Deus Ex Machina. Jaargang 7(1983)– [tijdschrift] Deus Ex Machina– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 51] [p. 51] Electrocutie Een masker dringt zich op. Zijn mond aanvaardt de zilversmaak en oud en als de waarheid wordt hij: het zwijgen opgelegd, een mantel omgeslagen. Afgezworen. Stralend als de derde god. Een stang werd in zijn kruis geboord, een kroon van draad en snaren opgezet. Verblekend wacht hij op de stroomstoot. De voltooiing En hij verliest controle. De bliksem, De beving vertrapt de tempel van de leugen. Maar hij (nu koud en zuiver als alleen de dood) daalt naar de kelder van de geest. Zo diep in het huis, zo diep De trappen afgestegen. Een duizeling bevangt hem van geluk. Alles, het slapeloze bed, het hangen zonder wurgen, het zal weldra Afgelopen zijn. ERIK SPINOY Vorige Volgende