Deus Ex Machina. Jaargang 12

[p. 96]

De Spaarzame Burgerkeuken

4. Schelpslekken (Escargots à la maître d'hôtel)

‘Voor 25 slekken stel eenen liter water op het vuur, met zout, tijm, laurier, een dikken ajuin in stukken gesneden en eenen zwaren snuif peper. Leg de slekken in 't water als het kookt, na met den punt van een mes het deksel te hebben weggenomen dat de opening stopt. Laat gedurende 50 minuten koken, en vervolgens de slekken in haar kooksel koelen. Haal met eene groote naald de slekken uit hare schelp en giet het kooksap er over. Leg de schelpen in het water, om ze goed te wasschen en laat ze afdruipen en drogen; wrijf tusschen de handen de slekken in haar kooksap en daarna in eenen pot met lauw water, en doe ze onmiddellijk in eene teems om ze te laten afzijpelen. Voor de saus: meng vijf grammen bloem met tien grammen versche boter. Giet er een half glas water in; laat 5 minuten koken met een zwaren snuif zwarte peper, een fijn gehakten lookbol en het noodige zout. Neem van het vuur en doe er 50 grammen boter en eenen zwaren snuif gehakte peterselie in; roer totdat de boter gesmolten zij en doe er een weinig Cayenne-peper in. Doe een weinig van deze saus in de schelpen en steek met geweld de slek er in. Als men gaat opdienen, laat men ze gedurende een kwartier in een zeer heeten oven staan en men dient ze op met de schelpen.’^(*)

Berg of halfgod moet ik lijken
in de ogen van die slak hier.
Naar een kiezel op te kijken
en te horen: ‘Naaktslak! Kruipdier!’

Soms een stoeprand te bereiken
na een eeuwenlang kwartier,
dat moet toch vermoeiend blijken
voor zo'n filosofisch dier!

Langzaam leven, langzaam minnen,
kalmpjes door de wereld gaan
en over de Zin der Dingen
op je lage standpunt staan.

Angstig soms is 't slakkenleven
wegens mier en mus en voet.
Voor een egel moet men beven
en een tor vereist een groet.

Als de aarde aan de slak was
werd zij vast geen woestenij.
Ergens in een bosje weigras
lag dan 't Filosofisch Ei.

Lucullus jr.

(*) de recepten voor deze rubriek werden geput uit ‘Het Spaarzame Keukenboek’ van Gauderlier, Alg. Boekh. Ad. Hoste, Gent, negende uitgave.