, roept de recensent uit:

Se peut-il qu'il ignore que la France veut passer en tout genre d'écrire tout au moins pour la rivale de Rome & d'Athénes? Ignoreroit-il que le Poëme de Telemaque vaut mieux que l'Iliade; que les Odes de la Mothe surpassent celles de Pindare; que Racine laisse loin derriere lui Euripide & Sophocle; que Boileau surpasse de beaucoup Horace & Juvenal, & que Chapelain a été comparé à Virgile & à Homere?Ga naar eind35.

Ook al is er sprake van enige ironie in dit artikel en is zelfs deze laatste zin van de recensie hier niet geheel van gespeend, over het standpunt van de journalist kan geen twijfel bestaan. Ter verdediging van deze onafhankelijkheid tegenover de Klassieken hanteert het Journal Litéraire het argument, dat volgens Van Hamel vaak door de classicisten gebruikt werdGa naar eind36.: ieder volk heeft zijn eigen aard; elke cultuur ontleent haar karakter aan de specifieke gesteldheid van land en klimaat. Ook de hoe-

danigheid en de toestand der diverse talen spelen volgens de journalisten een rol. Het Engels en het Nederlands zijn verwant aan het GrieksGa naar eind37.; het Frans zou tekenen van verval vertonen. Daardoor is het voor Pope gemakkelijker een tekstgetrouwe vertaling van de Ilias te vervaardigen dan voor La Motte, die te maken heeft met door oververfijning verzwakt Frans; daardoor ook is het moeilijker de Engelse ‘Spectators’ in het Frans te vertalen, dan in het Nederlands. Dit laatste blijkt uit de bespreking van De Snapper, of de Britsche TuchtmeesterGa naar eind38., een spectatoriaal geschrift van Steele. Daarin heet het dat de Franse vertaling, Le Babillard, ou le Censeur Anglois, van het eerste tome van Steeles werk, maar teleurstellend was:

Mais les Hollandois savent apparemment mieux se prêter au génie des autres Nations, puisqu'après avoir essaié leur goût par la traduction d'un volume de cet Ouvrage, on leur en présente encore un autre. Pour dire la vérité, ils y gagnent une lecture fort agréable & fort utile, dont les François se privent par une orgueilleuse délicatesse, ou si on l'aime mieux, par un attachement invincible à leurs manières.Ga naar eind39.

Ook van de Spectator van Addison en Steele verschijnt een Franse vertaling: de eerste twee tomes van Le Spectateur, ou le Socrate Moderne worden in het Journal Litéraire besproken.Ga naar eind40. Uit het eerste artikel blijkt dat van de 88 nummers die in Londen waren verschenen tussen 11 maart en 22 juni 1711, er maar 70 in het Frans zijn vertaald. De vertaler had 18 nummers geheel onvertaald gelaten, benevens stukken van andere nummers, ‘parce qu'il auroit été bien difficile de les faire goûter en François’.Ga naar eind41.

In hoeverre wijken de maatstaven die worden gehanteerd bij de beoordeling van de vertaling van een modern epos nu af van die, welke gelden voor een epos uit de Oudheid? De besprekingen van de Franse (van Dupré de Saint-Maur) en Nederlandse vertalingen van Paradise Lost - door Scherpbier in zijn Milton in Holland toegeschreven aan Van EffenGa naar eind42. - wijzen uit dat hier de eis van een getrouwe weergave wèl gesteld wordt. De recensent verkiest een ‘letterlijke’ vertaling, zelfs waar de ‘bienséance’ in het geding is. De journalist vraagt zich af hoe deze regels van Milton: ‘Strait side by side were laid: nor turn'd I ween / Adam from his fair spouse, nor Eve the rites / Mysterious of connubial love refus'd’ (cf. Paradise Lost, IV, 741-743) in de vertaling van Dupré de Saint-Maur kunnen zijn geworden tot:

Libres de cet appareil incommode auquel nous sommes assujettis, ils se disposerent au sommeil. Le Seigneur les avoit créez l'un pour l'autre, rien ne les devoit separer.Ga naar eind43.

Van Zantens vertaling wordt daarentegen in de lucht gestoken. Dupré's ‘appareil’ wordt daar overigens ‘'t Gewaad, van ons gedraagen tot een last’:

 
Dus spraakenze, eensgezind, en naamen in 't
 
Gebed geene and're plechtigheeden waar,
 
Als ongeveynsde aanbidding, die God best
 
Gevalt, en gingen hand aan hand in 't diepst
 
Van hun vertrek, en onverlet met al
 
't Gewaad, van ons gedraagen tot een last,
 
En zy aan zy geleegen, dicht by een,
 
Keerde Adam zich van zyne schoone Bruyd
 
Niet om, noch Eva weygerde den plicht
 
Van Liefde en Min.Ga naar eind44.

Paludanus vond een dergelijke omschrijving van de liefdeshandeling wellicht minder gepast in een epos, en herdichtte de passage als volgt:

 
Dus sprakenze eensgezint, ten Hemel opgetoogen,
 
En namen in 't gebed geen plechtigheden waar,
 
Als zuiv're aanbidding, die Godt meer als kerkgebaar
 
Behaagt, en gingen hand aan hand vervrolykt treeden,
 
In 't diepst’ van hun vertrek, vol aardsche zaligheden,
 
Door geen gewaad belet, van ons gedraagen tot
 
Een last, naa 't schenden van Gods wet en hoog gebod,
 
En by elkand'ren dicht en zyde aan zyd’ gelegen,
 
Keerde Adam, heilig tot zyn schoone bruid genegen,
 
Niet om, noch weigerde aan zyn Eva niet de plicht
 
Van zuiv're liefde en min, met overdwars gezicht;
 
[...]Ga naar eind45.

Door van Eva een meewerkend voorwerp te maken, verandert de strekking van het vers: Adam onthield Eva niet wat hij haar verschuldigd was: een zuivere liefde. In het fragment van Van Zanten gaat het echter om de ‘huwelijksplicht’ van Eva tegenover haar man.

Wat hier aan voorbeelden gepresenteerd werd, geeft nog geen aanleiding om te veronderstellen dat het Journal Litéraire op enigerlei wijze vooruitloopt op de veranderingen die het denken over vertalen aan het einde van de 18e eeuw zou ondergaan. Het is daarbij overigens niet zo, dat een dergelijke vernieuwende trend hoe dan ook luister zou bijzetten aan de vertaalopvattingen die de redactie van het Journal Litéraire huldigde. Daarvoor is de vraag wat de voor- en nadelen van de

classicistische vertaaltheorie eigenlijk hebben ingehouden nog te veel onbeantwoord gebleven.

Smits constatering dat het Journal Litéraire een opmerkelijke voorkeur uitspreekt voor het werk van Van Zanten boven dat van Paludanus, is evenwel juist. Het tijdschrift onttrekt zich daarmee aan de op dat moment in Nederland en Frankrijk heersende overtuiging dat poëzie zonder maat en rijm geen poëzie is. Daarbij moet dan wel bedacht worden dat het Journal de dichtproeve van Van Zanten niet op de eerste plaats beschouwde als een oorspronkelijk dichtwerk, maar als de vertaling van een epos. De onopgesmukte (proza-)vertaling van een epos heeft de verdienste de inhoud van een in een vreemde taal gesteld gedicht toegankelijk te maken. Met de poëtische bewerking van zo'n onbewerkte tekst doet zich evenwel maar al te snel gevoelen wat het Journal bij een andere gelegenheid noemde ‘la double gêne de la traduction & de la versification’.Ga naar eind46. De ‘vertaling’ pretendeert daarmee ineens óók originele poëzie te zijn; een pretentie die een onder rijmdwang gebukt gaande Paludanus niet kon waarmaken.Ga naar eind47.

Maar er is ook die verwijzing naar de mogelijkheid van de ‘blanke verzen’, bij de Ilias-vertaling van Pope: bij de translatie van een epos kan het rijm alleen maar hinderlijk worden. Voor deze vrijmoedige omarming van het ‘blanc verse’ kan misschien de specifieke intellectuele betrekking tussen het Journal en de Britse eilanden verantwoordelijk gesteld worden.Ga naar eind48.

Scherpbiers veronderstelling dat Van Effen de auteur is van de besprekingen van de Milton-vertalingen kan, hoe gratuït ook, deze waardering wellicht nader verklaren. Op het eerste gezicht lijkt het vreemd dat de man, die in zijn ‘Dissertation sur la Poësie Angloise’Ga naar eind49. de vormloosheid van de Engelse dichtkunst laakte, later een ‘blanc verse’-overplanting op Nederlandse bodem zou toejuichen. Een passage uit Van Effens Hollandsche Spectator kan in dit opzicht misschien verhelderend zijn. In nr. 24 van de eerste jaargang (14 januari 1732) spreekt hij over de dichtkunst. Nadat hij heeft uiteengezet dat ‘een goed Poët’ moet beschikken over verbeeldingskracht, die in toom wordt gehouden door een bezadigd oordeel, vervolgt hij met deze woorden:

Hoewel de afgeschetste verbeeldingskragt met oordeel en aangewonne ligt bestiert en verrykt, het waar Poëtisch vermogen uitmaakt, en men met regt kan staande houden dat de Gevallen van Telemachus (vry wel in het duitsch overgebragt) hoewel in prosa de naam van een Heldendigt verdienen, moet men egter bekennen, dat in het gemeen niets voor Poezy, zo 't niet in vaerzen bevat is, gehouden word. De bekwaamheid om de zelven te vormen is weder-

om een eigenschap van de zelfde verbeeldingskragt, ondersteunt door een fyn en Poëtisch gehoor. Gezegde kragt van verbeelding bestaat, in 't vermogen van de klanken en hunne uitwerking aan de ziel te vertegenwoordigen, en van dezelve door eene gelukkige schikking welluidende en oorstrelende te maken. Deze bekwaamheid gevoegd by de geringe kunst van de laatste woorden der digtregulen op malkander te doen slaan, maakt by de grootste menigte, welkers zwak oordeel door 't gehoor verleid word, de gansche Poezy uit, hoewel dezelve niet alleen de grootste sporeloosheid tot een gezellin kan verdragen, maar zelfs met een volstrekte uitzinnigheid kan gepaart wezen.Ga naar eind50.

Het is opmerkelijk dat Van Effen, vóórdat hij overgaat tot een onderzoek van wat nodig is om verzen te kunnen schrijven, de proza-vertaling van dat andere grote moderne epos, Fénelons Télémaque, een volwaardig heldendicht noemt. Voor hem zal Paludanus' berijming dus alleen een vooruitgang ten opzichte van het werk van Van Zanten inhouden, als er ‘verbeeldingskragt’ in te vinden is. En die kan de recensent in 's mans alexandrijnen niet ontdekken.

Vertaald werk in het Journal literaire

In onderstaande lijst zijn alle vertalingen opgenomen, die in het Journal Litéraire ter sprake worden gebracht, hetzij in een extrait, hetzij in de Nouvelles Litéraires of in de Catalogue de Livres Nouveaux. Ook boeken waarvan alleen het verschijnen werd gesignaleerd, zijn hierin opgenomen. Het is daarbij overigens zeer wel mogelijk dat om uiteenlopende redenen een bepaald werk nooit metterdaad in het licht is gegeven. De vertalingen zijn geordend volgens de classificatie zoals die door F. Furet werd voorgesteld in zijn bijdrage ‘La “Librairie” du royaume de France au 18e siècle’, in: G. Bollème, Livre et société dans la France du XVIIIe siècle, Paris/La Haye 1965, pp. 3-32. Hierin heb ik enige modificaties aangebracht, die gemakkelijk te traceren zijn aan de hand van het genoemde artikel. Ik heb ervoor gekozen zoveel mogelijk de titelbeschrijving zoals die te vinden is in het Journal over te nemen; slechts in een enkel geval werd hiervan afgeweken. Informatie, samengesteld uit de context, werd tussen ronde, die afkomstig van mijn hand, tussen vierkante haken geplaatst. De notitie (‘Traduit de...’)

wordt geacht betrekking te hebben op ‘ouvrage’ en niet te verwijzen naar de titel. Waar dat de helderheid ten goede kwam, werden accenten aangebracht. De lijst beoogt een houvast te bieden bij de bestudering van wat op een bepaald terrein aan vertaald werk werd gepresenteerd in het Journal Litéraire. Vandaar dat zij hier samen met een studie over de beoordeling die vertaalde bellettrie in het periodiek te beurt viel, wordt gepresenteerd.

