De andere roman dus!?
Vergeten we vooreerst en vooral het verschijnsel film niet, dit zich aldoor verscherpende randgebied van de letterkunde. Een van mijn slogans toentertijd, van deze schrijver met zijn ervaring van een overvloed aan filmconsumptie, van de romancier die in de bioscoopzetel de story zijn ideale kleed ziet krijgen en weet dat met het woord nog zoveel onuitspreekbaars blijft te onthullen: de roman moet zo worden, dat hij niet langer is te verfilmen, niet om te zetten in concrete beeldrealia. Voorwaar een onvolwassen inzicht nog. Want er is allang meer en onverbiddelijkers aan de orde.
Nu het monster werkelijkheid zich in de voorbeeldige film dag na dag onopgesmukter aandient, kan de roman zich de komende decennia bezwaarlijk blijven vertonen als een soort tweedehands product. De roman, met zijn inderdaad eerlijke aandacht voor, zijn eventueel dieptastende onderzoek naar het probleem werkelijkheid, ondanks alles eerder in het spoor blijvend van de film dan wel origineel ingrijpend op het verschijnsel werkelijkheid-zelf dat daar op het scherm reeds onuitwisbaar ligt neergelegd, het beeld onherroepelijk, wat zeg ik, heersend aanwezig, niet te kopiëren, niet weg te cijferen.
Wie wil er nu, zij het kritisch en onthullend, een beeld ophangen van een maatschappelijk fenomeen dat elders zoveel kleurrijker, nota bene drastischer en pregnanter, ja vaak zoveel wurgender is benaderd, ontleed, de lezer/kijker aangeboden? Dagelijks aangeboden. Nog extra geholpen door de media die ons met onvermoed beeldmateriaal blijven overspoelen, alhoewel het ware leven er niet altijd in zit, dik toegegeven.
Al zweren we lang niet uitsluitend bij het literaire werk van de Ierse giganten en wensen we de plusminus jaarlijkse lectuur van, zeg maar Brideshead Revisited niet direct te missen, het blijft duidelijk dat het woord en zijn vernieuwende, artistiek oppeppende functie meer dan ooit aan de orde is. (Excuus, een welhaast journalistieke formulering van een reële noodkreet).
De andere roman dus?
Die van het woord, de kreet? Die van de taal?
Precies. Maar dat wil meteen zeggen: het engagement met de werkelijkheid voortaan anders gezegd. Adieu een schriftuur die, vertellend, er niet in slaagt boven het vertellen uit te stijgen. Ik heb de roman, zeg liever de tekst, het boek, altijd begrepen als het opwekken van leven, leven geven, leven doorgeven. Leven aan leven doorgeven. In woede, in mededogen, in gezang. Het woord openbarend aan het woord gelaten. Zoals Picasso in een andere discipline zijn Guernica ‘zegde’, uitzegde, in zijn essentie de zegging definitief, uniek. Anders, onvergetelijk. Zo wordt de komende roman uniek in de zegging, definitief, nog eens: anders. Pas zo blijft hij