Tot Meerziens!
En daarmede, trouwe medewerkers, lezers en lezeressen, niet ‘een langen’ maar een ‘korten adieu’ tot het j.O.H. 1895.
Dank er voor, dat gij ons hebt helpen zaaien, maaien en dorschen op kunst- en lettergebied.
Vroolijk zingen wij daarom tot slot een oud, friesch dorschlied, steeds bij de laatste vlegelslagen aangeheven:
Het kletst, het klatst, 't gaat 's avonds (ere) te gast op kaas (chease) en brood met het geheele dorp (gouw).