Theologie et religion
Bible

Calmet, Augustyn, Oudheden van het Oude Verbondt, bestaende in Redenvoeringen zoo over de Heilige Schryvers zelfs, als over de merkwaardigste zaken in hunne Schriften vervat. In 't Fransch beschreven door den Heer Augustyn Calmet [...]. Rotterdam (J. Hofhout).
JL, XX-1, 1733, p. 209.

Paraphrase de l'Ecclesiaste, avec des Remarques, par le P. Hardouin, de la Compagnie de Jésus. Paris (Rollin) 1729.
JL, XVI-2, 1730, p. 291.

Le Livre de Job, selon la Vulgate, paraphrasé, avec des Remarques, par le P. Hardouin, de la Compagnie de Jésus. Paris (Rollin) 1729.
JL, XVI-2, 1730, p. 291.

Le Livre de Job traduit en François sur l'Original Hébreu, avec des Notes littérales pour éclaircir le Texte, par Théodore Crinsoz. Rotterdam (Abraham Acher) 1729.
JL, XVI-1, 1730, p. 128.

Le Livre des Psaumes, traduit en François sur l'Original Hébreu, par Théodore Crinsoz. Yverdon (Jean Jaques Genath) 1729.
JL, XVI-2, 1730, p. 279.

Gordon (?), Sermon sur Job Chap. XXXIV, v. 30., prêché le 30. Janvier 1733. en présence d'une Société de Jurisconsultes, avec le Supplément. Par un Laïque. Traduit de l'Anglois. La Haye (Henry Scheurleer) 1734.
JL, XXI-2, 1734, p. 448.

Greenhill, Verklaring over de Profetie van Ezechiel. Traduit de l'Anglois par M. Clermont. La Haye (Pieter van Thol).
JL, XX-1, 1733, p. 210.

[Nouvelle Edition de la Bible Latine & Françoise, en trois Volumes in folio]. Paris (Guillaume Desprez & Jean Desessartz) 1715.
JL, VIII-1, 1716, p. 68.

Sherlock, T., L'Usage & les Fins de la Prophetie dans les divers Ages du monde, en VI. Discours prononcés à Londres dans l'Eglise du

Temple [...]. Traduit de l'Anglois par Abraham Le Moine. Amsterdam (Wetstein & Smith) 1729.
JL, XIV-1, 1729, p. 246 et JL, XIV-1, 1729, p. 396.

Simon, [Traduction Françoise du Nouveau Testament]. Trevoux 1702.
JL, III-1, 1714, pp. 229-230.

Tafereelen des Ouden en Nieuwen Testament [...], uyt het Engels in Nederduyts overgezet door F.H.R.Z. & Tableaux du Vieux & du Nouveau Testament [...], traduits de l'Anglois d'un savant Connoisseur de l'Histoire Sacrée. Amsterdam (Reinier et Josué Ottens)1730.
JL, XIV-2, 1729, p. 483.

Tatianus, Alexandrinus, Harmonia Evangelica, è Latinâ Victoris Capuani Versione translata in Linguam Theotiscam Antiquissimam. Editio post Palthenianam nova emendatior, ad Apographa duo MSS. & Curas Joannis Schilteri posthumas studiosè recensita, subjunctis Notulis, & praemissâ Praefatione geminâ. Grypswald (Feikweiler) 1706. [In: Joannis Schilteri, Thesaurus Antiquitatum Teutonicarum, Ecclesiasticarum, Civilium, & Litterariarum, Tomus III; Tome second: VII].
JL, XIII-2, 1729, p. 300.

Votum Davidicum, Cor Mundum Crea In Me Deus, à centum quinquaginta amplius Metaphrastis expressum Carmine Hebraico, Graeco, Latino, Germanico, &c. [...]. (Contient le 12 Verset du Pseaume LI, traduit en Vers, en plus de vingt Langues). Hamburg (Jo. Alb. Fabricius) 1729.
JL, XIX-2, 1732, p. 445.

Pères de l'Eglise

Cyrille, Τοῡ ἐν ὰγίοις πατρος ἠμῶν Κυρίλλου, [...] τὰ εὑρισχόμενα πάντα. S. Cyrilli Archiepiscopi Hierosolimitani Opera, quae extant, omnia, & ejus nomine circumferentur. [...] Curâ & studio Domini Antonii Augustini Touttée. [Paris 1720].
JL, XI-2, 1721, p. 299.

Justin Martir, [Deux Apologies & son Dialogue avec Tryphon]. (Traduit du Grec en Latin par Langus).
JL, VIII-2, 1716, pp. 475-476.

Tertullien, Traitez de Tertullien sur l'Ornement des Femmes, les Spectacles, le Batême & la Patience. Avec une Lettre aux Martirs. (Traduit en François par le père Mathieu Caubere, Jésuite). Paris (Rolin Fils) 1733.
JL, XX-2, 1733, p. 395.

Théodoret, Therapeutique. (Traduit par le R.P. Michel Morgues, de la Compagnie de Jésus). Amsterdam (J.F. Bernard) 1714.
JL, IV-2, 1714, p. 281.

Théologie non catholique

B* * *, Le Docteur, Essais sur la Providence, & sur la Possibilité Physique de la Résurrection. (Traduit de l'Anglois). Amsterdam (Elie Ledet & Compagnie) 1731.
JL, XVII-1, 1731, p. 210.

Berkley, Alciphron, ou le Petit Philosophe, en sept Dialogues, contenant une apologie de la Religion Chrêtienne contre ceux qu'on nomme Esprits Forts. (Traduit en François). La Haye (Benjamin Gibert) 1734.
JL, XXII-1, 1734, p. 67 et JL, XXI-2, 1734, p. 473.

Beveridge, Guillaume, Pensées Secretes, divisées en deux Parties. Traduites de l'Anglois sur l'ancienne Edition. Amsterdam (les Wetsteins & Smith) 1731.
JL, XVII-1, 1731, p. 111.

Burnet, Thomas, Traité de la Foi & des Devoirs des Chrétiens. (Traduit du Latin par Mr. D. de S.L.) Amsterdam (Fr. L'Honoré) 1729.
JL, XIII-2, 1729, p. 445.

Burnet, Mémoires. Traduites en François. La Haye (J. Neaulme). (S. Luchtmans fait imprimer en Hollandois la traduction de M. de Ruuscher).
JL, XXI-2, 1734, pp. 472-473.

Burnet, Thomas, Traité de l'Etat des Morts & des Résuscitans. Traduit du Latin par M. Jean Bion. Rotterdam (Jean Hofhout) 1731.
JL, XVI-2, 1730, p. 478.

Chubb, Thomas, Les OEuvres. (Traduit en François). Amsterdam.
JL, XX-1, 1733, p. 206.

Clarke, Samuel, Explication du Cathéchisme de l'Eglise Anglicane. Traduite de l'Anglois sur la troisième Edition. Amsterdam (Pierre Humbert) 1737.
JL, XXIV-1, 1737, p. 172.

La Conversion de l'Angleterre au Christianisme, comparée à sa prétendue Réformation. Ouvrage traduit de l'Anglois, par le R.P. Niceron. Paris (Briasson) 1729.
JL, XIV, 1729, p. 167.

Cotta, Traité du Dogme de la Probabilité, ou du Choix & de l'Usage qu'on doit faire des Opinions probables dans les Questions de la Morale. Traduit du Latin. Reims (Nicolas Potier) 1731.
JL, XIX-1, 1732, p. 43.

Derham, Guillaume, Théologie Astronomique, ou Démonstration de l'Existence & des Attributs de Dieu, par l'Examen & la Description des Cieux. Traduite de l'Anglois sur la cinquième Edition. Paris (Chaubert) 1729.
JL, XV-2, 1730, p. 412.

Derham, Guillaume, Théologie Physique, ou Démonstration de l'Existence & des Attributs de Dieu, tirée des OEuvres de la Création. Traduite de l'Anglois par Jaques Lufneu. Rotterdam (Jean Daniel Beman) 1730.
JL, XV-2, 1730, p. 493.

Floyer, Les Oracles des Sibylles. Traduits des meilleurs Exemplaires Grecs, & comparez avec les Propheties Sacrées, particulièrement avec celles de Daniel et de l'Apocalipse.
JL, III-1, 1714, p. 218.

Hoadly, Benjamin, Evêque de Bangor, Le Moyen de Plaire a Dieu sous l'Evangile[...]. Traduit de l'Anglois par M. Ricotier. Amsterdam (Marret & Vallat) 1720.
JL, X-2, 1719, p. 451.

Lettre sur la longueur des sermons. (Traduit en Hollandois par M. de Kruiningen). La Haye (T. Johnson).
JL, I-2, 1713, p. 479.

Lettres Pastorales de Mgr. l'Evêque de Londres aux Fidéles de son Diocese, contre les Libertins & Incredules, traduites de l'Anglois par Abraham Le Moine, Chapelain du Duc de Portland. La Haye (Gosse &Neaulme) 1732.
JL, XVIII-2, 1731, p. 504; JL, XIV-2, 1729, p. 308 et JL, XVIII-1, 1731, p. 252.

De Levendige Godspraaken, traduit de l'Anglois par M. vander Meersch. Amsterdam (Schagen).
JL, XXI-1, 1734, 233.

Miroir de la Perfection Chretienne: où l'on fait voir comment l'Homme doit se tourner à Dieu par le Renoncement à soi-même [...]. (Traduit de l'Allemand par M. Poiret?). Cologne (Jean de La Pierre) 1714.
JL, V-1, 1714, p. 208.

Moine, A. Le, Les Temoins de la Resurrection de Jésus Christ examinez & jugez selon les regles du Barreau. Pour servir de réponse aux objections du Sieur Woolston [...]. (Traduit de l'Anglois). La Haye (Gosse & Neaulme) 1732.
JL, XX-1, 1733, p. 20.

Oosterwald, J.F., Onderwyzinge in den Christelyken Godsdienst. Uyt het Fransch vertaalt door Joh. Bras. Amsterdam (Martin van Schagen).
JL, XX-1, 1733, p. 209.

Pfaff, Christophle Mathieu, Redenvoering over de gebreken der Kerkelyken. Traduit du Latin. Amsterdam (Martin Schagen) 1732.
JL, XX-1, 1733, p. 161.

Préservatif contre l'Incrédulité & le Libertinage, en trois Lettres Pastorales de Monsieur l'Evêque de Londres. (Traduit par Abraham

Le Moine). La Haye (Gosse & Neaulme).
JL, XX-1, 1733, p. 220.

Ray, L'Existence & la Sagesse de Dieu, manifestées dans les OEuvres de la Création. (Traduit de l'Anglois, chez le Sr. Broedelet).
JL, III-1, 1714, pp. 241-242.

Schuppius, Joh. Balthazar, De noch overige, voorheen onvertaalde, zeer geleerde, geestige en leerryke Werken. Met zyn Leven, door Petrus Lambecius. Uyt het Hoogduytsch vertaalt. Amsterdam (Erven J. Ratelband).
JL, XX-1, 1733, p. 210.

Sherlock, Guillaume, De l'Immortalité de l'Ame et de la Vie éternelle. Traduit de l'Anglois. Amsterdam (Pierre Humbert) 1735.
JL, XXIII-2, 1736, p. 267.

Steele, Richard, Le Héros Chrétien. Traduit de l'Anglois par M.A. de Beaumarchais. La Haye (Henri Scheurleer) 1729.
JL, XIII-2, 1729, p. 445.

Stevens, J., La Chaîne d'Or, pour enlever les Ames de la Terre au Ciel, ou Considérations importantes sur les quatre fins de l'Homme, la Mort, le Jugement, l'Enfer, & le Paradis. (Traduit de l'Anglois). Amsterdam (Roger) 1715.
JL, VII-1, 1715, p. 204.

Tillotson, Sermons sur diverses matières importantes. Tome I. Traduits de l'Anglois par Jean Barbeyrac. Amsterdam (Humbert & Bernard) 1713.
JL, I-1, 1713, p. 122.

Tillotson, Sermons sur diverses matières importantes. Tome VI. Traduits de l'Anglois. Amsterdam (Pierre Humbert) 1729.
JL, XIV-2, 1729, p. 316.

Turretin, Jean Alphonse, Thèses sur la Vérité de la Religion Chrétienne. Traduites en François par M. Vernet.
JL, XIV-2, 1729, p. 476.

Turretin, Jean Alphonse, Traité de la Vérité de la Religion Chrétienne, tiré du Latin [...] (par M. Vernet). Sect. III, De la Vérité de la Révélation Judaïque. Genève (Bousquet & co.) 1731.
JL, XVI-2, 1730, p. 316; JL, XVIII-1, 1731, p. 176 et JL, XXIV-1, 1737, p. 147.

Théologie catholique

Traduction du Bref de Notre Saint Pere le Pape Benoit XIII à Mr. Languet, Evêque de Soissons, au sujet de son Livre contenant la Vie de Marguerite-Marie Alacoque. [Projet de Bulle pour la Béatification de Marguerite-Marie Alacoque]. Nancy 1730.
JL, XVI-1, 1730, p. 199.

Boileau, L'Abbé, Homelies & Sermons. (Traduit en Italien par Salvaggio Canturani).
JL, VI-2, 1715, p. 491.

Marie d'Agréda, Soeur, [Ses Ouvrages]. (Traduit de l'Espagnol). Bruxelles (F. Foppens).
JL, I-1, 1713, p. 216.

Mahometisme

L'Alcoran de Mahomet. Traduit de l'Arabe, par André du Ryer. Amsterdam (P. Mortier).
JL, XXI-1, 1734, p. 233.

L'Alcoran de Mahomet. Traduit en Anglois par M. Sale.
JL, XX-1, 1734, p. 224.

Reland, Adrianus, De Religione Mohomedica, Libri duo. Utrecht (Guil. Broedelet).
JL, X-1, 1718, p. 218. (Cf. JL, IX-2, 1717, p. 487).

Droit et jurisprudence
Droit civil: Droit ancien; droit naturel et public

Grotius, Hugo, De jure belli ac pacis libri tres. (Traduit en Anglois par diverses personnes à Oxford).
JL, V-1, 1714, p. 225 et JL, XI-1, 1720, p. 157. [Traductions françoises: JL XI-1, 1720, pp. 158-159].

Puffendorf, Le Baron de, Les Devoirs de l'Homme et du Citoyen; tels qu'ils sont prescrits par la Loi Naturelle. Traduits du Latin [...] par Jean Barbeyrac. Troisième Edition, revûë avec soin, & augmentée d'un grand nombre de Notes du Traducteur. Amsterdam (Pierre de Coup) 1715.
JL, V-2, 1714, p. 443.

Puffendorf, Le Baron de, Les Devoirs de l'Homme et du Citoyen; tels qu'ils sont prescrits par la Loi naturelle. Traduits du Latin [...] par Jean Barbeyrac. Cinquième Edition. Amsterdam (La veuve de Pierre de Coup & G. Kuyper) 1735.
JL, XXII-2, 1735, p. 320.

Puffendorf, Le Baron de, Le Droit de la Nature et des Gens, ou Systéme Général des Principes les plus importans de la Morale, de la Jurisprudence & de la Politique. Traduit du Latin par Jean Barbeyrac. Amsterdam. (La veuve de Pierre de Coup) 1734.
JL, XXI-1, 1734, p. 305 et JL, XXII-1, 1734, p. 1.

Noodt, Du Pouvoir des Souverains, & de la Liberté de Conscience, en deux Discours traduits du Latin de M. Noodt [...] par Jean Barbeyrac. Seconde Edition, revûë et augmentée de plusieurs Notes,

comme aussi du Discours de Jean Frédéric Gronovius sur la Loi Royale. Amsterdam (P. Humbert) 1714.
JL, IV-1, 1714, p. 62.

Noodt, Recueil de Discours sur diverses Matières importantes, traduits ou composés par Jean Barbeyrac. [Contient deux discours de feu M. Noodt, que M. Barbeyrac traduisit et publia en 1707; l'un sur le Pouvoir des Souverains & le vrai Sens de la Loi Royale du Peuple Romain, l'autre sur la Liberté de Conscience. Ces deux Discours furent rimprimés en 1714, augmentés de la Traduction d'une Harangue du savant Jean Frédéric Gronovius, sur la Loi Roiale du Peuple Romain].
JL, XVII-2, 1731, p. 369.

Traité du Pouvoir des Rois de la Grande Bretagne, ou l'on fait voir quel a été de tout tems le Gouvernement Monarchique [...]. Traduit de l'Anglois. Amsterdam (J.F. Bernard) 1714.
Une Réponse à ce Traité. Traduite de l'Anglois. Ibidem.
JL, V-2, 1714, p. 333 et JL, IV-2, 1714, p. 463.

Histoire
Histoire ecclésiastique

Bentivoglio, Mémoires du Cardinal Bentivoglio, avec la Relation des Guerres arrivées en Flandres à l'occasion de l'Entreprise des Provinces-Unies sur la Ville et Citadelle de Juliers [...]. Traduits de l'Italien par M. l'Abbé De Vayrac. Paris (Cailleau) 1716.
JL, VIII-2, 1716, pp. 452-453.

Burnet, Gilbert, La Vie de Guilme. Bedell, Eveque de Kilmore en Irlande. (Traduite de l'Anglois par L.D.M.). Amsterdam (P. Savouret) 1687.
JL, VI-1, 1715, p. 220.

Burnet, Gilbert, La Vie de Mathieu Hale. (Traduite en François). 1682.
JL, VI-1, 1715, p. 219.

Burnet, Gilbert, Défence de l'Archevêque Tillotson. (Traduite en François). 1696.
JL, VI-1, 1715, p. 220.

Burnet, Gilbert, History of the Reformation of the Church of England. (Traduit en François par M. de Rosemont; traductions en Latin, Hollandois et en Allemand).
JL, II-2, 1713, p. 354 et JL, VII-1, 1715, p. 64. (Cf. JL, VII-2, 1715, p. 459: Projet pour imprimer en François toute l'Histoire de la Réformation de l'Eglise d'Angleterre par feu M. l'Evêque de Salisbury).

Cerri, Urbano, An Account of the State of the Roman-Catholick Religion throughout the World. (Written for the use of Pope Innocent XI [...] now first translated from an authentick Italian MS [...]). Londres 1715.
JL, VI-2, 1715, p. 329.

Cerri, Urbano, Etat présent de l'Eglise Romaine dans toutes les Parties du Monde. Traduit de l'Anglois. Amsterdam (P. Humbert) 1716.
JL, VIII-2, 1716, p. 451.

Clarkson, David, Traitez Historiques de l'Etat primitif de l'Episcopat & des Liturgies. Traduits de l'Anglois. Rotterdam (Acher) 1716.
JL, IX-2, 1717, p. 364. (Cf. JL, VIII-2, 1716, p. 486).

Eusèbe de Césarée, Histoire des Martirs de l'Occident. [Elle se trouve dans un Manuscrit Syriac écrit en l'an 473, nouvellement retrouvé par le Maronite Joseph Asseman. On travaille à traduire cette Histoire en Latin].
JL, IX-1, 1717, pp. 240-241.

Gordon, Alexandre, La Vie du Pape Alexandre VI, & de son Fils César Borgia, contenant les Guerres de Charles VIII et Louis XII, Rois de France [...]. Traduite de l'Anglois. Amsterdam (P. Mortier) 1732.
JL, XIX-2, 1732, p. 456. (Cf. JL, XIII-1, 1729, p. 238).

Pfaffius, Zwitsersche Religie Zaken. (Contient L'Histoire des Démêlez de Religion en Suisse, traduite en Hollandois par David van Hoogstraten). Amsterdam (Martin van Schagen).
JL, XX-1, 1733, p. 209.

Maimbourg, le Père, L'Histoire de l'Arianisme, et Amy L'Histoire du Socinianisme. (Traduites en Anglois).
JL, XV-2, 1730, p. 487.

Sarpi, Fra-Paolo, Histoire du Concile de Trente. (Traduite de l'Italien en François par Pierre-François Le Courayer). Amsterdam (J. Wetstein & G. Smith) 1736.
JL, XXIV-1, 1737, p. 1.

Schelhornius, Joh. Georgius, Historische en Kerkelyke Verhandeling van den oorsprong, voortgang en lotgevallen van den Evangelischen Godsdienst, in de Provintie van Zaltzburg. (In het Nederduytsch vertaalt [...] door Daniel Gerdes). Amsterdam (Adriaan Wor).
JL, XX-1, 1733, p. 210.

Schyn, Hermannus, Historiae Mennonitarum plenior Deductio. (Traduit du Hollandois en Latin par l'auteur). Amsterdam 1729.
JL, XV-1, 1730, p. 169.

Tillemont, Mémoires pour l'Histoire Ecclésiastique de six premiers Siècles. Londres (Rivington).
JL, XX-1, 1733, p. 203.

Histoire profane

Abrégé de la vie du Duc de Marlborough & du Prince Eugene de Savoye. Traduit de l'Anglois. Amsterdam (P. Humbert).
JL, II-1, 1713, p. 235.

Arnoldus, Georgius, Vita Mauritii Ducis Saxoniae S.R.I. Septemviri. (Traduit en Allemand par David Schirmer en 1719). [In: Joannis Burchardi Menckenii, Scriptores Germanicarum praecipuè Saxonicarum; tome second: XX].
JL, XIII-1, 1729, p. 227.

Burnet, Gilbert, Mémoires pour servir à l'Histoire de la Grande-Bretagne sous les Règnes de Guillaume III. & Marie, & d'Anne I. Traduits de l'Anglois. Tomes IV, V et VI. La Haye (Jean Neaulme) 1735.
JL, XXII-2, 1735, p. 436.

Canini, Jean-Ange, Images des Héros & des Grands-Hommes de l'Antiquité, dessinées sur les Médailles, des Pierres antiques, et d'autres anciens Monumens. (Traduit de l'Italien en François par M. de Chévrières). Amsterdam (B. Picart et J.F. Bernard) 1731.
JL, XVIII-1, 1731, p. 226.

Caron, Relation concernant le Japon. Traduite du Hollandois. [In Tome III van: Recueil de Voyages au Nord ...]. Amsterdam (J.F. Bernard) 1715.
JL, VII-1, 1715, p. 215.

Catrou & Rouillé, les Pères, L'Histoire Romaine. (Traduit en Italien). Venise (Corona).
JL, XX-1, 1733, p. 195.

Cavazzi, le Père, Relation Historique de l'Ethopie Occidentale. (Traduit de l'Italien par le Père Labat). Paris (Lespine).
JL, XX-1, 1733, p. 199.

Chronicon & Annales Torgavienses, ab Anno 1296 ad Annum 1601. (Traduit de l'Allemand en Latin). [In: Joannis Burchardi Menckenii, Scriptores Germanicarum, praecipuè Saxonicarum, tome second: XI].
JL, XIII-1, 1729, p. 224.

Clerc, Le, Abrégé de l'Histoire Universelle. Amsterdam (Pierre Mortier).
JL, XIV-1, 1729, p. 247.

Cleveland, M., Le Philosophe Anglois, ou Histoire de Monsieur Cleveland, Fils Naturel de Cromwell; écrite par lui-même, et traduite de l'Anglois par l'Auteur des Mémoires d'un Homme de Qualité [...]. Utrecht (Etienne Neaulme) 1732.
JL, XVIII-2, 1731, p. 447.

Denis D'Halicarnasse [traduit en François par M. Couture].
JL, V-2, 1714, p. 450.

Eschard, Laurent, L'Histoire Romaine, depuis la Fondation de Rome, jusqu'à la Translation de l'Empire par Constantin. (Traduite de

l'Anglois en François par Mr. Des Fontaines, ou Mr. De Larroque). Paris (G. Martin) 1728.
JL, XIV-1, 1729, p. 248; JL, XIII-2, 1729, p. 451.

Gilles, Pierre, Antiquitez de Constantinople, traduites en Anglois, auxquelles on a ajouté un Passage de Nicetas Choniates, touchant les Statues de cette Ville [...] tiré d'un MS. de la Bibliothèque Bodleïenne, et traduit par Jean Ball [...].
JL, XV-1, 1730, p. 242.

Gracian, Balthasar, Hispani, Aulicus, sive de Prudentiá Civile & maximè Aulicâ, Liber singularis; olim Hispanicè conscriptus, postea & Gallicè, Italicè, Germanicè editus; nunc ex Ameloti Versione Latinè redditus [...]. Franc. Glarianus Meldenus, Constantiensis, recensuit, Latinè vertit [...]. Francofurti ad Viadrum (Impensis Jo. Godofredi Volkeri) 1731.
JL, XVIII-2, 1731, p. 309.

Gracian, Balthasar, Reflexions Politiques de Balthasar Gracian sur les plus grands Princes, & particulierement sur Ferdinand le Catholique. (Traduit de l'Espagnol). Paris (Barthelemy Alix) 1730.
JL, XVII-2, 1731, p. 404.

Histoire secréte des Intrigues de la France en plusieurs Cours de l'Europe. Traduite de l'Anglois. Tome III. Amsterdam (P. Humbert).
JL, II-2, 1713, p. 475. (Cf. JL, V-2, 1714, p. 430).

Histoire Universelle depuis le commencement du Monde jusqu'à présent, traduite de l'Anglois d'une Société de Gens de Lettres [...]. La Haye (P. Gosse, J. Neaulme, H. Scheurleer, P. de Hondt, A. Moetjens) 1732.
JL, XX-1, 1733, p. 85. (Cf. JL, XV-1, 1730, pp. 244-245, 248 et JL, XVII-1, 1731, p. 251).

Histoire Véritable & Secrete des Vies & des Regnes de tous les Rois & Reines d'Angleterre, depuis Guillaume I. surnommé le Conquérant, jusqu'à la fin du Regne de la Reine Anne [...]. (Traduit de l'Anglois). Amsterdam (Les Wetsteins & Smith) 1729.
JL, XVI-2, 1730, pp. 496-497 et JL, XIV-1, 1729, p. 247.

Historische en Politische Aanmerkingen omtrent het geen 'er in Polen is voorgevallen sedert den doodt van koning Augustus de twede [...]. Traduit de l'Allemand par Isaac Le Long. Amsterdam (Henri Vieroot) 1733.
JL, XXI-1, 1734, p. 201.

The History of Persia &c.: L'Histoire du’ Royaume de Perse, contenant les Vies & les Actions les plus mémorables des Rois de cette Monarchie depuis son établissement jusqu'au tems présent [...]. Traduit en Anglois par M. Le Capitaine Stephens.
JL, VI-1, 1715, p. 245.

The History of the most Serene House of Brunswick Lunenburg &c. Avec une description des Etats de S.M. Britanique en Allemagne; et sa généalogie, traduite de l'Originalle Allemande faite à Brunswyck depuis l'avènement de S.M. à la Couronne.
JL, VI-1, 1715, p. 246.

Janiçon, M., L'Etat des Provinces-Unies. Traduit en Flammand. La Haye (J. van Duren).
JL, XX-1, 1733, p. 211.

Jove, Paul, Histoire de Gonsalve de Cordouë, surnommé le grand Capitaine. (Traduit en François par le P. du Poncet).
JL, IV-1, 1714, p. 226.

Julien, l'Empereur, Les Césars. (Traduit en François par M. Spanheim). 1660.
JL, X-1, 1718, p. 8.

Kaempfer, Engelbert, Histoire Naturelle, Civile, & Ecclésiastique de l'Empire du Japon. (Traduite de l'Allemand en François sur la Version Anglaise de Jean-Gaspar Scheuchzer, Membre de la Société Royale, et du Collège des Médecins à Londres). La Haye (Gosse & Neaulme) 1729.
JL, XVI-1, 1730, p. 140 et JL, XVI-2, 1730, p. 376. (Cf. JL, XIII-1, 1729, p. 244 et JL, XIV-1, 1729, p. 252).

Langius, Paulus, Chronica Numburgensis omnium Episcoporum qui ab Ottone M. ad Carolum V, ab Anno 967. ad Annum 1536. continuâ Successione rexêrunt. (Traduit de l'Allemand en Latin par M. Mencken). [In: Joannis Burchardi Menckenii, Scriptores Germanicarum, praecipuè Saxonicarum; tome second: I].
JL, XIII-1, 1729, p. 221.

Lenglet du Fresnoy, Méthode d'étudier l'Histoire. (Traduit en Anglois par le Dr. Rawlinson).
JL, XIII-1, 1729, p. 236. (Cf. JL, IX-2, 1717, p. 471: Traduction italienne).

Léon de Modene, Rabbin de Venise, Les Cérémonies des Juifs. (Traduit en François par le Père Simon) 1674.
JL, III-1, 1714, p. 226.

Leti, Gregorio, La Vie de Philippe II. Roi d'Espagne. Traduite de l'Italien. Amsterdam (Pierre Mortier) 1734.
JL, XXII-1, 1734, p. 222.

Het Leven van den Ridder Robert Walpole, uit het Engelsch vertaalt. Delft (Reinier Boitet) 1734.
JL, XXII-1, 1734, p. 223.

Limborch, Philippe van, Algemeene Historie der Inquisitie [...]. (Traduit du Latin en Flamand par M. de Chaillou). Utrecht (M.L. Charlois).
JL, XXI-1, 1734, p. 207.

Llwyd, Humfredus, Armigeri Britannicae Descriptionis Commentariolum. [Contient] une Chronique écrite il y a environ quatre cents ans en Gallois par un Anonyme et traduite en Latin par Robert Vaughan.
JL, XX-1, 1733, pp. 203-204.

Loon, Gerard van, Histoire Métallique de XVII Provinces des Pais-Bas, depuis l'Abdication de Charles-Quint, jusqu'à la Paix de Bade en M.DCC.XVI. (Traduit du Hollandois). La Haye (P. Gosse & J. Neaulme & P. de Hondt) 1732. (Tomes I et II).
JL, XIX-2, 1732, p. 273. (Cf. JL, XVIII-2, 1731, p. 499).

Ludolphe, Histoire d'Ethiopie. (Traduit en François par Des Taureaux).
JL, IX-1, 1717, p. 217.

Macky, Jean, Mémoires du Sieur Jean Macky, Ecuyer, contenant principalement les caractères de la Cour d'Angleterre, sous les Règnes de Guillaume III. et d'Anne I. [...]. Traduits de l'Anglois. La Haye (P. Gosse & J. Neaulme) 1733.
JL, XX-1, 1733, p. 186.

Mémoires sur les Affaires d'Ecosse sous le Règne de la Reine Anne. (Traduit de l'Anglois en François). La Haye (T. Johnson).
JL, V-1, 1714, p. 232.

Menasseh ben Israël, [Boek over de verwantschap tussen het joodse volk en de oorspronkelijke bewoners van Amerika]. (Traduit en Anglois par Moses Wall).
JL, I-1, 1713, p. 163.

Menteith de Salmonet, Robert, L'histoire des Troubles de la Grande Bretagne, depuis l'an mille six cent trente trois jusqu'en mille six cent cinquante. (Traduction angloise).
JL, XX-1, 1733, p. 205.

Montesquieu, [Considérations sur les causes de la grandeur et de la décadence des Romains]. (Traduit en Anglois).
JL, XXII-2, 1735, p. 474.

Mont-faucon, le R.P. Dom Bernard de, Les Monumens de la Monarchie Françoise, qui comprennent l'Histoire de France [...].Tome premier. Paris (J.M. Gundouin & P.F. Giffart) 1729. (Avec une traduction latine).
JL, XV-1, 1730, p. 74.

Nepos, Cornelius, Mythologie, ou l'Histoire des Dieux, des Demi-Dieux, & des plus illustres Héros de l'Antiquité Payenne [...]. Avec la relation de la Destruction de Troye, par Dares le Phrygien, traduite en François sur la Traduction latine de Cornelius Nepos: par Mr. Du Puy. Paris (Huart) 1731.
JL, XVIII-2, 1731, p. 487.

Parthenay, l'Abbé de, L'Histoire d'Auguste II. (Traduit en Anglois par M. Stacie). Londres (W. Lewis).
JL, XX-1, 1734, p. 221.

Petau, le Père, Rationarium Temporum. (Traduit du Latin en François par M. Moreau de Mautour).
JL, V-2, 1714, p. 453.

Petit, Pierre, Traité Historique sur les Amazones, où l'on trouve tout ce que les Auteurs, tant anciens, que modernes, ont écrit pour ou contre ces Heroïnes. (Traduit du Latin). Leyde 1718.
JL, X-1, 1718, p. 105.

Poggio, Pogii Historia Florentina, nunc primum in lucem edita, notisque & auctoris vita illustrata ab Jo. Baptista Recanato. 1715. (Traduit en Latin).
JL, IX-2, 1717, pp. 472-473.

Polybe, Histoire. Nouvellement traduite du Grec par Dom Vincent Thuillier. Amsterdam 1729.
JL, XIV-1, 1729, p. 246.

Puffendorf, Samuel de, Introduction à l'Histoire des principaux Etats de l'Europe. (Traduit de l'Allemand). Amsterdam (Zacharie Chatelain) 1732.
JL, XIX-2, 1732, p. 483.

Puffendorf, Samuel de, Histoire de Suède. (Traduit de l'Allemand). Amsterdam (Zacharie Chatelain) 1732.
JL, XIX-2, 1732, p. 483.

Rapin Thoyras, M. de, L'Histoire d'Angleterre. (Deux traductions angloises par le Docteur Tindal et M. Kelly).
JL, XX-1, 1733, p. 205; JL, XX-2, 1733, p. 225 et JL, XXII-2, 1735, p. 478.

Renaudot, l'abbé, [Collection des principales Liturgies Orientales. Traduites en Latin].
JL, III-1, 1714, p. 221.

Ricaut, Le Chevalier, Histoire des Turcs. (Traduit par De Rosemont).
JL, VII-2, 1715, p. 459.

Rymer, Thomas, Actes Publics d'Angleterre. (Traduction françoise des Pièces qui sont en Anglois).
JL, XXIV-1, 1737, pp. 218-219. (Cf. JL, XX-2, 1733, p. 225).

Salmon, Histoire Moderne ou l'Etat présent de tous les Peuples du Monde. (Traduit de l'Anglois). Amsterdam (Isaac Tirion) 1730.
JL, XV-1, 1730, pp. 227-228.

Strickerus, Rhythmus antiquus Germanicus de Caroli Magni Expeditione Hispanicâ. (Traduction du François?) [In: Joannis Schilteri, Thesaurus Antiquitatum Teutonicarum, Ecclesiasticarum, Civilium, & Litterariarum, Tomus III; tome IJ: IV].
JL, XIII-2, 1729, p. 297.

Tacite, Annales. (Traduit en Anglois par M. Gordon).
JL, XIII-2, 1729, p. 476.

Terrason, L'Abbé, Sethos, Histoire ou Vie tirée des Monumens anecdotes de l'ancienne Egypte, traduite d'un Manuscrit Grec. (Traduit en Anglois).
JL, XX-1, 1733, p. 206. (Cf. JL, XIX-1, 1732, p. 272).

Thammius, Abrahamus, Chronicon Arcis & Urbis Coldicensis. Traduit de l'Allemand par C.G.H. [In: Joannis Burchardi Menckenii, Scriptores Germanicarum...; tome second: XIII].
JL, XIII-1, 1729, p. 225.

Thou, Jacques Auguste de, Commentarii de vita sua. (Traduit en François par M. Deïsse). Amsterdam (François l'Honoré) 1713.
JL, II-1, 1713, p. 104.

Thou, Jacques Auguste de, Histoire de ce qui s'est passé de plus remarquable dans toutes les Parties du Monde, depuis M.D.XLV. jusqu'en M.D.C.VII... Tome premier. (Traduit du Latin en François par M. d'Exiles). La Haye (P. Gosse & J. Neaulme) 1733.
JL, XX-1, 1733, p. 126. (Cf. JL, XVII-1, 1731, p. 252).

Thucidide & Xenophon, Histoire de la Guerre du Peloponese. Traduite par Nicolas Perrot, sieur d'Ablancourt.
JL, II-1, 1713, p. 235. (Cf. JL, I-2, 1713, p. 476 et JL, IV-2, 1714, p. 428).

Tillemont, M. de, Histoire des Empereurs des six premiers Siècles. Traduite en Anglois.
JL, II-2, 1713, p. 469.

Véga, Garcillasso de La, Histoire de la conquête de la Floride, ou Rélation de ce qui s'est passé dans la couverte de ce Païs par Ferdinand de Soto. (Composée en Espagnol et traduite en François par le sieur Pierre Richelet). Leiden (Pierre van der Aa) 1735.
JL, XXIII-1, 1736, p. 201.

Voltaire, M. de, L'Histoire de Charles XII... (Traduit en Anglois).
JL, XX-1, 1733, p. 207.

Xenophon, Cyropaedie, ou l'Histoire de Cyrus. (Traduit en François par M. Charpentier). La Haye (Gosse & Neaulme).
JL, XX-1, 1733, p. 220.

Géographie, voyages et cartographie

Burnet, Gilbert, Lettres concernant ses Voyages. 1687. Traduites en diverses langues.
JL, VI-1, 1715, p. 220.

Dandini, Jérôme, Voyage au mont Liban. (Traduit de l'Anglois par le Père Simon).
JL, III-1, 1714, p. 226.

Dapper, O., Description des Iles de l'Archipel, et de quelques autres adjacentes [...]. (Traduit du Flamand). La Haye (P. Gosse &

J. Neaulme) 1730.
JL, XV-2, 1730, p. 493.

Haiton, Parent du Roi d'Armenie, Histoire Orientale ou des Tartares: le tout décrit par la main de Nicolas Salcon, et traduit suivant l'Edition latine d'André Muller. [In: Recueil de divers Voyages curieux faits en Tartarie, en Perse, et ailleurs. Leyde (Pierre van der Aa) 1729].
JL, XIV-1, 1729, p. 82.

Gemelli, Il giro del Mondo. [E. Ganeau, Libraire, fait le traduire en François].
JL, IV-1, 1714, p. 229.

Martens, Frédérik, Journal d'un Voyage au Spitzbergen. Traduit de l'Allemand. [In tome II van: Recueil de Voyages au Nord, contenant divers Mémoires très utiles au Commerce & à la Navigation. Amsterdam (J.F. Bernard) 1715].
JL, VII-1, 1715, pp. 214-215.

Minorelli, Examen des faussetez sur les Cultes Chinois. [Traduit d'un écrit latin composé par le R.P. Minorelli, par le Père Joseph Jouvenci, jésuite].
JL, VII-1, 1715, pp. 219-220.

Recueil en Abrégé des Voyages & Observations du Sr. Jean de Mandeville, [...] faites dans l'Asie, l'Afrique, &c. commencées en l'An 1332, [...] par Mr. Bale. (Traduit en François). [In: Recueil de divers Voyages curieux faits en Tartarie, en Perse, et ailleurs. Leyde (Pierre van der Aa) 1729].
JL, XIV-1, 1729, p. 83.

Reland, Adrianus, Palaestina ex monumentis veteribus illustrata, Chartis Geographicis accuratioribus adornata. (Une traduction abrégée en Hollandois).
JL, X-1, 1718, p. 220.

Relation de la découverte de Jesso. Traduite du Hollandois. [In tome III van: Recueil de Voyages au Nord... Amsterdam (J.F. Bernard) 1715].
JL, VII-1, 1715, p. 215.

Rogers, Le Capitaine Woodes, Voyage autour du Monde, commencé en 1708. et fini en 1711. Traduit de l'Anglois. (Contient: Une Relation de la Rivière des Amazones, traduite par feu M. De Gomberville sur l'original espagnol du Père d'Acugna, jésuite). Amsterdam (la veuve Marret) 1716.
JL, IX-1, 1717, p. 1. (Cf. JL, VIII-1, 1716, p. 241 et JL, V-1, 1714, pp. 229-230).

Stanyan, L'Etat de la Suisse. Traduit de l'Anglois. Amsterdam (les frères Wetstein).
JL, IV-2, 1714, p. 463.

Voyage dans la Palestine vers le grand Emir Chef des Princes Arabes du Desert, connûs sous le nom de Bedouins [...]. (Contient La Description générale de l'Arabie, faite par le Sultan Ismaël Abulfeda, traduite en François par M. de La Roque). Amsterdam 1718.
JL, X-1, 1718, p. 112.

Voyage de Rabbi Benjamin, Fils de Jona de Tudele, en Europe, en Asie, & en Afrique, depuis l'Espagne jusqu'à la Chine. (Traduit de l'Hébreu par J.P. Baratier). Amsterdam 1734.
JL, XXI-2, 1734, p. 455.

Voyage du célèbre Benjamin autour du Monde, commencé en 1173, contenant une exacte et succincte Description de ce qu'il a vû de remarquable dans presque toutes les Parties de la Terre [...]. Ecrit en Hébreu, traduit en Latin par Benoit Arian Montan, et nouvellement du Latin en François. [In: Recueil de divers Voyages curieux faits en Tartarie, en Perse, et ailleurs. Leyde (Pierre van der Aa) 1729].
JL, XIV-1, 1729, p. 78.

Voyage remarquable de Guillaume de Rubruquis Cordelier, envoyé en Ambassade par le Roi Louis IX, en différentes Parties de l'Orient [...]. (Traduit de l'Anglois). [In: Recueil de divers Voyages curieux ... Leyde (Pierre van der Aa), 1729].
JL, XIV-1, 1729, pp. 79-80.

Voyages de Glantzby dans les Mers Orientales de la Tartarie. (Traduit de l'Original danois). Paris (Théodore le Gras) 1729.
JL, XV-1, 1730, pp. 239-240.

Les Voiages & Avantures du Capitaine R. Boyle. (Traduit de l'Anglois). Amsterdam (Les Wetsteins & Smith) 1730.
JL, XVII-1, 1731, pp. 225-226.

Les Voyages très curieux & fort remarquables, achevés par toute l'Asie, Tartarie [...]; commencés l'an 1252 par Marc Paul, Venitien. (Traduit en François). [In: Recueil de divers Voyages curieux ... Leyde (Pierre van der Aa) 1729].
JL, XIV-1, 1729, p. 81.

White, Relation de Terre-Neuve. Traduite de l'Anglois. [In tome III van: Recueil de Voyages au Nord ... Amsterdam (J.F. Bernard) 1715].
JL, VII-1, 1715, p. 215.

Wodward, Géographie Physique, ou Essai sur l'Histoire Naturelle de la Terre. Traduit de l'Anglois par Monsieur Noguez. [Avec] la Réponse aux Observations de Monsieur le Docteur Camerarius, plusieurs Lettres écrites sur la même Matière, et la Distribution méthodique des Fossiles, traduites de l'Anglois du même Monsieur Wodward, par le R.P. Niceron Barnabite. Amsterdam 1735.
JL, XXIII-1, 1736, p. 15.

Sciences et arts
Philosophie

Discours sur la Liberté de Penser, &tc. Traduit de l'Anglois. La Haye 1714.
JL, III-1, 1714, p. 210.

Locke, John, Le Christianisme Raisonnable. (Traduit de l'Anglois par M. Coste). Seconde édition, revue, corrigée et augmentée. Amsterdam (L'Honoré & Chatelain) 1715.
JL, VII-2, 1715, pp. 437-438.

Locke, John, De l'Education des Enfans. Quatrième édition. (Traduit de l'Anglois par M. Coste). Amsterdam (Herman Uytwerf) 1733.
JL, XX-1, 1733, p. 174.

Locke, John, Essai Philosophique concernant l'Entendement Humain. Traduit de l'Anglois par Monsieur Coste. Troisième édition. Amsterdam (Pierre Mortier) 1735.
JL, XXIII-2, 1736, p. 284. (Cf. JL, XIV-2, 1729, p. 481).

Morus, Thomas, Utopia. (Traduit de Latin par Gilbert Burnet).
JL, VI-1, 1715, p. 219.

Platon, La République ou du Juste et de l'Injuste. Traduit par M. de La Pillonnière. Londres 1726.
JL, XXI-1, 1734, pp. 190-191.

Simplicius, Deux Traitez. (Traduit en François par M. Dacier).
JL, V-2, 1714, p. 450.

Traité de l'Incertitude des Sciences. Traduit de l'Anglois. Amsterdam (J. Boom) 1715.
JL, V-2, 1714, pp. 435-436. (Cf. JL, III-1, 1714, p. 233).

Sciences; Physique

L'Anatomie générale du Cheval. Traduit de l'Anglois par F.A. de Garsault. Paris (Barthelemi Laisnel &c.) 1732.
JL, XX-1, 1733, p. 168.

Gauger, La Méchanique du Feu. (Traduit en Allemand). Leipsick (T. Fritsch).
JL, III-2, 1714, p. 469.

Newton, Isaac, L'Optique. (Traduit en Latin par Samuel Clarke).
JL, I-2, 1713, p. 264.

Rohault, La Physique. (Traduit en Latin par Samuel Clarke).
JL, I-2, 1713, p. 264.

Sciences; Médecine

Boerhaave, Traité de la Vertu des Médicamens. (Traduit du Latin par Mr. De Vaux). Paris (les frères Osmont & Clousier) 1730.

JL, XV-2, 1730, p. 483. (Cf. JL, XVIII-1, 1731, p. 250).

Boerhaave, [Voorwoord bij:] Aphrodisiacus, sive de Lue Venerea, in duos Tomos bipertus, continens omnia quaecunque hactenus de hac re sunt ab omnia Medicis conscripta [...] ab excellentissimo Aloisio Luisino [...]. (Traduit en Anglois).
JL, XIV-1, 1729, p. 53.

Blondel, Jacques, Dissertation Physique de la force de l'imagination des femmes sur le Foetus. Traduite de l'Anglois par Albert Brun. Leyde (Gilbert Langerak & Théodore Lucht) 1736.
JL, XXIV-1, 1737, p. 138.

Brown, Thomas, Essai sur les erreurs populaires, ou Examen de plusieurs Opinions reçues comme vrayes, qui sont fausses ou douteuses. (Traduit de l'Anglois). Amsterdam 1733.
JL, XX-2, 1733, p. 271 et JL, XXI-1, 1734, p. 47.

Cockburn, Guillaume, Traité de la Nature, des Causes, des Symptomes, & de la Curation de l'Accident le plus ordinaire du Mal Venerien. (Traduit de l'Anglois par M. De Vaux). Paris (les frères Osmont) 1730.
JL, XVIII-1, 1731, pp. 249-250.

Cockburn, Guillaume, Virulentae Gonorrhaeae Symptomata, Natura, Causa & Curationes. (Traduit de l'Anglois en Latin). Leyde (Severinus) 1716.
JL, IX-2, 1717, p. 321.

Denys, Jacob, Observationes Chirurgicae de Calcula Renum, Vesicae, Urethrae, Lithotomiâ, & Vesicae Punctura [...]. (Traduit du Hollandois). Lugd. Batavorum (Jo. à Kerchhem) 1731.
JL, XVII-1, 1731, p. 249.

Dover, Legs d'un ancient Médecin à sa Patrie contenant ce qu'il a recueilli lui même pendant XLIX ans de pratique. (Traduit en François par un de ses amis). La Haye (Henry Scheurleer) 1734.
JL, XXI-2, 1734, p. 445.

Freind, Traité de l'Evacuation ordinaire aux Femmes. (Traduit de l'Anglois par M. De Vaux). Paris (les frères Osmont & Clousier) 1730.
JL, XV-2, 1730, p. 483. (Cf. JL, XVIII-1, 1731, p. 249).

Gazola, Jean, Préservatif contre la Charlatanerie des faux Médecins. (Traduit de l'Italien par Monsieur A.F.D.D.C.). Leyden (Jean Lusac) 1735.
JL, XXIII-1, 1736, p. 198.

Harris, Gautier, Traité des Maladies aigues des Enfans. (Traduit du Latin par M. De Vaux).
JL, XVIII-1, 1731, p. 249.

Havers, Cloptone, Novae quaedam Observationes de Ossibus, & Partibus

eò pertinentibus, ubi & Ratio, quâ crescunt & nutriuntur. Amstelodami (Waesbergii) 1731.
JL, XVII-1, 1731, p. 248.

Musschenbroek, Tentamina Experimentorum Naturalium, captorum in Academiâ del Cimento, sub Auspiciis Serenissimi Principis Leopoldi, Magni Etruriae Ducis, & ab ejus Academiae Secretario conscripta; ex Italico in Latinum Sermonem conversa [...]. Lugd. Batavorum (Joan. & Herm. Verbeek) 1731.
JL, XVIII-1, 1731, p. 220.

Palfyn, Jean, Nouvelle Osteologie, ou Description exacte des Os du Corps Humain [...]. Paris (Guillaume Cavelier) 1731.
JL, XVIII-1, 1731, p. 250.

Traités des Vertus de l'Eau commune. Traduits de l'Anglois de divers Auteurs, par Mr. Noguès. Paris (Cavelier) 1730.
JL, XV-2, 1730, p. 484.

Vercelloni, Jacques, Traité des Maladies qui arrivent aux Parties Génitales des deux Sexes, & particulièrement de la Maladie Vénérienne. (Traduit de l'Italien par M. De Vaux). Paris (les frères Osmont) 1730.
JL, XVIII-1, 1731, p. 250.

Verney, M. du, Traité de l'Organe de l'Ouïe, contenant la Structure, les Usages, & les Maladies, de toutes les Parties de l'Oreille. [Une Traduction latine était imprimé à Nuremberg, chez Jean Zieger, en 1684].
JL, XVI-2, 1730, p. 476.

Les Vertus Médecinales de l'Eau commune, ou Recueil des meilleurs Piéces qui ont été écrites sur cette Matiére; auxquelles on a joint la Dissertation de Mr. De Mairan sur la blace, & celle de Mr. Frédéric Hoffman sur l'Excellence des Remèdes Domestiques, traduite du Latin. Nouvelle édition. Paris (Guillaume Cavelier) 1730.
JL, XVI-2, 1730, p. 304.

Economie & Politique

L'Angleterre aux prises avec elle-même, ou Raisons des deux Parties, exposées par eux-mêmes aux yeux du Public. (Ce sont trois Brochures sur les Affaires d'Angleterre, tirées et traduites des Journaux Politiques de ce Païs-là). Amsterdam (Les Wetsteins & Smith) 1722.
JL, XIII-2, 1729, p. 486.

Bossuet, Jacques Bénigne, l'évêque de Meaux, La Politique tirée des propres paroles de l'Ecriture Sainte, à l'usage du Dauphin. (Traduit en Italien par Salvaggio Canturani).
JL, VI-2, 1715, pp. 491-492.

Marsigli, Conte de, Stato Militare dell'Imperio Ottomanno. (Traduit en François). La Haye (P. Gosse & J. Neaulme, P. de Hondt, et Ad Moetjens) 1732.
JL, XX-1, 1733, p. 176.

Montecuculi, Mémoires de Montecuculi, Généralissime des Troupes de l'Empereur, ou Principes de l'Art Militaire en général [...]. Traduits de l'Italien en François par ***. Amsterdam 1734.
JL, XXI-2, 1734, p. 450.

Phoonsen, J., Les Loix & les Coutumes du Change des principales Places de l'Europe. Traduit du Hollandois par Jean Pierre Richard. Amsterdam (Roger) 1715.
JL, VII-1, 1715, p. 212.

Santa Cruz de Marzenado, M. le marquis de, Réflexions Militaires et Politiques. (Traduit de l'Espagnol).
JL, XXIII-1, 1736, pp. 119-120.

Les Souverains du Monde, contenant l'état présent de toutes les Maisons souveraines, leurs Généalogies & Alliances, l'étendue & le Gouvernement de leurs Etats, leurs Religions [...]. La Haye 1722. (Traduit de l'Allemand en François).
JL, XII-1, 1722, p. 204.

Traité du Pouvoir des Rois de la Grande Bretagne. Traduit de l'Anglois. Et une Réponse à ce Traité [...]. Amsterdam (J.F. Bernard) 1714.
JL, V-2, 1714, p. 333. (Cf. JL, IV-2, 1714, p. 463).

Agriculture

Le Jardin de Hollande, planté & garni de fleurs, de fruits & d'Orangeries &c. (Traduit du Hollandois). Leyde (J. du Vivier).
JL, IV-2, 1714, p. 464.

Arts

Collier, Critique du Théâtre Anglois, comparé au Théâtre d'Athènes, de Rome, & de France &c. (Traduit de l'Anglois).
JL, VI-1, 1715, p. 240.

Fresnoi, Charles Alphonse du, De Arte Graphica. (Traduit en François par M. de Piles; 1668).
JL, XII-1, 1720, p. 212.

Richardson, père & fils, Traité de la Peinture & de la Sculpture. (Traduit de l'Anglois). Amsterdam (Herman Uytwerf) 1728.
JL, XIII-2, 1729, p. 436.

Traité de la vraie & de la fausse beauté; [...] traduit d'une dissertation latine que Messieurs de Port-Roiale ont mise pour servir de Preface à leur Delectus Epigrammatum, par Richelet. [In: Nouveau Recueil des Epigrammatistes François Anciens & Modernes. Par Mr. B.L.M. Amsterdam (Les Wetsteins) 1720].
JL, XI-1, 1720, p. 128.

Belles lettres de l'antiquite

Anacreon, Les Poësies d'Anacreon & de Sapho, traduites en François, avec des Remarques par Mad. Dacier. Nouvelle Edition augmentée des Notes Latines de M. Le Fèvre, & de la Traduction (d'Anacreon) en vers François par M. de La Fosse. Amsterdam (la veuve de Paul Maret) 1716.
JL, VIII-1, 1716, pp. 242-243.

Aristenete, Aristaeneti Epistolae Graecae; [...] mises en Latin et enrichies de Notes par Josias Mercerus. Utrecht (Herman Besseling) 1737.
JL, XXIV-1, 1737, p. 180.

Aristote, La Rhétorique. Traduite par M. Cassandre.
JL, X-1, 1718, p. 233.

(Brémois, le Père), [Une Traduction des Poètes Grecs Tragiques].
JL, XV-2, 1730, p. 486.

Cicéron, Toutes les Lettres de Cicéron à Atticus, en VI. Volumes. (trad. par M. Mongault).
JL, VI-1, 1715, pp. 231-232.

Cicéron, Nouvelle Traduction du Livre unique des Lettres de Cicéron à M.J. Brutus. Par M. de Laval. Paris (Guillaume Denys David).
JL, XVII-2, 1731, p. 317.

Claudien, Poesie di Claudio Claudiano, tradotte da Nicola Beregani Nobile Veneto, con l'Annotazioni sopra l'Erudizioni, Favole, Istorie Antiche ec. Agginntovi l'Argomento ad ogni Poema. Venezia (apresso Gio, Gabriello Hertz) 1716.
JL, IX-2, 1717, p. 474.

Claudien, Le Ravissement de Proserpine, traduit en Vers Italiens par Marc. Ant. Cinuzzi.
JL, VI-1, 1715, p. 226.

Demosthene, Oraisons choisies, avec les Scholies d'Ulpian, et des Notes Historiques et Critiques. (Traduit en Anglois par Mr. R. Mountriey).
JL, XIII-2, 1729, p. 477.

Euripide, L'Hecube. (Traduit en Italien). Padoue (Antonio Stratico).
JL, XXI-1 (1734), p. 217.

Eustathe, Les Amours d'Ismene & d'Ismenias. (Traduit par M. de Beauchamps).
JL, XIII-2, 1729, p. 471.

Eustathe, Le Commentaire sur l'Iliade. (Traduit en Latin par le Père Alessandro Politi). Florence (Paperini).
JL, XXI-2, 1734, p. 463.

Homère, L'Odyssee d'Homère, traduite en François avec des Remarques par Me. Dacier. Nouvelle Edition revûe et corrigée [...]. Amsterdam 1717.
JL, X-1, 1718, p. 49.

Homère, L'Iliade, Poeme, avec un Discours sur Homère, par M. de La Motthe de l'Académie Françoise. Paris 1714.
JL, IV-1, 1714, p. 129. [Ce Discours traduit en Anglois: JL, IV-1, 1714, pp. 213-214].

Homère, The Iliad of Homer, translated by Mr. Pope [...]. Tome I. Londres (Bernard Lintot) 1715.
JL, VIII-1, 1716, p. 1. (Cf. JL, IV-1, 1714, p. 212).

Homère, L'Iliade. (Traduction latine des XII. premiers Livres, par le Dr. Clarke).
JL, XIII-2 (1729), p. 475.

Homère, L'Iliade. (Traduction françoise ‘en Vers Burlesques’).
JL, V-1, 1714, p. 227.

Horace, Les Odes. (Traduit par l'abbé Pellegrin).
JL, VII-1, 1715, p. 224.

Horace, Traduction des OEuvres d'Horace. Par le Père Tarteron de la Compagnie de Jésus. Nouvelle édition, revûë et corrigée. Paris (Jean Mariette) 1713.
JL, I-2, 1713, pp. 443-444.

Horace, La Poëtique, traduite en Vers italiens par Pandolfe Spanochi. Siene (Fantini).
JL, VI-1, 1715, p. 226.

Horace, OEuvres d'Horace en Latin, traduites en François par M. Dacier et le Père Sanadon. Amsterdam (Wetstein & Smith) 1736.
JL, XXIII-2, 1736, pp. 408-409 et JL, XXIV-1, 1737, p. 115.

Isocrate, Nicocles & Ad Nicoclem. Traduit en Anglois.
JL, XXII-2, 1735, p. 478.

Longin, Denis, Traité du Sublime. (Traduit du Latin en François, par M. Despreaux).
JL, V-2, 1714, p. 320.

Lucien, Quarante Dialogues choisis. (Traduit en Anglois par Mr. N. Kent). Cambridge.
JL, XIII-2, 1729, p. 477.

Lucrèce, La Traduction de Lucrèce en vers Italiens de feu M. Marchetti. Publiée par M. Paul Antoine Rolli, homme de Lettres. La Haye (Johnson).
JL, IX-2, 1717, p. 475.

Lucrèce, La Traduction de Lucrèce en vers Anglois par feu M. Creech. La Haye (Johnson).
JL, VII-2, 1715, p. 458.

Ovide, Le Remède d'Amour traduit d'Ovide en VI. Chants. [In: OEuvres diverses du Sr. D***, à Paris 1713].
JL, II-1, 1713, p. 236.

Ovide, Les Métamorphoses d'Ovide, traduites en François, avec des Remarques et Explications Historiques. Par Monsieur l'abbé Banier. Amsterdam (R. & J. Wetstein & G. Smith) 1732.
JL, XX-1, 1733, p. 53.

Ovide, Les Epitres Heroïques d'Ovide, traduites en vers François par Mademoiselle L'Heritier. Paris (Cailleau).
JL, XXI-1, 1734, pp. 226-227.

Petrone, Poëme sur la Guerre civile entre César & Pompée; avec deux Epîtres d'Ovide. Le tout traduit en vers François, avec des Remarques et des Conjunctures sur le Poëme intitulé Pervigilium Veneris. Amsterdam (François Changuion) 1737.
JL, XXIV-1, 1737, p. 205.

Pindare, [Traduit en François par M. l'Abbé Massieu, de l'Academie Françoise].
JL, V-2, 1714, p. 450; JL, VI-1, 1715, pp. 234-235.

Plaute, Les OEuvres de Plaute, en Latin & en François. Traduction nouvelle [...] par H.P. de Limiers, Docteur en Droit. Amsterdam 1719.
JL, XI-1, 1720, p. 137. (Cf. JL, IX-2, 1717, pp. 485-486).

Plaute, Les Comédies de Plaute nouvellement traduites, en stile libre, naturel & naif [...] par M. Gueudeville. Leide (Pierre vander Aa) 1719.
JL, XI-1, 1720, p. 137. (Cf. JL, IX-2, 1717, pp. 485-486).

Plaute, Les Captifs. Comédie de Plaute, traduite en François, avec des Remarques par M. Coste. Amsterdam (D. Mortier) 1716.
JL, VIII-1, 1716, p. 243.

Pline, [Une lettre de Pline, traduite en François par M. de Saci]. [In: Voyage du Tour de la France. Par feu M. Henri de Rouvière. Paris (Etienne Ganeau) 1713].
JL, I-2, 1713, p. 441.

Pline, Panegyrique de Trajan. (Traduit par M. de Sacy).
JL, VI-1, 1715, p. 241.

Plutarque, [Traduit en François par Amiot].
JL, IX-1, 1717, p. 92.

Plutarque, Les Vies. (Traduit par M. Dacier).
JL, III-1, 1714, pp. 232-233.

Plutarque, Les Vies des Hommes Illustres de Plutarque traduites en François [...] par M. Dacier. (Contient les pièces suivantes: Enée, Tullus, Hostilius, Aristomene, Tarquin l'Ancien, Junius Brutus, Gelon, Cyrus & Jason, traduites de l'Anglois de Thomas Rowe par

M. l'abbé Bellenger).
JL, XXII-2, 1735, p. 418.

Salluste, [Traduit en François par M. l'Abbé Le Masson]. Paris (N. Le Clerc).
JL, VIII-2, 1716, p. 472.

(Salvini), [Ses traductions italiennes des principaux Poètes Grecs: Anacreon, Théocrite, Homère].
JL, IX-2, 1717, p. 467.
Traductions d'Epictete, Diogene Laerce & Plotin: JL, XXI-1, 1734, p. 217.

Sophocle, L'Ajax & l'Electre. (Traduit en Anglois).
JL, IV-1, 1714, pp. 213-214.

Sophocle, Oedipe, & les Oiseaux. Traduites en François, par feu Mr. Boivin (le cadet). Paris (Didot) 1729.
JL, XV-1, 1730, p. 240. (Cf. JL, XV-2, 1730, p. 485).

Tacite, [Traduit en Anglois par M. Gordon]. Second Volume, précédé de Discours Politiques.
JL, XVII-1, 1731, pp. 246-247.

Tatius, Achilles, Les Amours de Clitophon & de Leucippe. Traduction libre du Grec d'Achilles Tatius, avec des Notes par le Sieur D.D. La Haye (Isaac Beauregard) 1735.
JL, XXIII-1, 1736, p. 205.

Térence, [Traduit en François par M. Dacier; chez Fritsch].
JL, III-1, 1714, pp. 232-233 et JL, VII-2, 1715, p. 454.

Virgile, Les Bucoliques & les Georgiques. (Traduit par le P. Catrou).
JL, IV-1, 1714, pp. 232-233. (Cf. JL, VIII-2, 1716, p. 473).

Virgile, L'Eneïde, en vers Ecossois, faite environ l'an 1512. Par l'illustre Gavin Douglas Evêque de Dunkeld. (Nouvelle édition 1710).
JL, I-2, 1713, pp. 464-465.

Virgile, L'Eneïde. (Traduit en Anglois par M. Brady, ‘en vers Heroïques sans rime’).
JL, IV-1, 1714, p. 214.

Du dix-septieme et dix-huitieme siecle
Dictionnaires

Budéus, Le Supplement de son Dictionnaire Allemand. (C'est une traduction de ce qu'il avoit de meilleur dans Moréri & Bayle).
JL, IV-1, 1714, p. 234.

Pomey, le Père, Méthode pour apprendre la Mythologie. (Traduction française de Pantheum Mythicum du Père Pomey). Paris (Coustelier).
JL, V-2, 1714, p. 449.

Thou, M. de, Les Eloges des Hommes Savans, tirez de l'Histoire de M. de Thou [...] par Antoine Teissier, Conseiller & Historiographe de Sa Majesté le Roi de Prusse. Quatrième édition, revuë, corrigée et augmentée. (trad. du Latin en Français). Leyde (Theodore Haak) 1715.
JL, VII-1, 1715, p. 30 et JL, VII-2, 1715, p. 377.

Moeurs & Lettres Modernes

Addison, J., Caton. (Traduit en François par M. Armand du Bordieu).
JL, VI-2, 1715, p. 506.

Anecdotes Grecques, ou Avantures Secrètes d'Aridée, traduites d'un Manuscrit Grec, par M***. Amsterdam (François L'Honoré) 1732.
JL, XIX-1, 1732, p. 240.

Anecdotes Grecques, ou Avantures Secrètes d'Aridée, traduites d'un Manuscrit Grec par M. Paris (la veuve Guillaume) 1731.
JL, XVIII-2, 1731, p. 487.

L'Avanturier Hollandois, ou la Vie & les Avantures divertissantes & extraordinaires d'un Hollandois. Amsterdam (Wetstein & Uytwerf) 1729.
JL, XIII-1, 1729, p. 240.

Bruyère, M. de La, Les Caractères de Théophraste. Traduit du Grec; avec les Caractères ou les Moeurs de ce siècle. Nouvelle édition augmentée de la défense de M. de La Bruyère et de ses Caractères par M. Coste. Amsterdam (Les Wetsteins) 1720.
JL, XI-1, 1720, p. 26.

Contes Péruviens. Tom. III. (Traduit en Anglois par M. Humphreys).
JL, XXII-2, 1735, p. 475.

Erasme, L'Eloge de la Folie, composé en forme de Déclamation. (Traduit en François par M. Gueudeville). Leyde (Pierre van der Aa) 1713.
JL, I-2, 1713, p. 439.

D., Reflexions sur les Grands Hommes, qui sont morts en plaisantant. Avec des Poësies diverses. Rochefort (Jacques le Noir) 1714.
JL, II-2, 1713, p. 275.

Fénelon, Télémaque. (Traduit en Espagnol). La Haye (A. Moetjens).
JL, I-2, 1713, p. 478.

Fontaine, M. de La, Contes, traduits en Vers anglois.
JL, XXII-2, 1735, p. 475.

Hariri, Tres priores Consessus, e Codice Manuscripto Bibliothecae Lugduno-Batavae pro Specime emissi, ac Notis illustrati ab Alberto Schultens. (Traduit par Golius). Franequerae (Officinâ Wibii Bleek) 1731.
JL, XVIII-2, 1731, p. 351.

Histoire d'Estevanille Gonzalez, surnommé le Garçon de bonne humeur, tiré de l'Espagnol par M. Le Sage. Amsterdam 1734.
JL, XXII-1, 1734, p. 233.

Histoire de Saladin, traduite de l'Arabe de divers Auteurs.
JL, XVIII-2, 1731, p. 49.

Mahmoud le Gasnevide, Histoire orientale, Fragment traduit de l'Arabe. Rotterdam (Jean Hofhoudt) 1729.
JL, XIV-1, 1729, p. 248.

Le Mentor Moderne, ou Discours sur les Moeurs du Siècle; traduits de l'Anglois du Guardian de Mrs. Addison, Steele, et autres Auteurs des Spectateurs. La Haye (les frères Vaillant & N. Prévost) 1723.
JL, XII-2, 1723-1728, p. 332.

Milton, John, Le Paradis perdu. Poëme Héroïque, traduit de l'Anglois. Amsterdam (Pierre Mortier) 1729.
JL, XIV-2, 1729, p. 337.

Milton, John, Le Paradis Perdu. Poëme Héroïque, traduit de l'Anglois. La Haye (Isaac van der Kloot) 1730.
JL, XV-2, 1730, p. 353. (Cf. JL, XV-1, 1730, p. 249).

Milton, John, 't Paradys verloren. Heldendicht in tien Boeken [...]. Uyt het Engelsch in rymelooze maat vertaald door J. van Zanten M.D. Haarlem (G. van Kessel) 1728.
JL, XIV-2, 1729, p. 337.

Milton, John, Het Paradys verlooren: geschetst na 't Engelsch Heldendicht van John Milton, door L.P. Amsteldam (Evert Visscher) 1730.
JL, XV-2, pp. 319-320. (Cf. JL, XV-1, 1730, p. 245).

Milton, John, Le Paradis Reconquis. Paris (Cailleau, Brunet fils, Bordelet, & Henry) 1730.
JL, XVII-1, 1731, p. 29.

Monnoye, M. de La, Poesies: publiées par M. de Sallengre. (Contient des Traductions du Latin en François, et une Traduction en Latin de la poésie de M. Santeuil). La Haye (Charles Le Vier) 1716.
JL, IX-2, 1717, p. 331.

Le nouveau Gulliver, ou Voyage de Jean Gulliver, Fils du Capitaine Gulliver. Traduit d'un Manuscrit anglois, par Mr. l'abbé D.F. Amsterdam 1730.
JL, XVI-2, 1730, p. 362.

Nouvelles Lettres Persanes, traduites de l'Anglois. Londres 1735.
JL, XXIII-1, 1736, p. 196.

Palingene, Marcel, Le Zodiaque de la Vie, ou Préceptes pour diriger la Conduite & les Moeurs des Hommes. Traduit du Poëme latin de Marcel Palingene, par M. de La Monnerie. La Haye (Jean van den Kieboom) 1731.
JL, XVIII-2, 1731, p. 440.

Pope, Alexander, L'Essai sur la Critique. (Traduit en François).
JL, IX-2, 1717, p. 481.

Sage, M. Le, Histoire de Gil Blas de Santillane. (Traduit de l'Espagnol).
JL, VI-1, 1715, p. 240 et JL, VII-1, 1715, p. 217.

Sjeddadi, Bohadino F., Vita & Res gestae Sultani Almalichi Alhasiri Saladini, Abi Modaffiri Josephi, F. Jobi, F. Sjadsi. Ex Mss. Arabicis Academiae Lugduno-Batavae edidit, ac Latinè vertit Albertus Schultens. Lugd. Batavorum (apud Samuelem Luchtmans) 1732.
JL, XVIII-2, 1731, p. 407.

Le Spectateur, ou le Socrate Moderne. Traduit de l'Anglois. Tomes I et II.
JL, IV-1, 1714, p. 1 et JL, VIII-2, 1716, p. 305.
Tome III: JL, IX-2, 1717, pp. 483-484; Tome IV: JL, X-1, 1718, pp. 231-232.

Steele, Richard, Bibliothèque des Dames, contenant des Règles generales pour leur conduite [...]. Traduite de l'Anglois. Amsterdam (Emanuel du Villard) 1716.
JL, IX-1, 1717, p. 68. (Cf. JL, VIII-2, 1716, p. 482).

Steele, Richard, De Snapper, of de Britsche Tuchtmeester. Traduit par P. Le Clerc. Amsterdam (Henry Vieroot) 1733.
JL, XXI-1, 1734, p. 192.

Steele, Richard, Le Babillard, ou le Nouvel Philosophe. Traduit de l'Anglois, par A.D.L.C. Tom. II. Amsterdam (François Changuion).
JL, XXIII-1, 1736, p. 216.

Swift, Jonathan, Conte du Tonneau. (Traduit en François). Seconde édition. La Haye (Henry Scheurleer) 1733.
JL, XX-1, 1733, p. 211.

Swift, Jonathan, Le Grand Mistère, ou l'Art de mediter sur la Garderobe, renouvellé & dévoilé. (Traduit de l'Anglois).
JL, XIII-2, 1729, pp. 432-433.

[Swift, Jonathan], Voyages de Capitaine Lemuel Gulliver en divers Pays eloignez. (Traduit de l'Anglois en François). La Haye (P. Gosse & J. Neaulme) 1727. Tomes I et II.
JL, XII-2, 1723-1728, p. 393.

Divers

Le Geomyler. Traduction de l'Arabe. Amsterdam 1729.
JL, XV-1, 1730, p. 245.

Messieurs de Port-Royal, Le Traité des Accès Grecs. [sous le titre:] Caractère des Auteurs Grecs les plus estimez.
JL, XIII-1, 1729, p. 238.

Summary
The views of the Journal Litéraire on the translation of literature

By rejecting Paludanus' rhyming version of the prose translation Van Zanten published in 1728 of Milton's Paradise Lost and preferring the latter, the learned Journal Litéraire dissociated itself from the current classicist opinion that poetry ought to have rhyme and metre. This, however, seems somewhat at variance with the position the Journal took in the ‘querelle’ between the Homer translators La Motte and Madame Dacier, in which it obviously sided with La Motte, and therefore with classicism. Nevertheless, where modern epics were concerned, other considerations came to the fore, and the classicist demand for ‘bienséance’ was subordinated to the wish for a literal and accurate representation of the text in another language. Van Zanten's work is not regarded an original piece of poetry, but as the translation of an epic. When Paludanus rewrites it in alexandrines, the translation acquires the ‘double gêne de la traduction & de la versification’.

eind1.: W.A.P. Smit, Kalliope in de Nederlanden: Het Renaissancistisch-klassicistische epos van 1550 tot 1850. Tweede deel. Groningen 1983, p. 288. - JL, XIV-2, 1729, pp. 337-362, 't Paradys verloren. Heldendicht in tien Boeken, door John Milton. Uyt het Engels in rymelooze maat vertaald door J. van Zanten M.D. Te Haarlem, by G. van Kessel. 1728. Smit ontleent zijn constatering aan de bespreking van Paludanus' berijmde vertaling, waarin het Journal een vergelijking maakt tussen deze vertaling en die van Van Zanten, JL, XV-2, 1730, pp. 319-328.

eind2.: Verwey's bespreking van H. Scherpbier, Milton in Holland: A study in The Literary Relations of England and Holland before 1730 (Amsterdam 1933) is te vinden in: M. Nijland-Verwey, Keuze uit het proza van zijn hoogleraarstijd (1925-1935), Zwolle 1956, pp. 110-115.

eind3.: Smit, o.c., pp. 267-273. ‘Voorreden’ bij 't Paradys verlooren van Van Zanten.

eind4.: JL, XV-2, 1730, p. 328.

eind5.: Smit verwijst hierbij naar een passus in de dissertatie van Th. Weevers, Coornhert's Dolinghe van Ulysse: De eerste Nederlandse Odyssee, Groningen 1934, p. 113. (Smit, o.c., p. 268).

eind6.: Cf. A.G. van Hamel, Zeventiende-eeuwsche opvattingen en theorieën over litteratuur in Nederland, 's-Gravenhage 1918, pp. 71-73. Zie ook Constance B. West, ‘La théorie de la traduction au XVIIIe siècle par rapport surtout aux traductions françaises d'ouvrages anglais’, in: Revue de littérature comparée (1932), pp. 330-355.

eind7.: JL, I-1, 1713, Préface, p. vi.

eind8.: Waarschijnlijk uit het Giornale de' Letterati d'Italia, een Italiaans geleerdentijdschrift, opgericht door Zeno en Maffei, dat bestond van 1710-1740, deel XVII, pp. 148-169. Ontleend aan een onderzoek naar het Italiaanse aandeel in het Journal Litéraire door mevr. A. de Jonge. JL, VII-1, 1715, p. 179.

eind9.: JL, II-2, 1713, p. 437. Hieronder volgt een (klein) deel van het tweede hoofdstuk uit het eerste Boek van Thomas à Kempis' Imitatio Christi, eerst de Latijnse tekst, vervolgens de vertaling van Corneille (uit een druk van 1665 genomen) en tenslotte de vertaling van Julien Scopon, uit het Journal Litéraire:
Omnis homo naturaliter scire desiderat; sed scientia sine timore Dei, quid importat?

Le desir de sçavoir est naturel aux hommes,

Il naist dans leur berçeau sans mourir qu'avec eux,

Mais, ô Dieu, dont la main nous fait ce que nous sommes,

Que peut-il sans ta crainte avoir de fructüeux?

Acquerir du Savoir quelle qu'en soit la peine,

C'est le penchant de la nature humain.

D'aucun desir si fort l'homme n'est entêté;

Mais, ô chetif mortel, tout boufi d'arrogance!

A quoi te sert ta vaste connoissance,

Si tu n'as pas l'humilité?

eind10.: JL, I-1, 1713, p. 184; JL, I-2, 1713, pp. 444 en 453. Horatius, C. II, 16, 17. Tarteron vertaalde het vers als volgt: ‘Pourquoi former tant de vastes projets, puis qu'on a si peu à vivre?’ Het probleem lag vooral in de betekenis van ‘jaculari’.

eind11.: Anslo: JL, I-1, 1713, p. 173; Poot: JL, IX-2, 1717, p. 436; Antonides van der Goes: JL, III-2, 1714, p. 392; Rotgans: JL, VI-1, 1715, p. 1.

eind12.: Cf. C.W. Schoneveld, Intertraffic of the Mind, Leiden 1983, p. 114, over de opvatting dat vertalen van bellettrie onmogelijk is.

eind13.: JL, XI-1, 1720, p. 130.

eind14.: JL, XXIII-1, 1736, p. 162, Caroli Poree Orationes: Oraisons de Charles Porée, Prêtre de la Compagnie de Jésus, imprimées en particulier dans leur tems & réunies pour la première fois en deux Volumes, grand in 12. [...] A Paris chez Marc Bordelet [...] 1735.

eind15.: JL, XXIII-1, 1736, p. 166.

eind16.: In de bespreking van het gezaghebbende boek Réflexions Critiques sur la Poésie & sur la Peinture: Ut Pictura Poesis, in JL, XI-1, 1720, p. 212, wordt als volgt weergegeven hoe de auteur, Jean-Baptiste Du Bos (1670-1742), denkt over de (neo-)Latijnse dichtkunst ten opzichte van de Franse:
A l'égard de la versification il avance preuve en main, que la poësie Françoise ne sauroit égaler la poësie Latine, ni dans la poësie du stile, ni dans la cadence & l'harmonie des vers; que le Latin est plus propre à faire des images que le François, à cause de sa brieveté & de son inversion: & qu'enfin celui qui compose des vers Latins a des facilitez pour faire des vers nombreux & harmonieux, que n'a point celui qui compose des vers en langue Françoise. (JL, XI-1, 1720, p. 235).

eind17.: Cf. JL, I-2, 1713, p. 348; JL, III-1, 1714, p. 182.

eind18.: Cf. JL, VI-2, 1715, p. 507. De discussie over de ‘goût’ wordt geparodieerd in Des Causes de la Corruption du Goût; ou, Suplément au Livre de Madame Dacier (JL, VII-2, 1715, p. 322), aan het verschil van ‘goût’ tussen ‘Anciens’ en ‘Modernes’ wordt hier een culinaire invulling gegeven.

eind19.: Smit, o.c., p. 144.

eind20.: JL, IV-1, 1714, p. 146:
[... il] a rejetté toute Epithéte inutile, il a évité les transpositions & les longues Periodes, enfin il a substitué aux idées qui plaisoient du tems d'Homére, des idées qui nous plaisent aujourd'hui. Dans cette vûë il a ennobli les querelles des Héros & des Dieux, en leur ménageant plus de bienséance.

eind21.: JL, III-1, 1714, pp. 177-209.

eind22.: JL, III-1, 1714, p. 200.

eind23.: Dit werk wordt besproken in: JL, X-l, 1718, p. 49.

eind24.: L'Odyssée d'Homere, Traduite en François, avec des Remarques par Madame Dacier. A Amsterdam, Aux Dépens de la Compagnie. MDCCXVII. Tome Premier. Préface, pp. cvii & cviii.

eind25.: Madame Dacier, o.c., Préface, p. cxi.

eind26.: JL, X-l, 1718, pp. 58 sqq. De abbé (cf. over hem: JL, VI-2, 1715, p. 468) had geïnsinueerd dat Madame Dacier aanvankelijk een ‘eenvoudige, naakte’ vertaling van de Ilias had gemaakt, maar door lezing van Fénelons Télémaque, het ‘chef-d'oeuvre de la raison & de la morale poëtique’, zich ertoe had laten bewegen haar vertaling naar het model van dit werk aan te passen.

eind27.: The Iliad of Homer, Translated by Alexander Pope, Esq.; London MDCCLXIII. Preface, p. xxi.

eind28.: JL, VIII-1, 1716, p. 2:
M. Pope s'est servi de toute la facilité que lui fournit sa langue, de s'enoncer avec force & avec précision; & par l'a il suit la diction de l'original de plus près, que M. de la Motte ne l'a pu faire peut-être en François.

eind29.: JL, VIII-1, 1716, p. 3.

eind30.: JL, IV-1, 1714, p. 214.

eind31.: Over de kwestie van de superioriteit van het Grieks was Madame Dacier dus dezelfde opvatting toegedaan als Pope.

eind32.: JL, IV-1, 1714, p. 145.

eind33.: In de bespreking van de vertaling van een Latijns gedicht van Marcellus Palingenius, Le Zodiaque de la Vie, ou Préceptes pour diriger la Conduite & les Moeurs des Hommes, La Haye (Jean van den Kieboom) 1731, in JL, XVIII-2, 1731, p. 440, beweert de journalist: ‘[...] il est certain, qu'on aurait peine à nommer, un bon Ouvrage Latin, dont il y ait une Traduction aussi estimée que l'Original’.

eind34.: Pieter Burman (1668-1741) volgde in 1715 Perizonius op als hoogleraar in de geschiedenis, welsprekendheid en Griekse taal in Leiden. (Cf. A.J. van der Aa, Biografisch woordenboek der Nederlanden, II-3, pp. 1594-1600).

eind35.: JL, X-2, 1719, p. 491.

eind36.: Van Hamel, o.c., pp. 30-31.

eind37.: Cf. JL, XVII-1, 1731, p. 40 en JL, III-1, 1714, p. 182.

eind38.: JL, XXI-1, 1734, p. 192: De Snapper, of de Britsche Tuchtmeester. Traduit par P. Le Clerc. A Amsterdam chez Henry Vieroot, 1733. Tom. II. [...].

eind39.: JL, XXI-1, 1734, p. 193. Of de Nederlandse vertaler van de Engelse Spectator het oordeel van de journalist van het Journal Litéraire zou hebben gedeeld, is nog maar de vraag. Ook hij immers maakte bij de vertaling een selectie; zie daarover C.W. Schoneveld, ‘De Spectator, of Verrezene Socrates (1720-1744): bespreking van en concordantie op de Nederlandse vertaling van The Spectator’, in: Documentatieblad Werkgroep Achttiende Eeuw XVI (1984), 2, (63/64), pp. 147-169 en C.W. Schoneveld, ‘The Dutch Translation of Addison and Steele's Spectator’; lezing gehouden op het derde jaarlijkse symposium van het Leidse Thomas Browne Institute, over ‘The role of periodicals in the reception of English ideas in the Netherlands in the eighteenth century’. Overigens wordt later, in 1736, in de ‘Catalogue de Livres Nouveaux’, een tweede tome aangekondigd van de Franse vertaling, Le Babillard, vervaardigd door A.D.L.C. Het Journal meent dat de vertaler erin geslaagd is het werk te doen behouden, ‘toutes les graces qu'il avoit dans sa langue naturelle’. (JL, XXIII-1, 1736, pp. 216-219).

eind40.: JL, IV-1, 1714, p. 1 et JL, VIII-2, 1716, p. 305.

eind41.: JL, IV-1, 1714, pp. 4-5.

eind42.: Scherpbier, o.c., p. 149.

eind43.: Geciteerd uit: JL, XIV-2, 1729, p. 357.

eind44.: Van Zanten, o.c., p. 149.

eind45.: Paludanus, o.c., p. 139.

eind46.: JL, XXI-1, 1734, p. 226.

eind47.: JL, XV-2, 1730, p. 320.

eind48.: Cf. Leonie Ophof-Maass, ‘English Literature seen through the eyes of Justus van Effen’. Lezing gehouden op het symposium over ‘The role of periodicals in the reception of English ideas in the Netherlands in the eighteenth century’. Cf. n. 40.

eind49.: JL, IX-1, 1717, p. 164.

eind50.: Geciteerd uit: P.J. Buijnsters (ed.), De Hollandsche Spectator, Deventer (Sub Rosa) [1984], p. 189.

Documentatieblad werkgroep Achttiende eeuw. Jaargang 1986

R.J.M. van de Schoor
Het standpunt van het Journal Litéraire inzake het vertalen van bellettrie

Vertaald werk in het Journal literaire

Theologie et religion
Bible

Pères de l'Eglise

Théologie non catholique

Théologie catholique

Mahometisme

Droit et jurisprudence
Droit civil: Droit ancien; droit naturel et public

Histoire
Histoire ecclésiastique

Histoire profane

Géographie, voyages et cartographie

Sciences et arts
Philosophie

Sciences; Physique

Sciences; Médecine

Economie & Politique

Agriculture

Arts

Belles lettres de l'antiquite

Du dix-septieme et dix-huitieme siecle
Dictionnaires

Moeurs & Lettres Modernes

Divers

Summary
The views of the Journal Litéraire on the translation of literature

Over dit hoofdstuk/artikel

auteurs

R.J.M. van de Schoor Het standpunt van het Journal Litéraire inzake het vertalen van bellettrie

Vertaald werk in het Journal literaire

Theologie et religion Bible

Pères de l'Eglise

Théologie non catholique

Théologie catholique

Mahometisme

Droit et jurisprudence Droit civil: Droit ancien; droit naturel et public

Histoire Histoire ecclésiastique

Histoire profane

Géographie, voyages et cartographie

Sciences et arts Philosophie

Sciences; Physique

Sciences; Médecine

Economie & Politique

Agriculture

Arts

Belles lettres de l'antiquite

Du dix-septieme et dix-huitieme siecle Dictionnaires

Moeurs & Lettres Modernes

Divers

Summary The views of the Journal Litéraire on the translation of literature

Over dit hoofdstuk/artikel

auteurs

R.J.M. van de Schoor
Het standpunt van het Journal Litéraire inzake het vertalen van bellettrie

Theologie et religion
Bible

Droit et jurisprudence
Droit civil: Droit ancien; droit naturel et public

Histoire
Histoire ecclésiastique

Sciences et arts
Philosophie

Du dix-septieme et dix-huitieme siecle
Dictionnaires

Summary
The views of the Journal Litéraire on the translation of literature